Even voor het Europees Parlement leegliep voor de verkiezingen werd in Straatsburg een akkoord gestemd over een financiële dotatie aan het Europees Defensiefonds voor de periode 2021-2027. Bedoeling is om de defensiewereld ‘Europeser’ te maken. Het Parlement houdt het bij 13 miljard euro voor die periode. Maar een en ander moet nog in overeenstemming gebracht worden met het lange termijn budget van de Unie. Dat is het kader waarin het nieuwe parlement verder zal moeten onderhandelen.
De Europese verkiezingen van eind mei dit jaar hadden zeker in ons land al weinig te maken met de ontwikkelingen in de Unie. En uiteraard heeft de kiezer zich niet laten leiden door deze miljarden voor wapenonderzoek.
De 13 miljard euro zal effectief worden gebruikt om het onderzoek voor te zetten naar destructieve technologieën, zoals militaire drones en wapens met een grotere efficiëntie. De toepassing ervan kan de defensieconcepten radicaal veranderen alsook de manier waarop ’defensieoperaties’ zullen worden uitgevoerd. Het zal de wapenfabrikanten financieren om deze pilootprojecten te ontwikkelen.
lobby
De wapenindustrie werd nog nooit zo gekoesterd in Europa. Het gaat hier om een stijging van 600 miljoen naar 13 miljard euro voor een compleet nieuw Europees beleidsdomein, waarmee de EU plots bij één van de grootste investeerders in militair Onderzoek en Ontwikkeling zal worden.
Deze 22-voudige verhoging van het budget is gedeeltelijk te wijten aan de druk en lobbywerk van de wapenhandelaars en de wapenindustrie. Het Europees defensiefonds werd opgericht in 2016 naar aanleiding van de aanbevelingen van een groep persoonlijkheden, waarvan ten minste zeven van de zestien afkomstig waren uit de wapenindustrie. Het eerste budget van het fonds bedroeg 590 miljoen euro voor 2017-2020.
Het gaat om een gezamenlijke beslissing tussen Commissie, Raad en Parlement. In die onderhandelingen heeft de delegatie die voor het parlement optrad elk medebeslissingsrecht van het Europees Parlement weggegeven. Het uitsluiten van het EU-parlement van zijn gebruikelijke rol van monitoring en enig invloed op de precieze uitvoering is op zichzelf en uiterst gevaarlijke voorloper voor andere EU-programma’s. Juridische kwesties doen zich ook voor, aangezien het Verdrag van Lissabon expliciet de financiering van defensie of militaire projecten verbiedt via de gemeenschappelijke EU-begroting. Maar officieel wordt een en ander verkocht onder de noemer van steun voor industriële ontwikkeling.
export
De stemming door de EU-parlementsladen werd gehouden te midden van controversie over de uitvoer van militair materieel naar landen die worden beschuldigd van oorlogsmisdaden of misdaden tegen de menselijkheid. Dit is het geval bij de coalitie onder leiding van Saoedi-Arabië en de Verengde Arabische Emiraten tegen de Houthi rebellen in het kader van de burgeroorlog in Jemen, door Frankrijk, Duitsland en ook België bewust gesteund met de nodige wapenleveringen aan het Hasjemitische koninkrijk
Het wapenhandelsverdrag (ATT) en de relevante Europese regelgeving verbieden echter de overdrachten van militair materieel wanneer het risico bestaat van ernstige schendingen van het internationaal humanitair recht of het risico van regionale destabilisatie.
Wat zal er gebeuren in geval van verkoop van wapens die door meerdere Europese bedrijven worden gefabriceerd en door het EU-defensiefonds gefinancierd? Welke praktijk zal domineren: de Franse of Duitse laksheid of de strikte naleving van internationale verplichtingen? De vrees is groot dat naar alle waarschijnlijkheid de kleinste gemene deler de referentie wordt. In het kader van een Frans-Duitse coproductie zou Frankrijk bijvoorbeeld de referentie worden, terwijl nochtans op het gebied van wapenuitvoer de Franse uitvoer minder belangrijk is dan die van Duitsland.
context
In een gespannen geopolitieke context wijzen sommige op het belang van investeringen door de Europese commissie in een defensiefonds, zodat het zichzelf kan beschermen in geval van een dreiging, dit is namelijk de rechtvaardiging voor de uitgaven die door de commissie wordt voorgesteld
Zonder politieke coördinatie en zonder langetermijnvisie op Europese defensie zou deze serieuze verhoging van het Defensiefonds de duplicatie van het militair materiaal kunnen vergroten en een wapenwedloop kunnen aanwakkeren. De Europese Unie commissie wijst van haar kant op de voordelen van een dergelijk investering voor de Europese groei en het scheppen van banen. Het Europese netwerk tegen wapenexporthandel (ENAAT) nuanceert dit argument zwaar en berekende dat banen in de defensiesector slechts goed zijn voor 0,6% van de totale werkgelegenheid in de EU-economie in 2016. De organisatie laat op basis van studies ook zien dat investeringen en militaire uitgaven een neutrale of zelf negatieve invloed hebben op de economie van een land.
Tijdens de verkiezingscampagne heeft de overgrote meerderheid van de kandidaten weinig of geen aandacht besteed aan deze vraag, hoe cruciaal deze ook is voor de koersrichting van dit EU-project.