Wat loopt er goed in het Verenigd Koninkrijk vroeg iemand onlangs aan een Tory Parlementslid. We wonnen een cricket wedstrijd, was het antwoord.
Nee, op wieltjes loopt het inderdaad niet. Economisch gaat het niet al te best, Brexit en COVID deden het land geen deugd en de flamboyante Boris Johnson bakte het redelijk bruin. Er waren afgelopen zomer stakingen op het spoor, in de post, bij de vuilnisophaling, in de havens. Door een stroomonderbreking was het zelfs België dat moest bijspringen.
Niet getreurd, er komt een nieuwe start. Eventjes opgehouden door tien dagen rouw om de Queen en de nieuwe Eerste Minister, Liz Truss kan een denderende nieuwe aanloop nemen naar een betere horizon.
Dat viel dus zwaar tegen.
Op 23 september diende haar Minister van Financiën, Kwasi Kwarteng een ‘mini-begroting’ in met de beloofde belastingvermindering, de grootste sinds 1972, en een flinke verhoging van de uitgaven om de verhoogde energierekening voor de gezinnen te kunnen opvangen. Het was bedoeld als een elektroshock voor de economie en voor de groei, en dat was het inderdaad, maar in omgekeerde richting.
Het Pond tuimelde naar beneden tot zijn laagste niveau sinds 1985, de financiële markten sloegen tilt, de rente ging naar omhoog. ‘Casinospelen’ zie een lid van oppositiepartij Labour. Men schat dat het begrotingstekort kan oplopen tot 7,5 % van het Bruto Binnenlands Product.
Liz wil groei
De Britse economie zit al enkele maanden in een lichte recessie. De inflatie bedraagt 10 %. Liz Truss wil uit die vicieuze cirkel geraken en de stagnatie doorbreken.
Het was het grootste meningsverschil met haar tegenkandidaat als partijvoorzitter. Rishi Sunak, die onder Johnson Minister van Financiën was en wellicht meer verstand heeft van financiële markten, noemde Truss’ plannen ‘een sprookje’. Hij krijgt nu gelijk. Met leedvermaak, zonder twijfel. Johnson deed er alles aan om hem van het premierschap af te houden.
Met Kwasi Kwarteng werkte Truss aan een programma dat de belastingen voor de rijksten van 45 naar 40 % brengt en voor de middenklassen van 20 naar 19 %. De vennootschapsbelasting zou ongewijzigd blijven, de ‘stamp duty’ op vastgoedtransacties gaat naar beneden. De rekeningen voor gas en elektriciteit blijven voor twee jaar bevroren voor gezinnen en voor zes maanden voor bedrijven.
Transparantie over wat dat alles gaat kosten is er voorlopig niet. Men schat dat de belastingvermindering tot 45 miljard Pond per jaar gaat kosten. Zeker is dat het geld zal moeten geleend worden tegen een wellicht hoge rente.
Experts wijzen er op dat deze monetaire verharding gekoppeld aan een expansieve begroting gewoon onhoudbaar is en net zoals in 1976 zou kunnen leiden tot een vernederende lening van het IMF! Truss laat zich leiden door een soort ‘reaganomics’, met dit verschil dat de V.S. toen en nu een sterke munt hebben die tegen een stootje kan.
Bovendien, zo werd berekend, zijn de maatregelen sociaal onrechtvaardig. De belastingvermindering komt voor 45 % in het voordeel van de rijksten en slechts voor 12 % in het voordeel van de armsten. En er liggen nog meer hervormingen te wachten, voor de pensioenen, de kinderbijslag, vermindering van de schuldenlast…
De Bank of England is afgelopen week meteen moeten tussenbeide komen om de lange termijn staatsleningen te ondersteunen en de financiële stabiliteit te bewaren.
Partijconferentie
Deze week begint in Birmingham de partijconferentie van de Britse Conservatieven. Het zal er lichtjes onstuimig aan toe gaan. Het ongenoegen is zeer groot, maar men beseft dat het onmogelijk is om Liz Truss, ondanks haar zelfmoordactie, na nauwelijks drie weken weer af te zetten. Of haar Minister van Financiën dit overleeft is een andere vraag.
Bovendien blijkt de bedrijfswereld geen vragende partij te zijn voor belastingverminderingen. Als de ondernemingen mogen kiezen, wordt eerst gekeken naar de stabiliteit, dan naar een betere infrastructuur en tenslotte naar goede werkkrachten, want ook die zijn er niet meer.
Nieuwe verkiezingen zullen er pas komen in 2024. Liz Truss heeft een grote bewondering voor Thatcher, maar dat op zich is natuurlijk onvoldoende. Bovendien is ze slechts verkozen door een deel van de partijleden en niet door de hele bevolking. Samen met haar uitgesproken onervaren kabinet maakt het haar bijzonder kwetsbaar. Een grote dadenkracht zal van deze regering niet meer uitgaan.
Labour doet het goed
Wie hier garen bij spint is uiteraard de Labour partij van Keir Starmer. Charisma is niet bepaald het grote kenmerk van de man, maar hij belooft stabiliteit en heeft een erg bekwame ‘shadow’ Minister van Financiën, Rachel Reeves.
Op het partijcongres van vorige week in Liverpool was de eenheid van de partij zo goed als hersteld, na de zware beschadiging door het afzetten van Jeremy Corbyn. De linkse vleugel – voor zover die niet is uitgeschakeld – heeft begrepen dat haar stem niet meer draagt en dat de wind weer uit een andere richting komt. Starmer roept op om weer nauwer te gaan samenwerken met de Europese Unie. Labour heeft de stakingen van afgelopen zomer niet gesteund en is weer beste maatjes met het bedrijfsleven. Te weinig middelen voor meer personeel in de partij? Geen nood, de ondernemingen staan wel wat mensen af. Op die manier zijn die bedrijven geen probleem weer, maar worden ze deel van de oplossing. Het is een ‘gerookte zalm’ offensief’, zo schrijft The Economist.
Volgens de peilingen ligt Labour momenteel met ruim 10 % of zelfs meer voor op de Conservatieven.