In Zuid-Afrika heeft president Zuma de regering herschikt. Tien ministers en negen staatssecretarissen zijn vervangen. Een controversiële operatie, om verscheidene redenen. Laten we duidelijk maken waarom.
De vertrekkers en de blijvers
Bekwaamheid is kennelijk geen criteria. Regeringsleden met een goed rapport moeten gaan en anderen die de laatste weken in zwaar weer terechtgekomen zijn, mogen blijven. Een voorbeeld van elke categorie.
Minister van Financiën, Pravin Gordhan, had de reputatie een dam op te werpen tegen de verregaande contacten van Zuma met de familie Gupta, stichters van een zakenimperium dat meer dan één vet contract met de overheid sloot. Persoonlijke verrijking van de betrokkenen was daarbij niet van de lucht. De Gupta’s hadden zelfs een vinger in de pap bij de aanstelling van ministers. Een en ander staat beschreven in een uitvoerig rapport van het Openbare Ministerie, dat afgelopen november uiteindelijk toch gepubliceerd is, hoewel Zuma de rechter verzocht had om het niet vrij te geven. In 2014 had Gordhan zijn ministerpost al eens door moeten geven maar anderhalf jaar later had Zuma zich verplicht gezien om hem opnieuw te benoemen. 1 april 2017 heeft Gordhan als minister net niet gehaald.
Minister van Maatschappelijke Vooruitgang, Bathabile Dlamini, voorzitter van de Vrouwenliga van het ANC, blijft in functie. De voorbije weken kreeg haar (wan)beleid het zwaar te verduren van het Grondwettelijke Hof. Ze is namelijk verantwoordelijk voor de uitbetaling van sociale uitkeringen. Het contract daarvoor met een particuliere onderneming had het Hof drie jaar geleden als ongeldig bestempeld maar die uitspraak had haar niet op andere gedachten gebracht. Verleden maand was de zaak opnieuw aanhangig gemaakt bij het Hof, dat Dlamini opdroeg het om de drie maanden op de hoogte te brengen van de stappen die ze zette om een andere regeling uit te dokteren. De ultieme vernedering : het Hof vroeg haar vóór 1 april uit te leggen waarom ze de procedurekosten niet uit haar eigen zak zou moeten betalen. Dat kon tellen. Omdat een slechte gewoonte school maakt, haalde Dlamini ook die deadline niet. De hele maand maart maakten zeventien miljoen Zuid-Afrikanen zich zorgen of ze die 1e april hun uitkering wel zouden krijgen. Voor een flink pak onder hen is dat de belangrijkste, soms de enige inkomstenbron. 1 april 2017 heeft Dlamini als minister moeiteloos gehaald.
De regeringsherschikking maakt duidelijk dat wie er Zuma onvoorwaardelijk trouw is op hem mag rekenen en wie er hem in de wielen rijdt, moet wijken.
De strijd om het leiderschap
In december dit jaar houdt het ANC een Nationale Conferentie. Op die bijeenkomst verkiezen ze een nieuwe leider en met hem of haar trekt de partij in het voorjaar van 2019, anderhalf jaar later, naar de verkiezingen. De tweede termijn van Zuma zit er immers op. Hoewel 2017 dus geen verkiezingsjaar is, vindt er dit jaar dus wel een beslissende slag plaats. Zuma zet alle zeilen bij om de toekomst mee te bepalen. In die context moeten we de regeringswissel zien. Zuma gaat voor wat hij een “radicale economische kentering” noemt. Dat houdt o.m. de mogelijkheid in om land te onteigenen zonder schadevergoeding te betalen, wat de huidige grondwet niet toelaat.
Als zijn opvolger ziet de president Nkosazana Dlamini-Zuma, zijn gewezen echtgenote, die onlangs, na afloop van haar voorzitterschap van de Afrikaanse Unie, met vlag en wimpel in Johannesburg ontvangen is. Zij krijgt de huidige ondervoorzitter van het ANC, Cyril Ramaphosa, als rivaal, voormalig vakbondsman, die na een lucratief ommetje in de zakenwereld weer de politiek opgezocht heeft. Ramaphosa was in de nadagen van de apartheid de toponderhandelaar van het ANC, die met de tenoren van de Nasionale Party een nieuw bestel uitgetekend heeft.
En of die Nationale Conferentie belangrijk is ! Toen ze tien jaar terug Zuma aanstelde als nieuwe ANC-leider en bijgevolg als toekomstig president, lukte het Zuma om toenmalig president Mbeki nog voor het einde van zijn mandaat op te laten stappen. Mbeki had namelijk in 2005 de hand gehad in het ontslag van Zuma als vicepresident en dat moest hij cash betalen. Het geeft twee dingen aan. Ten eerste, hoeveel macht de nieuw verkozen partijleider wel heeft en, ten tweede, hoe Zuma een kat met negen levens is. Het corruptieschandaal waarin hij verwikkeld was, heeft op termijn zijn politieke loopbaan niet geschaad, evenmin als de aangebrande zaakjes waarmee hij later geconfronteerd is of de hem aangewreven persoonlijke verrijking.
Interessant overigens dat de man die, tussen Mbeki en Zuma in, de presidentszetel warm hield, Kgalema Motlanthe, verleden week Zuma de wacht aangezegd heeft. Onrechtstreeks, door op een begrafenis een brief van de dode voor te lezen, waarin hij Zuma oproept om af te treden. De aflijvige was niemand minder dan Ahmed Kathrada, een van Nelson Mandela’s nauwste medestanders. Om maar te zeggen dat het stuift in de schoot van het ANC.
Interne spanningen
Je zou het, als secretaris-generaal van het ANC, voor minder op je heupen krijgen, wanneer je vaststelt dat er je niet om je mening gevraagd is over wat toch een drastische ingreep in de samenstelling van het kabinet is. Meer nog, dat je je “op je ongemak” voelt, zoals Gwede Mantashe het eufemistisch verwoordt, omdat slecht presterende ministers aanblijven en wie er een goede balans voor kan leggen, eruit vliegt. Een vrijwel identieke reactie komt er van de Communistische Partij, al 23 jaar een coalitiepartner van het ANC. Ze beschouwt het als een gebrek aan respect dat Zuma pas op het einde van een vergadering, als een soort van variapunt, gewag maakte van de ontslagen.
De onvrede met Zuma’s optreden groeit in eigen rangen. De vraag is of ze zo groot is dat enkele tientallen parlementsleden zich aansluiten bij de motie van wantrouwen, die de grootste oppositiepartij, de Democratische Alliantie, van plan is om in te dienen. Als een meerderheid die motie goedkeurt, dan houdt ze het aftreden van Zuma en zijn kabinet in. Maar of het zover komt ?
De regelrechte afzettingsprocedure vereist zelfs een tweederdemeerderheid. Dat idee, wat de Economic Freedom Fighters koesteren, een militante, populistische afsplitsing van het ANC, lijkt helemaal onhaalbaar.
Afkalvende aanhang
De gemeenteraadsverkiezingen van afgelopen zomer hebben aangetoond dat lang niet alle Zuid-Afrikanen de aanpak van Zuma en zijn ANC blijven waarderen. De Democratische Alliantie bestuurt nu zowel de Westelijke Kaapprovincie als grote steden als Kaapstad, Johannesburg en zelfs de metropool Tshwane, dat de hoofdstad Pretoria insluit.
Wie er in de achtergebleven gebieden van Zuid-Afrika rondreist, in de provincie Limpopo b.v., en er bij fervente ANC-kiezers polst naar hun toekomstige stemgedrag, krijgt opmerkingen te horen als “ze doen niet wat ze beloofd hebben” en verhalen over corruptie. Precies dat soort praktijken, waarmee ze de doorsnee Zuid-Afrikaan in de voet schieten, zoals smeergeld eisen als je een baan bij de overheid wil. Veralgemenen mag je dat niet maar dat de klad erin zit, dat lijkt wel duidelijk.
Bovendien gaat het de grootste economie van het continent niet voor de wind. Verleden jaar groeide ze met nauwelijks 0,3%, nog minder dan in 2015. Het leger werklozen en de massa die leeft van een uitkering, een informeel baantje of wat ze verdienen als kleine, sociaal onbeschermde zelfstandige groeien alleen maar aan. Zuma speelt hoog spel maar hij heeft in het verleden bewezen dat hij weet hoe te overleven en te winnen. Of heeft hij deze keer zijn hand overspeeld ?