Met de aanloop naar de verkiezingen is het gebruikelijk een evaluatie te maken van het gevoerde beleid, zo ook het klimaatbeleid van Paars. Voortrekkers van de milieubeweging en gerenommeerde wetenschappers kwamen de afgelopen dagen veelvuldig aan het woord in de geschreven pers.
Wij gaan akkoord met de gerenommeerde ‘klimaatprofessor’ Philippe Huybrechts (VUB) wanneer die stelde dat het paarse milieubeleid tot nog toe bleef bij “gerommel in de marge”. Dezelfde evaluatie gaat ook op voor het beleid van Vlaams Minister van Leemilieu Kris Peeters (CD&V). Peeters verdedigt zijn beleid vanuit de redenering dat enkel een langzaam klimaatbeleid maatschappelijk gedragen kan worden én economisch en technisch haalbaar is. Hoe valt deze weg van de geleidelijkheid evenwel te verzoenen met de wetenschappelijke doelstellingen van de recente VN-klimaatrapporten? Om de gevaarlijke grens van 2°C opwarming niet te overschrijden, schat het VN-klimaatpanel dat de mondiale broeikasuitstoot met 50 à 85% moet dalen tegen 2050. Voor de geïndustrialiseerde landen zoals België komt dit neer op een reductie van 90%. Wij staan vandaag voor een historisch kruispunt.
Tezelfdertijd kan men ook stellen dat onze Vlaamse en federale milieuministers enorme kansen laten liggen door de wetenschappelijke uitdagingen als ‘onrealistisch’ voor te stellen. Zoals aangegeven in het jongste VN-klimaatrapport is het immers perfect mogelijk om de vereiste duurzaamheidstransitie te maken, zelfs aan een aanvaardbare economische kost (<3% Bruto Mondiaal Product). Daarvoor is een combinatie nodig van gedragswijzigingen (richting duurzame, grondstofarme consumptiepatronen) én eco-efficiënte technologie. Laten we duidelijk zijn: de duurzame toekomst die we met zijn allen moeten realiseren, heeft niets van doen met een “terug de bomen in”-verhaal. De toekomst is aan de hitech-ecotech. De ecotechnologische oplossingen zijn in essentie bekend: microwarmtekrachtkoppeling, zonnecellen, windkracht, passiefhuizen, superefficiënte elektro en gemotoriseerde voertuigen, nieuwe verlichtingssystemen (LED’s, spaarlampen, daglichtlampen), green city planning etc.
Om dit alles te realiseren moet de overheid haar verantwoordelijkheid opnemen. Alleen zij kan een wetgevend kader voorzien dat de gedragswijzigingen én de nieuwe ecotechnologie aanmoedigt en versnelt. Dit kan via een intelligente combinatie van sensibiliserende, economische en juridische instrumenten. In plaats van te klagen over het gebrek aan maatschappelijk draagvlak, zorgt een moedig overheidsbeleid vanzelf voor de versterking en verbreding van dat draagvlak. Wanneer de overheid zoals in Japan het Top Runner Model invoert, laat ze enkel nog kwaliteit op de markt toe, terwijl bedrijven structureel worden gesteund voor eco-innovatie. Zo hebben consumenten het gemakkelijker bij de keuze voor energiezuinige toestellen, voertuigen, verpakkingen en andere producten. Wanneer ze, zoals in Californië, de 1 Watt-norm voor standby-verbruik voor elektrische apparaten invoert, kunnen gezinnen gemakkelijk 10% op hun elektriciteitsfactuur besparen. Als ze, zoals Duitsland al deed voor vrachtwagens, een slimme kilometerheffing invoert en de bestaande autobelastingen afschaft, maakt ze het bezit van een wagen goedkoper en belast ze vooral het gebruik, onder het motto “de vervuiler betaalt”. Met jaarlijks 40.000 gratis energieaudits én renteloze voorfinanciering van de aangeraden investeringen maakt ze energie-efficiënte renovatie voor elke verbouwer financieel haalbaar. Door de registratierechten om te vormen tot een klimaatsubsidie, creëert ze jaarlijks 50.000 energie-efficiëntere woningen. Wanneer ze, zoals in Duitsland, zichzelf nu al het passiefhuis als bouwnorm oplegt, zorgt ze ervoor dat er enkel nog comfortabele en energiezuinige sociale woningen, rusthuizen en overheidskantoren worden gebouwd. De wirwar aan energie- en klimaatfondsen kan ze oplossen met de integratie in één Sociaal Klimaatfonds voor lagere energiefacturen.
Deze voorbeelden illustreren dat er zich enorm veel kansen aandienen, tenminste als de politieke wil er is. De woorden van Prof. Huybrechts indachtig, erkennen wij volmondig dat een opbod aan dramatische berichtgeving over klimaatverandering slechts averechts werkt. Het komt erop aan te benadrukken dat het een volstrekte misvatting is dat het aanpakken van de klimaatwijzigingen een negatief verhaal is waarbij iedereen moet ‘inleveren’. Het gaat niet over de afbouw van de economie, de werkgelegenheid en de levenskwaliteit maar integendeel over een nieuwe, positieve economie die groeikansen geeft aan levenskwaliteit en werkzekerheid, niet alleen op de lange termijn maar ook voor iedereen op deze planeet. Dit is een positief én sociaal verhaal met oplossingen die de energiefactuur van gezinnen en bedrijven structureel verlagen, de energieautonomie versterken, duizenden kwaliteitsvolle banen creëren, en het recht garanderen op een schoner leefmilieu.
Els Keytsman en Peter Tom Jones
De schrijvers van dit discussiestuk zijn de auteurs van Het klimaatboek. Pleidooi voor een ecologische omslag (EPO, 2007, www.klimaatboek.be).
Een bespreking van dit boek is te vinden in Uitpers nr. 86, mei 2007 onder de titel “Hoog ijd voor een ecologische omslag” door Tim Willems.
U kunt dit boek via de link hieronder rechtstreeks bestellen bij:
en wie via Uitpers bestelt, helpt Uitpers!
De link:
http://www.groenewaterman.be/anne/index.dll?webpage=index.htm&inpartcode=650378&refsource=uitpers