Wie belangstelling heeft voor internationale of, beter, mondiale betrekkingen doet er altijd goed aan de oude teksten te herlezen die in de jaren ’60 en ’70 van vorige eeuw in de Algemene Vergadering van de V.N. werden goedgekeurd.
Er staan schitterende dingen te lezen over samenwerking en verantwoordelijkheid, over de rol van Staten, over multinationale bedrijven, over ontwikkeling, grondstoffen en handel. Vaak zijn het standpunten die je vandaag nog nauwelijks hardop mag zeggen.
We leven nu natuurlijk in andere tijden, maar gelet op het scheuren en kraken van de huidige wereldorde kan het wellicht geen kwaad om die oude teksten te herlezen en te zien waar ze kunnen inspireren om een betere toekomst te bedenken.
Het lijdt immers geen twijfel dat de politieke verhoudingen momenteel aan het schuiven zijn. Er is meer en meer onderzoek naar nieuwe samenwerkingsvormen, er ontstaan nieuwe vragen over een mogelijke en betere organisatie van niet-gebonden landen. De gesprekken over de hervorming van de V.N. zijn vastgelopen door de onwil van de oud-koloniale machten om hun status en hun monopolies te herzien. De BRICS landen zijn op zoek naar een nieuwe rol en mogelijk een nieuwe munt om de hegemonie van de VS-Dollar te doorbreken. Er is opnieuw een oorlog aan de gang in Europa die de voorbode kan zijn van een groter conflict met China.
Economisch wordt de neoliberale mondialisering weer in twijfel getrokken, er ontstaat een nieuwe vorm van protectionisme (onafhankelijkheid!) en de Wereldhandelsorganisatie ligt op apegapen. Beurzen en banken hebben een nooit eerder geziene invloed op het dagelijks leven van mensen.
Oud kan ook nieuw zijn
Wat er zo verfrissend is aan die oude VN-teksten is dat ze enkele oude maar nog steeds geldige waarheden vertellen. Over de groeiende kloof tussen rijk en arm in de wereld, over de té grote invloed van landen in het ‘centrum’, ten koste van landen in de ‘periferie’, over de nood aan technologische overdracht, over de macht van multinationals, over de zwakke prijzen die betaald worden voor de grondstoffen uit het Zuiden en over de noodzakelijke internationale samenwerking om tot een betere wereld te komen.
Bij de V.N. werd ook gewerkt aan een ‘unified approach’, een poging om economische en sociale ontwikkeling in één concept te integreren. Boeiende lectuur, maar het is helaas mislukt.
Over armoede werd in die tijd helemaal niet gesproken, het ging over economische en sociale ontwikkeling, over onderwijs en gezondheidszorg, huisvesting en openbaar vervoer.
Er werden resoluties goedgekeurd over de rechten en plichten van Staten, over een internationale informatie-orde, over planning en over een recht op ontwikkeling.
In de resolutie over de nieuwe internationale economische orde gaat het met name over een orde die gebaseerd is op rechtvaardigheid, soevereine gelijkheid, onderlinge afhankelijkheid en een gemeenschappelijk belang en samenwerking tussen alle Staten. Ontwikkelingslanden hebben 7O % van de wereldbevolking maar slechts 30 % van de inkomens. Toch is het onmogelijk om de belangen van rijke en van arme landen los van elkaar te zien. Het is nodig om samen te werken aan een gemeenschappelijk doel met een gedeelde verantwoordelijkheid.
Het was ook de tijd dat Salvador Allende, vorig jaar precies 50 jaar geleden, een harde toespraak hield voor de Algemene Vergadering, met een aanklacht tegen de multinationals in zijn land. Hij sprak over de uitbuiting van de arbeiders, over de hoge winsten en over de noodzakelijke nationaliseringen. Hij had het over de noodzakelijke en nakende bevrijding van zijn land.
Je kan er meewarig over glimlachen, wetend hoe fout het met die ontwikkeling, die samenwerking en dat gemeenschappelijk belang is gelopen.
Toch blijven die waarden vandaag even relevant als vroeger en er is geen enkele reden om ze niet opnieuw op tafel te leggen, aangepast aan de noden van vandaag.
Een nieuwe poging
Progressive International, de internationale groep van politici, wetenschappers en activisten die is ontstaan in het kielzog van Diem25, heeft het initiatief genomen die oude teksten van onder het stof te halen.
PI gaat uit van wat het de ‘polycrisis’ noemt en wil mondiaal nadenken over wat er vandaag precies nodig is om tot een nieuwe economische orde te komen, rekening houdend uiteraard met het grote probleem dat er vijftig jaar geleden nog niet was, de klimaatverandering.
Dit is niet zozeer een kwestie van sociale rechtvaardigheid, maar vooral een noodzaak voor het overleven van de mensheid.
Eind januari wordt gebruik gemaakt van de jaarlijkse Martí Conferentie in Havana om met het denkwerk te beginnen. Volgend jaar, 2024, zal de V.N.-resolutie precies 50 jaar oud zijn en komt er een groots initiatief.
Er valt uiteraard ook wel kritiek te geven op de tekst van 1974, maar duidelijk en belangrijk is dat er vandaag over de hele wereld nood is aan een alternatief voor het bankroete systeem van kapitalisme en neoliberalisme. Daaraan kan worden gewerkt, mét de mensen en mét de regeringen.