Washington heeft inmiddels gewaarschuwd voor eenzijdige militaire acties die VS-troepen in het gebied kunnen raken, maar benadrukt tegelijk dat Turkije een belangrijke NAVO-bondgenoot is. Erdogan van zijn kant zegt dat de VS “terroristen gebruikt” met inbegrip van IS om zijn doelstellingen in de regio te verwezenlijken. En wat hij zegt klopt trouwens gedeeltelijk ook. De VS is niet geïnteresseerd in het emancipatorisch project van de Koerden, in de bevrijding van de vrouw, het pluralisme en de basisdemocratie die ze er –behoorlijk succesvol – proberen realiseren. Washington wil er vooral zijn belangen verdedigen, voet aan huis houden in Syrië, Rusland en zijn bondgenoten (Iran) tegenwerken, IS bestrijden en streeft uiteindelijk ook een verandering van regime na. Bij die politiek hoorde ook steun aan salafistische bewegingen.
Erdogan is evenwel de laatste die anderen moet verwijten ‘terroristen’ te steunen. Ankara heeft IS militair en economisch gesteund, direct of indirect, en zijn grenzen opengesteld voor gewapende extremisten van allerlei slag. Het is met bepaalde van die groepen aan wiens zijde het Turkse leger begin dit jaar een offensief begon tegen de Koerdische enclave Afrin. Erdogan wil een ‘Nationaal Pact’ uit 1920 tot leven wekken en noordelijk Syrië en Irak bij Turkije inlijven. In 2023 is het 100 jaar geleden dat Turkije, ontstaan uit de puinhopen van het Ottomaanse Rijk, het ‘onrechtvaardige’ Verdrag van Lausanne heeft moeten slikken en aanspraken op bepaalde Ottomaanse gebieden heeft moeten laten varen. Tijdens zijn bezoek aan Athene in december 2017 sprak Erdogan openlijk zijn hoop uit dat het betrokken verdrag zou worden herzien. Hij lijkt dat nu te realiseren met ‘facts on the ground’. Vraag is of zijn de ‘internationale gemeenschap’ Ankara wil duidelijk maken dat hij niet zomaar met militair geweld soevereine landen kan binnenvallen om dat gebied te bezetten vervolgens eventueel aan te hechten.
In december verschijnt mijn boek ‘het Koerdisch Utopia” bij EPO