Brussel, 20 januari 2004 – Meer dan zes jaar na de ratificatie van het Protocol van Kyoto, is België er nog altijd niet in geslaagd om de eerste engagementen die uit dat akkoord voortvloeien, te verdelen tussen de federale Staat en de gewesten. Een verdeling die in het regeerakkoord nochtans werd beloofd voor 2003. Een voorstel hierover staat op de agenda van de derde vergadering van de Nationale Klimaatcommissie. Maar gelet op de flagrante afwijzing van dit voorstel door de Vlaamse minister van Economie Patricia Ceysens (VLD), lijkt de kans op een akkoord met de dag kleiner te worden. De Bond Beter Leefmilieu, Greenpeace en Inter-Environnement Wallonie veroordelen het lamentabel communautair getrouwtrek in ons land, net als de partijpolitieke spelletjes die de VLD vandaag speelt. Terwijl de gevaren van de klimaatverandering stilaan duidelijker worden, vraagt de coalitie van milieu-organisaties aan de federale en de gewestregeringen om in België dringend een echt klimaatbeleid op te starten.
De verschillende lidstaten van de Europese Unie hadden amper zes maanden tijd nodig om de inspanningen te verdelen die voortvloeien uit de Europese Kyoto-verplichtingen. Meer dan zes jaar na de ondertekening van Kyoto zijn de Belgische beleidsmakers er nog altijd niet in geslaagd om een verdeelsleutel af te spreken tussen de federale Staat en de gewestregeringen[1]. Bij ongewijzigd beleid (of eerder, bij afwezigheid hiervan) zal België zijn Kyotodoelstelling in 2010 overschrijden met 22,9%[2]. “Halfweg in de aanloop naar Kyoto, zijn onze beleidsmakers er zelfs nog niet in geslaagd om het startschot te geven van een klimaatbeleid, die naam waardig. Het is gewoonweg schandalig dat onze toekomst en die van de planeet wordt geofferd op het communautaire altaar”, aldus Bart Martens van Bond Beter Leefmilieu, die ook benadrukt dat “Verhofstadt II de beloftes uit het regeerakkoord niet nakomt”.
De VLD speelt trouwens een merkwaardige rol in het Kyoto-dossier. Zij doet geen enkel constructief tegenvoorstel om duidelijk te maken hoe zij dan wél de lasten wil verdelen tussen de federale Staat en de gewesten. De Vlaamse liberalen formuleren ook geen enkele concrete maatregel die de federale overheid kan invoeren om de vermindering te realiseren van de uitstoot van broeikasgassen.
Een echt klimaatbeleid is onmisbaar
Onze beleidsmakers kijken best ook eens wat verder dan de eerste becijferde Kyoto-engagementen, ze moeten dringend een echt klimaatbeleid ontwikkelen. Als we doelstellingen rond werkgelegenheid, volksgezondheid en bescherming van het leefmilieu met elkaar willen verzoenen, dan moet dit klimaatbeleid in de eerste plaats bestaan uit maatregelen in eigen land. De ontwikkeling van hernieuwbare energiebronnen en het toepassen van meer energie-efficiëntie staat trouwens garant voor de creatie van talrijke arbeidsplaatsen. De windmolenindustrie bijvoorbeeld telt momenteel zo’n 100.000 werknemers, voornamelijk in Europa. Tegen 2020 is er meer dan een vertwintigvoudiging te verwachten van het aantal arbeidsplaatsen in de windmolensector, tot meer dan 2.000.000[3]. België, nochtans een tiental jaar geleden aan de spits in deze sector, telt niet meer dan circa 600 werknemers in dit domein. In de industrie van de zonne-energie zullen meer dan twee miljoen arbeidsplaatsen gecreëerd worden tussen nu en 2020[4]. Meer energie-efficiëntie is trouwens goed voor het behoud van de concurrentiekracht van onze economie. Bovendien bereiden we zo onze economie voor op de nog verdergaande vermindering van de uitstoot van broeikasgassen, die noodzakelijk zal zijn om de tweede fase van de Kyoto-engagementen te realiseren.
“De afwachtende houding van België is nog onbegrijpelijker aangezien Kyoto gemakkelijk haalbaar is binnen onze landsgrenzen. Want ons land bengelt aan de staart van het Europese peloton, zowel in het toepassen van energie-efficiëntie als in het aanwenden van hernieuwbare energiebronnen”, stelt Jean-François Fauconnier van Greenpeace. “Diegenen die het onbeperkt aankopen van ‘emissierechten’ van landen zoals Rusland ophemelen, geven blijk van een ongelofelijk gebrek aan langetermijnvisie. Als wij pas veel later de noodzakelijke investeringen doorvoeren, ontwikkelen onze bedrijven ook niet de producten en diensten voor de markten van de toekomst. Vergeet trouwens niet dat de financiële gevolgen van de toekomstige klimaatverandering veel groter zijn, dan de kostprijs van de nu te treffen maatregelen om het ergste te vermijden”, aldus Stephan Vis van Inter-Environnement Wallonie.
Bond Beter Leefmilieu, Greenpeace en Inter-Environnement Wallonië vragen aan de federale en gewestregeringen om het voorbeeld van onze buurlanden te volgen, en een heus klimaatbeleid op lange termijn te ontwikkelen[5]. De huidige klimaatverstoring maakt voldoende duidelijk dat we geen tijd meer te verliezen hebben[6]. De veel verdergaande uitstootverminderingen die na 2012 noodzakelijk zijn, maken duidelijk dat het actuele dispuut over de ‘lastenverdeling’ niet meer is dan een achterhoedegevecht.
Voor meer informatie:
Bart Martens, Bond Beter Leefmilieu, 0479 273 617
Jean-François Fauconnier, Greenpeace, 0496 161 587
Stephan Vis, Inter-Environnement Wallonie, 0479 497 656
(Uitpers, nr. 50, 5de jg., februari 2004)
Voetnoten:
[1] België moet een vermindering realiseren van de uitstoot van broeikasgassen met 7,5% tegen 2008-2012 (vgl. met 1990).
[2] Persbericht van de Europese Commissie van 2 december 2003.
[3] Windforce 12 – a blueprint to achieve 12% of the world’s electricity from wind power by 2020, European Wind Energy Association & Greenpeace, mei 2003.
[4] Solar Generation: electricity for over 1 billion people and 2 million jobs by 2020, European Photovoltaic Industry Association & Greenpeace, 2001.
[5] In Duitsland stelt het Parlement 40% vermindering voor van de uitstoot van broeikasgassen tegen 2020. In hun vierde ‘Nationaal Milieubeleidsplan’ hebben de Nederlanders zich tot doel gesteld om tegen 2030 de uitstoot van CO2 te verminderen met 40 tot 60%. De Britse regering publiceerde begin 2003 een ‘Energiewitboek’ waarin het een koolstofarme economie aanbeveelt,
gepaard gaande met een vermindering van 60% van haar uitstoot van koolstofdioxide tegen 2050.
[6] Een recente studie gecoördineerd door de Universiteit van Leeds (Verenigd Koninkrijk) toont aan dat meer dan 1 miljoen planten- en diersoorten zullen bedreigd worden met het risico op verdwijning tegen 2050, en dit als gevolg van de opwarming van de aarde (Nature, Vol 427, 8 januari 2004).