Saillans, een rustig dorpje in de Vercors, in het departement van de Drôme, werd met haar ongeveer 1300 inwoners ineens bekend in Frankrijk en ook daarbuiten. Tijdens de gemeenteraadsverkiezingen van 2014 behaalde de lijst ‘Autrement pour Saillans…tous ensemble’ een klinkende overwinning. Maud Dugrand schreef er een mooi boek over, maar na 15 maart van dit jaar nam er een andere burgerbeweging het bestuur over. Het verhaal van Saillans is dat van het wel en wee van een experiment in participatieve democratie.
Op 23 maart 2014, uitgerekend op een ogenblik dat het Front National van Marine Le Pen bijna overal een grote sprong voorwaarts maakte, behaalde de burgerlijst in de eerste ronde 56,8 procent van de stemmen en daardoor werd Saillans ineens bekend in heel Frankrijk. ‘Dans un village de la Drôme, la révolution participative est en marche!’ blokletterde Lisa Giachino in ‘L’Âge de faire’ van 4 september 2014, en Gaspard d’Allens en Lucile Leclair verklaarden in ‘Reporterre’ van 7 mei 2016 ‘Á Saillans, les habitants réinventent la démocratie’.
Een heuse burgerbeweging in het gemeentehuis. Kon dat wel? De democratie heruitvinden? Niet weinig ambitieus. Intussen zijn we zes jaar verder en het voorbeeld van Saillans is inspirerend. Saillans is één van de 36.000 gemeenten die binnen het Franse centralistische kader van de representatieve democratie valt, maar die daaraan op een creatieve manier probeert te ontsnappen. Kan dat wel? Wat kan zo’n klein dorp doen om voor de grote uitdagingen van onze tijd een antwoord te vinden? Welke rol kan een burgemeester daarin spelen? Hoe gaat hij/zij om met het maatschappelijk middenveld? Hoe werd Saillans de laatste zes jaar bestuurd en heeft dat tot een werkelijke omslag geleid? Zal dat ‘andere’ bestuur tijdens de volgende verkiezingen een fiat krijgen om verder te werken? Wat denken de inwoners daar allemaal van?
Van binnenuit
Dat zijn de vragen die Maud Dugrand zich stelt in ‘La petite république de Saillans’ . Deze Franse journaliste, zij werkte o.a. voor ‘L’Humanité’, trekt in 2010 terug naar de omgeving van Saillans waar zij geboren is. Zij is dus niet alleen iemand de la région, maar zij past ook in een stilaan veranderend statistisch demografisch plaatje. Hoewel intussen ongeveer driekwart van de Franse bevolking in urbane zones woont – nog slechts twee procent leeft van de grond en alle weken verdwijnen er een tweehonderdtal boerderijen –, is er toch ook sprake van een lichte kentering. De laatste vijf jaar hebben ongeveer 1,5 miljoen Fransen (van de 67 miljoen) de stad verlaten en hebben zich in rurale gebieden gevestigd, overwegend in het zuiden van het land, ver weg van het centralistische Parijs. (1) Zij worden in het Frans des néo-ruraux genoemd. Deze Back-to-the-Landers waaronder des babacool of eigentijdse hippies brachten een andere levenswijze met zich mee, gebaseerd op kleinschaligheid, korteketenhandel via plaatselijke marktjes, biolandbouw en gezonde voeding. Deze trend is volgens Maud Dugrand ook in Saillans aanwezig en verklaart gedeeltelijk de bevolkingstoename in het dorp van de laatste jaren.
‘Alors, Saillans, ça marche ou pas?’ Over die vraag die zij vaak kreeg, maakte Maud Dugrand zich behoorlijk druk. Daarop wilde zij in haar boek dan ook niet antwoorden. Het dorp is voor haar geen gadget dat bij mislukking maar snel in de vuilnisbak mag worden geworpen, maar het is evenmin een bedevaartplaats waar men zich op de knieën werpt in aanbidding voor die andere, participatieve democratie. Dat gevaar bestaat, zeker wanneer de pers zich in superlatieven uitlaat over zogenaamde ‘modellen’ zoals het anders kan, zoals dat gebeurd is met een dorp als Marinaleda in Andalucía of met Mondragon in Baskenland. Voor Dugrand dus geen bedevaart naar het paradijs van de democratie, maar een genuanceerde oefening in het beschrijven van de veranderingen die zij bespeurt bij ‘haar thuis komen’. Dit boek is dus een beschrijving van binnenuit met al het vallen en opstaan dat daar komt bij kijken. Dugrand brengt daarmee een correctie aan op de oppervlakkige beeldvorming waarmee Saillans te kampen heeft. Dat is alvast de grote verdienste van dit werk.
PLU en yurten
Hoe gaat zij daarvoor te werk? Zij legt haar oor te luister bij Saillansons van diverse origine en overtuigingen, zowel bij de enthousiaste ondersteuners van het experiment in participatieve democratie, als bij eerder onverschillige bewoners en bij ook fervente tegenstanders. Volgens haar moet een dorp als Saillans beschreven en begrepen worden vanuit haar limieten en haar tegenstellingen. Op die manier kan zij het spanningsveld in beeld brengen tussen zij die uit vrije keuze in Saillans wonen en zij die al die veranderingen lijdzaam of zelfs met tegenzin ondergaan. Zij trekt naar ‘L’Oignon, het gezellige café associatif in de Grande Rue waar vooral de neo-ruraux thuis zijn, maar ook naar het grotere café des sports waar vrijwel alle dorpsbewoners elkaar op het terras of binnen bij een apero ontmoeten. (2)
Veel aandacht besteed Dugrand aan het participatief proces dat ontstaan is rond het opstellen van een PLU (Plan Local d’Urbanisme) dat richtinggevend moet zijn voor de toekomstige ontwikkelingen in Saillans en waarvoor een Groupe de Pilotage Citoyen (GPC), bestaande uit twaalf bij lot aangeduide burgers – zie ook David Van Reybroeck – aangevuld met vier verkozenen en twee technici zonder stemrecht werd samengesteld. In 2019 kwam er, na tientallen vergaderingen – burgerparticipatie is arbeidsintensief en tijdrovend, zeker voor vrijwilligers! – een resultaat uit de bus dat volgens sommigen niet ambitieus genoeg was en voor anderen dan weer veel te ver ging. Die tegenstellingen kwamen pas goed aan de oppervlakte wanneer het gemeentebestuur een debat aanzwengelde rond het al dan niet toelaten van des résidences démontables, zoals caravans, tiny houses en Mongoolse yurten. Deze vraag leidde tot grote controverses tussen voor- en tegenstanders in verband met de toekomst van Saillans. Een niet kleine groep van eigenaars van grote, klassieke woningen zag daarin een bedreiging voor hun traditioneel sedentair bestaan – en voor de waarde van hun eigendom ! – terwijl de meer ‘nomadisch’ gerichte groep om onder meer ecologische redenen eerder voordelen zag in de formule van tiny houses. Die tweespalt ging behoorlijk diep, want tegen het einde van de legislatuur aan leidde dat tot de oprichting van het collectief Saillans 2020’. Dat collectief stelde een eigen burgerlijst op, Saillans un avenir en commun, die opkwam tegen de burgerlijst S’engager ensemble pour Saillans, geleid door Fernand Karagiannis en Florence Pillant, die de opvolger en voortzetter wilde worden van de participatieve methode van de uittredende bewindsploeg.
Terug naar af?
Het boek van Maud Dugrand verscheen net voor de verkiezingen van de eerste ronde van de gemeenteraadsverkiezingen plaats vonden. Dat is jammer, want het ziet er naar uit dat het na de verkiezingen van 15 maart met ‘La petite République de Saillans’ een heel andere richting zal uitgaan. Na de oprichting van het collectief Saillans 2020 is het snel gegaan. Heel snel. Op 1 februari 2020 werd in zeven haasten een nieuwe burgerlijst ingediend onder de naam Saillans un avenir en commun en waarvan François Brocard en Marie-Christine Casals en bînome de lijsttrekkers werden.
Twee burgerlijsten in een dorp van hooguit 1300 inwoners. Wat een rijkdom. Of toch niet? Dat bleek al bij de voorstelling van de nieuwe lijst toen Marie-Christine Casals uitdrukte dat zij teleurgesteld was over het participatieproces in Saillans. Zij vond dat er te weinig burgers echt bij betrokken waren. Er was volgens haar in de voorbije zes jaar onvoldoende debat geweest. Een inwoonster merkte toen op: ‘Noem dan eens een plek op waar er in die periode meer publieke vergaderingen geweest zijn dan in Saillans?’
Dat kon Marie-Christine Casals niet, maar toch haalde haar lijst op die bewuste 15de maart enkele stemmen meer dan de uittredende groep: Saillans un avenir en commun haalde met François Brocard 51, 05 procent een zeer nipte, volstrekte meerderheid. Hij haalde 18 stemmen meer (op de 850 uitgebrachte stemmen) dan Fernand Karagiannis Een brexituitslag als het ware, maar dat leverde volgens het Franse kiesstelsel François Brocard wel twaalf zetels op en Fernand Karagiannis slechts drie. De nieuwe burgemeester verklaarde aan Le Crestois, een streekkrant, dat hoe het vorige bestuur met die participatieve democratie naar buiten is gekomen en wat nog versterkt werd door sommige media, helemaal niet strookte met de manier waarop vele bewoners dat beleefd hebben. Bovendien ziet François Brocard een paradox in het eerst verwerven van een mandaat om de kiezers te vertegenwoordigen en dat mandaat, eens verkozen, weer te verdelen onder de burgers. De nieuwe burgemeester is dus duidelijk een voorstander van de klassieke representatieve democratie en dat belooft niet veel goeds voor die andere aanpak die Saillans in de voorbije zes jaar gewend was. Saillans un avenir en commun beweert dat zij de projecten die tijdens het vorige bestuur werden opgestart, zullen verder zetten maar het is maar zeer de vraag op welke manier dat zal gebeuren. Ook in Madrid heeft de burgerbeweging ‘Ahora Madrid’ van burgemeester Manuela Carmena een zeer nipte verkiezingsnederlaag geleden en daar heeft de rechterzijde dadelijk van gebruik gemaakt om de projecten onder haar bewind af te bouwen.
Tristan Rechid, een van de gangmakers van het vorige bestuur en verspreider van ‘la belle démocratie’ op verschillende plaatsen in Frankrijk, is natuurlijk ook ontgoocheld. Op een recente evaluatiebijeenkomst van Action Commune, een netwerk ter promotie van burgerparticipatie, gaf hij twee redenen aan die de nederlaag zou kunnen verklaren. Volgens hem heeft de te grote mediabelangstelling een averechts effect gehad voor een deel van de plaatselijke bevolking en ten tweede heeft de afsluiting van het vorige bestuursmandaat met het opstellen van een politiek gevoelige PLU daarin ook veel weerstanden opgeroepen. En natuurlijk zal ook, zoals Maud Dugrand in haar boek uitdrukkelijk vermeldt, de andere levenssfeer en- houding van de néo-ruraux en van de oudere Saillansons daarin een rol gespeeld hebben.
Twee jaar geleden zat ik op het terras van café des sports met Dominique Balderanis. Zij werkte bij Sanoflor in het naburige Beaufort-sur-Gervanne in een laboratorium dat bio-kosmetische producten ontwikkelt op basis van aromatische en medicinale planten uit de Vercors. Maar zij woonde ook al jaren in Saillans en zij had dus heel dat proces om burgerparticipatie te installeren in haar dorp meegemaakt. Autrement pour Saillans was toen al vier jaar bezig, met vallen en opstaan. Ik vroeg haar toen hoe ze die periode evalueerde. ‘De oorspronkelijke dynamiek en het enthousiasme zijn wat afgezwakt, sommige mensen zijn moe geworden. Vaak zijn het dezelfde trekkers die overal aanwezig proberen te zijn. Dat zou beter kunnen. Maar één ding is zeker,’ zei ze me toen met veel nadruk, ‘na al die positieve ervaringen is een terugkeer naar het oude systeem geen optie. Ik hoop dat wij na de verkiezingen van 2020 met Autrement pour Saillans…tous ensemble’ kunnen verder gaan, met dezelfde of/en met nieuwe mensen.’
Dat is dus net niet gelukt. Wel is de partijpolitiek uit het dorp verdwenen, maar zijn er twee burgerbewegingen ontstaan met een verschillende politieke visie. De nieuwe vraag is nu of die elkaar zullen kunnen vinden waardoor het geen Madrileense toestanden worden.
———-
(1) Mathieu Rivat (2018). Ces maires qui changent tout. Le génie créatif des communes. Arles:
Actes Sud, p. 33-34.
(2) zie ook Walter Lotens, Rebelse plekken, over municipalisme en commons, 2019