Als alles loopt zoals aangekondigd zouden Donald Trump, de president van de Verenigde Staten en Kim Jong-un, de president van Noord Korea elkaar in mei moeten ontmoeten. In het Witte Huis is er echter een personeelswissel geweest en de vraag is of de havik Mike Pompeo, de nieuwe staatssecretaris voor Buitenlandse Zaken en superhavik John Bolton, de nieuwe veiligheidsadviseur, dat een goed idee vinden.
Stel echter dat de zaak toch doorgaat, dan kun je je zoals Akiva Eldar, oud-redacteur van de Israëlische krant Ha’aretz en tegenwoordig columnist bij al-Monitor, afvragen waarom Donald Trump ook niet Hassan Rouhani, de president van Iran zou ontmoeten. In feite gaat het bij de twee landen toch om hetzelfde, het nucleaire programma. Er zou volgens Eldar meer dan één logische reden zijn waarom Amerikanen en Iraniërs moeten samenzitten en zoeken naar een middel om de spanningen tussen beide landen geleidelijk aan af te koelen. Een onderwerp dat ondertussen de kern is geworden van het grootste geschil in het Midden-Oosten.
Vergeet het. Het zal niet gebeuren. In tegenstelling tot Eldar verwachten andere Israëli’s, legergeneraals, veiligheidsdiensten en politici een tegenovergestelde ontwikkeling. Een ‘Waanzinnige Mei’ (May Madness). Volgens hen zal het beleid van Trump in mei worden getest op tal van fronten die gevolgen hebben voor de nationale veiligheid van Israël. Voeg daar de geruchten aan toe die de ronde doen in vooral de Arabische wereld over een ‘mogelijke luchtaanval’ door de VS of Israël of beide samen op Iraanse troepen in Syrië of zelfs op nucleaire installaties in Iran en je snapt dat het een spannende maand mei kan worden. Maar er is meer.
Libanon
Op 6 mei worden er in Libanon parlementsverkiezingen gehouden. Het zijn de eerste sinds negen jaar. Verleden jaar in juli is er een nieuwe kieswet gestemd. Volgens de nieuwe wet zal er niet alleen een lijststem kunnen uitgebracht worden maar ook een voorkeurstem op een kandidaat op die lijst. Wat wij al eeuwen doen en normaal vinden kan in Libanon leiden tot een politieke omwenteling. De Progressieve Socialistische Partij van Druzenleider Walid Jumblatt krijgt te maken met de harde concurrentie van kandidaten uit het maatschappelijk middenveld in de gebieden waar de partij traditioneel sterk stond. Huidig premier Saadeddine Rafik Hariri van de Toekomstbeweging wordt uitgedaagd door Ashraf Rifi, het voormalig hoofd van de veiligheidsdiensten. Rifi is een voormalige Hariri-bondgenoot die een bittere rivaal werd nadat Hariri deals sloot met Hezbollah. Hezbollah dat volgens de enen als grote winnaar uit de strijd zou kunnen voortkomen en volgens anderen steun verloren heeft omdat het zich meer bezighoudt met oorlog voeren dan met dienstbetoon en hulp aan zijn kiezers. Hezbollah zou geen stemmen verliezen aan traditionele rivalen zoals de Toekomstbeweging maar wel aan bijvoorbeeld de Communistische Partij die tijdens de gemeenteraadsverkiezingen van 2016 wel wat traditionele Hezbollah-kiezers wist te overtuigen. Maar hoe dan ook, Talal Atrissi, een politiek analist en professor in de sociologie aan de Libanese universiteit, vertelde aan al-Monitor dat volgens hem ongeacht de resultaten de prioriteiten van de volgende regering niet veel zullen verschillen van de huidige. Tenzij natuurlijk Westerse of Arabische machten beslissen om het land te destabiliseren door ofwel internationale druk op Libanon uit te oefenen of door lokale stromannen te gebruiken.
Irak
Op 12 mei is het de beurt aan de eerste nationale verkiezingen in Irak sinds de Islamitische Staat verslagen werd. Dit ondanks de oproep van de soennitische gemeenschap om de stemming uit te stellen tot de bijna 3 miljoen mensen die gevlucht waren voor de terroristen van ISIS teruggekeerd waren. De meesten van hen zijn Arabisch-Soennitische kiezers. Maar het Hooggerechtshof verwierp de vraag omdat de verkiezingen eigenlijk al in 2017 hadden moeten gehouden worden.
Het kiessysteem in Irak is gebaseerd op een lijstenstelsel waarbij stemmen worden uitgebracht voor electorale allianties in plaats van rechtstreeks op politici en partijen. Normaal gezien vormen de partijen voor elke verkiezing coalities om de stemmen te maximaliseren. Zo vormden bij de eerste verkiezingen van 2005 bijna alle sjiitische partijen één kieslijst, net zoals de Koerden trouwens. Dit keer is dat wel anders.
De Arabische soennitische partijen zijn er bijvoorbeeld niet in geslaagd om één lijst te vormen, waardoor de soennitische stem van de Arabieren verder werd verdeeld.
Bij de sjiieten heb je het blok Nasr al-Iraq (Overwinning van Irak) rond huidig premier Haider al-Abadi die voor een herverkiezing gaat. Daarnaast is er de coalitie Dawlat al-Qanun (Staat van de Wet) van voormalig premier Nouri al-Maliki die op zoek is naar een politieke comeback. En tenslotte heb je de kandidaten die uit de sjiietische milities voortkomen. Gezien ze als militieleden niet mochten deelnemen aan de verkiezingen hebben ze ontslag genomen terwijl ze wel informele contacten onderhouden met hun militaire eenheden Sommige daarvan onderhouden nauwe banden met Iran. Eerst zouden deze voormalige militieleden onder de vlag van al-Maliki opkomen maar er rezen meningsverschillen en nu komen ze apart op als de coalitie al-Fatik (Veroveraar). Naast deze drie grote groepen dingen ook nog andere kleinere sjiitische partijen naar de gunsten van de kiezers.
De stemming zal ook bepalend zijn voor de toekomst van de twee traditionele Koerdische partijen. Zal de Democratische Partij van Koerdistan (KDP) van Massoud Barzani afgestraft worden voor de organisatie van het referendum over en de mislukte poging tot onafhankelijkheid voor de Iraakse Koerden? En hoe zal de Patriottische Unie van Koerdistan (PUK) het doen nadat ze de terugkeer van de olierijke regio van Kirkuk onder de Iraakse controle niet van harte gesteund hebben? Of zullen beide partijen vooral stemmen verliezen als gevolg van beschuldigingen van corruptie en het falen om nieuwe jobs te creëren, kwesties die hebben geleid tot een golf van protesten tegen de Koerdische Regionale Overheid (KRG)? Zal de Koerdische politieke oppositie, zoals de partij Gorran (Verandering) die samen met twee andere partijen de coalitie Nishtiman (Thuisland) van deze onvrede kunnen profiteren?
Hoe dan ook het lijkt er op dat de uitslag van de verkiezingen in Irak niet op voorhand bepaald zal worden. Een curiosum in de Arabische wereld waar verkiezingen zeldzamer zijn dan een zonsverduistering of als ze er dan toch zijn de uitkomst al vaststaat voor ze gehouden worden.
Trump versus Iran
Als per toeval zal Donald Trump op 12 mei ook de JCPOA, d.w.z. de nucleaire deal met Iran verwerpen. Daar is vrijwel iedereen het over eens maar nu in het Witte Huis aartsconservatieve haviken Mike Pompeo en John Bolton de zaken in handen hebben genomen twijfelt er eigenlijk niemand nog aan. Hun standpunten over Iran zijn duidelijk gelijklopend.
Pompeo heeft er toen hij onder de Obama-regering lid was van het Huis van Afgevaardigden alles aan gedaan om de nucleaire overeenkomst met Iran te ondermijnen. Zijn laatste tweet net voor hij in januari 2017 door Donald Trump tot baas van de CIA benoemd werd, luidde: ‘Ik kijk ernaar uit om deze rampzalige deal met ’s werelds grootste staatssponsor van terrorisme ongedaan te maken.‘ Hij zei ook dat een betere optie zou zijn om in plaats van te onderhandelen de Iraanse nucleaire capaciteit te vernietigen. Voor de coalitie zou dat geen onoverkomelijke taak zijn.
John Bolton van zijn kant is een ervaren Republikeinse oorlogsstoker die zijn politieke carrière onder Richard Nixon begon, die voorzette onder Ronald Reagan en vader Bush tot hij onder G.W. Bush doorstootte tot de kern van de neocons rond vicepresident Dick Cheney. Het woord diplomatie kent hij niet. Drie jaar geleden kwam hij in een opiniestuk ‘To Stop Iran’s Bomb, Bomb Iran’ in The New York Times tot het onvermijdelijke besluit dat Iran nooit zou onderhandelen over zijn nucleair programma. Sancties zouden trouwens ook niet helpen. De ongemakkelijke waarheid was dat alleen militaire actie zoals de Israëlische aanvallen op de Osirak-reactor in Irak in 1981 of de vernietiging van een Syrische reactor in 2007, resultaat kan hebben.
Beiden heren zijn dan ook fanatieke Israël-aanhangers. Als baas van de CIA was Pompeo niet zo enthousiast over de, ook al in mei geplande, verhuis van de Amerikaanse ambassade in Israël naar Jeruzalem. Niet uit ideologische overtuiging maar eerder op grond van de chaos die er zou uitbreken waardoor CIA-agenten gevaar konden lopen. Ondertussen zullen de plooien met Trump al gladgestreken zijn. Het was immers meestal Pompeo persoonlijk die tijdens de dagelijkse ‘intelligence briefing’ de president op de hoogte hield van de stand van zaken in de wereld. Over Israël en premier Netanyahu zelf is Pompeo anders zeer te spreken. In 2015 tijdens een bezoek aan Israël verklaarde hij dat de inspanningen van Netanyahu om te voorkomen dat Iran kernwapens verkrijgt, ongelooflijk bewonderenswaardig zijn en zeer gewaardeerd worden.
John Bolton van zijn kant is een fervente tegenstander van de twee statenoplossing. In 2014 schreef hij een opiniestuk in The Washington Times ‘A three-state solution for Middle East peace’ waarin hij ervoor pleitte om Gaza aan Egypte en de Westelijke Jordaanoever aan Jordanië ‘terug te geven’.
Als we met dit alles rekening houden zou het logische vervolg een raketaanval op Iraanse nucleaire installaties moeten zijn. Misschien al tegen het einde van de “May Madness” maand. Uitgevoerd door de Amerikanen, de Israëli’s of beide samen. Dit is alleszins wat de Israëli’s denken: Netanyahu’s regering hunkert ernaar terwijl de meest pragmatische militaire leiders ervoor vrezen. Misschien zijn die (voorlopig) te pessimistisch maar over de verwerping van de nucleaire overeenkomst met Iran wed bijna iedereen, niet alleen in Israël trouwens, erop dat de VS uit het akkoord zullen stappen en beslissen om nog maar eens een groot blik sancties te openen.
Trump versus Noord-Korea
Je zou denken dat als op het met Noord-Korea misschien goed kan eindigen, waarom dan niet met Iran?
Zo eenvoudig is het niet. Noord-Korea en Iran mogen niet vergeleken worden. In Teheran zijn president Hassan Rouhani en de minister van Buitenlandse zaken Jared Zarif slechts een deel van de macht. Zij hebben geen zeggingskracht over het andere deel, de geestelijken, het leger, de pasdaran. Het zijn zij die de bepalende factor zijn over de veiligheid, oorlog, de ambities van het land. In Pyongyang is het eenvoudiger: er is maar een leider, Kim Yong-un.
Op het Koreaanse schiereiland en in Oost-Azië is er niemand – niet eens de Japanners — die Trump willen verhinderen om gesprekken met Kim te voeren. In het Midden-Oosten lobbyen de twee belangrijkste Amerikaanse bondgenoten, Saoedi-Arabië en Israël ervoor om de nucleaire overeenkomst gewoon op te zeggen.
In Korea is er slechts één groot onderwerp: het nucleaire programma van Noord-Korea.
De nucleaire overeenkomst of zelfs het nucleaire programma van Iran is niet het echte twistpunt. Waar de VS naar streven is Iran, al-Assad, de Hezbollah en uiteraard ook Rusland geopolitieke in te sluiten.
Het grote misverstand over de nucleaire deal die de VS, Frankrijk, Groot-Brittannië, Rusland, China, Duitsland en de EU is het Iraanse raketprogramma. Er werd van uitgegaan dat met de overeenkomst ook de ontwikkeling van de middel- en lange afstandsraketten, die mogelijk ooit de bom zouden kunnen dragen, ook zou opgeschort worden. Daar staat echter geen woord over in die overeenkomst en Iran is gewoon doorgegaan met de ontwikkeling van zijn ballistische raketten. Die kunnen de Verenigde Staten niet bereiken maar eventueel wel Riyad en Tel Aviv. Wat vandaag echter vooral steekt is dat de Iraniërs hun aanwezigheid in Syrië, Irak en Libanon versterkt hebben. De Europeanen die de bui zagen hangen wilden met Iran onderhandelingen over raketten en zijn geopolitieke ambities maar zoals gezegd het is niet Rouhani die beslist of er gesprekken komen. In Iran is dat privilege weggelegd voor de ayatollahs en de militairen. En misschien willen sommige Europeanen eigenlijk ook liever niet aan tafel gaan zitten.
Federica Mogherini, de hoge vertegenwoordiger van de EU voor buitenlandse zaken en veiligheid, zei dat wat Trump wil opblazen geen bilaterale overeenkomst tussen de VS en Iran is, maar een document met vele ondertekenaars. Het compromis zou zelfs zonder Washington van kracht kunnen blijven. In theorie is dat natuurlijk correct maar voor de Iraniërs is de houding van de VS wel belangrijk. Zonder hen vervalt de overeenkomst.
Zo kondigt de waanzinnige maand mei zich aan. In het Midden-Oosten kan het nog erger worden dan het al is. Er blijftf slechts één curiosum over. Als, ik zeg wel als, niets is zeker, Kim en Trump in mei aan dezelfde tafel zouden gaan zitten om te praten over de Bom. Hoe gaat de ene reageren op de andere als die net een overeenkomst die zijn voorganger tekende heeft verworpen? Zal het dan niet blijven bij een kleine discussie over wie van beiden de grootste knop heeft?