In het laatste jaar van Verhofstadt I staken internationale kwesties enkele keren de kop op in de Belgische politiek. De wapenleveringen aan Nepal, de discussie rond de ‘genocidewet’ en vooral de aanloop naar de oorlog in Irak (en de aanverwante wapentransporten in ons land) beheersten zelfs een tijdlang de nationale politiek. Maar tijdens de campagne voor de parlementsverkiezingen van 18 mei 2003 zijn die onderwerpen nauwelijks of niet aan bod gekomen, vergeten, verzwonden.
"We hebben België weer op de wereldkaart gezet", was een van de verkiezingsslogans van de partij van de premier. Juist, door de houding van de Belgische diplomatie konden we even fier zijn Belg te zijn. Onze diplomatie had het aangedurfd in naam van principes de Amerikaanse arrogantie en de vazallenhouding van talrijke Europese landen te tarten.
Maar verder is "het buitenland" in de campagne niet meer opgedoken.
De oorlog was natuurlijk voorbij, de genocidewet was in allerijl en zonder veel omhaal "gematigd". Nepal wist bijna niemand meer liggen. "Met internationale kwesties win je geen stemmen", merkten enkele parlementsleden die deze dossiers wél volgen, al eerder op. Had de oorlog nog bezig geweest, dan misschien wel. Maar het vervolg erop speelt niet meer mee.
Wat er met de Belgische geweren in Nepal gebeurt, geniet geen enkele belangstelling meer. Er was vorig jaar toch beloofd dat men de toestand in dat land nauwgezet ging volgen?
Dat Irak nu met de zegen van de VN tot een Amerikaans protectoraat wordt omgevormd, is evenmin een politiek thema. Natuurlijk kan de Belgische diplomatie daar op haar eentje weinig aan veranderen, maar dan moet men ook niet de pretentie hebben een eigen diplomatieke koers te willen varen.
Direct na de verkiezingen werd de klacht tegen generaal Tommy Franks tersluiks "doorverwezen" naar de Amerikaanse justitie. Vermoedelijk zal hetzelfde gebeuren met de klacht tegen Sharon; in het vooruitzicht daarvan heeft de Israëlische overheid al beslist zich uit de gerechtelijke procedure terug te trekken. Trouwens, in het Israëlisch-Palestijnse conflict is bij Michel geen sprake meer van de zogenaamde "equidistantie". In een interview met radio Judaica plaatste Michel zich op de Israëlische lijn en ging hij er prat op zich in de Europese Raad altijd te hebben verzet tegen de opschorting van de samenwerkingsakkoorden met Israël.
Over de aanwezigheid van Belgische troepen op de Balkan en in Afghanistan, lijkt consensus te bestaan, er is alleszins geen discussie over, ook al zijn er veel vraagtekens bij die "missies"
te plaatsen.
En wat met het komend Italiaans voorzitterschap van de EU, onder leiding van Silvio Berlusconi die een gevaar vormt voor de democratie. Louis Michel waarschuwde indertijd terecht tegen de deelname van uiterst-rechts aan de Oostenrijkse regering en later aan de Italiaanse regering. In die beide landen zit uiterst-rechts nog altijd in de regering. Waarom worden daarover geen vragen gesteld aan de CD&V die toch deel uitmaakt van de EVP van Wilfried Martens, samen met Forza Italia van Berlusconi en de Oostenrijkse ÖVP die samen met uiterst-rechts regeert?
In het nieuwe parlement zitten echter opnieuw weinig gekozenen die de dossiers over internationale politiek van nabij volgen. Het buitenlands beleid riskeert daardoor nog meer overwegend in functie te staan van de binnenlandse politiek.
Diezelfde tendens vinden we al jaren ook in de media. Alleen als er te "focussen" valt op spectaculaire gebeurtenissen als oorlogen en rampen, wordt de wereld weer even ons dorp, dat verkoopt. Maar in "normale tijden", zoals in een verkiezingscampagne, is ons dorp weer de wereld.
(Uitpers, nr.43, 4de jg., juni 2003)