Abdouallakh Anzorov is enkele dagen geleden ceremonieel begraven in Sjalaji, in de republiek Tsjetsjenië, deel van de Russische Federatie. Dat zou in alle “discretie” zijn gebeurd, ware het niet dat de site ‘Baza’ beelden brengt van een rouwstoet met rond 200 deelnemers, terwijl de politie andere rouwenden van deelname weert.
Anzorov is de 18-jarige Tsjetsjeen die op 16 oktober in het Franse Conflans-Sainte-Honorine leraar Samuel Paty onthoofde. De familie vroeg hem in Tsjetsjenië te mogen begraven, wat op een onduidelijke manier is toegestaan. De begrafenis werd volgens lokale bronnen een huldebetoon, met rouwenden die “Allouah Akar” riepen. De politie belette dat er beelden werden genomen, maar desondanks zijn videobeelden opgedoken.
Het is merkwaardig dat Parijs is afgeweken van de gewone praktijk, namelijk beletten dat het graf van een terrorist een pelgrimsoord wordt. In andere gevallen wordt voor de grootste anonimiteit gezorgd.
“Provocaties”
Zeker is dat dit alleen kon met de toestemming van Ramzan Kadyrov, de president van Tsjetsjenië die in zijn republiek, met zegen van Moskou, strikt de sharia toepast. Kadyrov bouwde in Grozny de grootste moskee van Europa en organiseerde de grootste betoging ter wereld tegen Charlie Hebdo.
Kadyrov heeft de moord op Paty min of meer vergoelijkt, die was volgens hem een reactie op Franse provocaties. Hij noemde president Macron “de bendeleider en aanstoker van het terrorisme in Frankrijk”. Op “sociale media” pleiten Tsjetsjenen en andere moslims uit Rusland voor het noemen van een straat in Sjalaji naar Anzorov. In Parijs kreeg burgemeester Anne Hidalgo enige tegenwind van de groene partners tegen het noemen van een plein naar Paty!
Ook het Kremlin wijkt hier af van de Russische wet die verbiedt dat het lichaam van een terrorist aan de familie wordt toevertrouwd en dat de begraafplaats wordt bekendgemaakt. Het Kremlin nam na de moord op Paty een dubieuze houding aan: “Het is onaanvaardbaar de gevoelens van gelovigen te kwetsen, het is onaanvaardbaar mensen te vermoorden”, zei de woordvoerder van Buitenlandse Zaken.
Zie ook: