Zadisten, Terre de Liens en Landgenoten, verenigt u!
La ZAD plus grand que nous
Het ideeëngoed van ‘Tous au Larzac’ is niet op een koude steen gevallen. De strijd die zich op het plateau ontwikkeld heeft, doet nog altijd meer dan een belletje rinkelen, zowel nationaal als internationaal. Voor de Zadisten van vandaag is het nog steeds een inspiratiebron. Een ZAD (une zone à défendre) is in haar Franse afkorting intussen synoniem geworden voor een rebelse plek. Zo is Nôtre-Dame-Des-Landes een nieuwe ‘Tous au Larzac’ geworden waar de geboorte van de Zadisten plaats vond. Ook nu weer rees er van onderuit verzet tegen grootscheepse moderniseringsplannen van de Franse overheid die in de economisch hoogconjunctuur van vorige eeuw ontstonden. (1)
In 1963 tekende ‘Parijs’ plannen uit om een gebied in de Loire-Atlantique, dichtbij Nantes, om te vormen tot een nieuwe luchthaven. Dat ging de futuristische Aeroport du Grand Ouest worden die in 2008 zou opengaan. Het is anders gelopen. Het gebied werd une Zone d’Aménagement Différé, afgekort ZAD of her in te richten zone. Het dorp Nôtre-Dame-Des-Landes dreigde te verdwijnen en ook de bewoners van de omliggende dorpen werden geconfronteerd met een luchthaven in hun landelijke achtertuin. De reacties van de plaatselijke bevolking bleven niet uit, en ook die van milieuactivisten die niet akkoord gingen met de kostprijs en met de hoge ecologische impact van een nieuw vliegveld. Dat was vervelend voor de centrale overheid die intussen ook al met het dossier van de Larzac zat opgezadeld en bovendien was er de exuberant hoge kost van het project. De plannen voor die luchthaven werden dan ook gedurende jaren in de koelkast gestopt, maar in 2000 blies de toenmalige eerste minister van Frankrijk, Lionel Jospin, ze nieuw leven in. De bewoners van Nôtre-Dame-Des-Landes en omliggende dorpen die zouden verdwijnen, organiseerden zich in een actiegroep om hun bezorgdheid en ongenoegen over het geplande project te uiten. Het is vanaf toen dat het echte verzet is begonnen en dat er een tweede affaire-Larzac dreigde te ontstaan.
In 2010 werd het gebied van meer dan 25 ha groot bezet door milieuactivisten die zich organiseerden om de bossen, akkers en dorpen te redden van onteigening, afbraak en betonnering. De bezetters hadden blijkbaar het scenario van actievoeren in de Larzac goed gelezen, want de boerderijen van bewoners die verkocht hadden aan de staat en intussen weggetrokken waren, werden gekraakt. Daar bleef het niet bij, want al gauw werden boomhutten in de bossen opgetrokken en hippiebusjes, oude caravans, roestige woonwagens en zelfgebouwde cabanes, tipis en yourts vonden hun plaats in de tussenliggende velden. De ZAD veranderde van naam en werd strijdvaardig omgedoopt tot zone à défendre: op ongeveer 2000 hectares velden, meren en woud installeerden zich een aantal personen met de bedoeling daar te blijven. De Zadisten waren geboren.
De ZAD ontwikkelde zich al snel tot een microsamenleving waar groepjes mensen, naast de oorspronkelijke bewoners, op een autonome en ecologisch verantwoorde manier samen gingen leven. Een creatief proces van commoning kwam daar tot stand. Les Zadistes bouwden in die jaren een mini-samenleving op die bijna volledig autonoom functioneerde met zelf geteelde groenten, een eigen veestapel, werkateliers en een eigen winkeltje.
Al dat illegaal gedoe vond ‘Parijs’ niet zo fraai. En dat zou ook al heel snel blijken. Copy paste de Larzac maar dan veertig jaar later begon ook het kat-en- muisspel met de vangarmen of handlangers van de wet. Op 9 april 2018 viel een leger van blauwe robocops de ZAD binnen. Einde verhaal? De Zadisten stelden een collectief gebruikssysteem van de gronden met een langdurige erfpacht voor, zoals zich dat tot ieders voldoening ontwikkeld had op het Larzacplateau, maar dat werd al gauw van tafel geveegd door de overheid. Zij wilde in Nôtre-Dame-des-Landes geen nieuwe Larzac-toestanden. Met de grote middelen werden de Zadisten aangevallen en verdreven.
Sébastien Lecornu, staatssecretaris voor ecologische transitie, wees alle collectieve claims op de grond van de Zadisten, zoals toegepast in de Larzac, van de hand. ‘Wij menen dat er moet gekozen worden voor een individuele oplossing,’ zei hij tegen de verzamelde pers. ‘Het model van de Larzac is niet het model dat de overheid wil volgen.’ En zo geschiede ook. Alleen individuele kandidaten mochten zich aanmelden om een stuk grond te verwerven en zo werd elke commoning activiteit onmogelijk gemaakt, want niet voorzien in de wetgeving. De traditionele orde was hersteld.
Naomi Klein door Mediapart om een reactie gevraagd, antwoordde: ‘De beelden van de afschuwelijke aanvallen van de politie tegen de Zadisten zijn choquerend, maar tegelijk releverend: het systeem houdt er niet van dat er ‘neen’ wordt gezegd en nog minder dat er een alternatief wordt aangeboden. Die mensen zijn in de ZAD gaan wonen om te verhinderen dat er een schadelijke infrastructuur voor het klimaat zou komen. De ZAD vertegenwoordigt
een essentiële visie op het politieke: het volstaat niet om ‘neen’ te zeggen tegen onrechtvaardigheden en de vernietiging van de wereld door winstbejag en
vervuiling. We moeten de wereld die we willen ook dichterbij brengen. Het zijn plekken waar mensen samen bouwen aan een mooie toekomst. In die zin is de ZAD een model. Het is allemaal begonnen als een verzet tegen de bouw van een luchthaven, maar het is uiteindelijk veel meer geworden. Het is een ‘ja’ geworden: een plek om op een creatieve manier collectief te leven en te werken met landbouw- en artisanale projecten. (2)
Les Zadistes groeide uit tot een internationale solidariteitsbeweging met als slogan ‘ZAD Partout’, onder meer in het Franse Testet waar een actiekamp tegen de bouw van een dam werd opgezet en waar in 2014 een activist stierf door een projectiel afgevuurd door de politie. Ook in Haren bij Brussel, waar activisten een terrein bezetten tegen de bouw van de nieuwe maxigevangenis werd de naam ‘ZAD’ gebruikt. De internationale pers kwam ter plaatse en zelfs de New York Times vermeldde in haar berichtgeving de gebeurtenissen in de ZAD. Nôtre-Dame-Des-Landes of all places begon ineens te flikkeren op de wereldkaart. En ja natuurlijk, er werd ook een podium gebouwd voor concerten, dans en theater.
Terre de liens
In Frankrijk zijn er niet alleen ZAD’s en Zadisten. Er zijn niet alleen des Zones à défendre, maar ook om te heroveren op de trend naar commodificatie. Overal in Frankrijk betekenen hoge land- en gebouwenprijzen een zeer groot obstakel voor jonge landbouwers. Die zijn nog groter voor hen die aan organische of andere vormen van alternatieve landbouw doen, die door banken gewoonlijk als te weinig rendabel worden beschouwd en ook niet in aanmerking komen voor overheidssteun. Terre de Liens probeert daar wat aan te doen. Terre de Liens brengt in heel Frankrijk dergelijke dynamieken op gang. De deelnemers doen dit vanuit de overtuiging dat landbouw de zaak is van iedereen. Zij beseffen dat de manier waarop het land wordt gebruikt en verdeeld dé sleutel is om niet alleen de kwaliteit van de voedselproductie te verhogen, maar ook om het ecologisch landbouwen te ondersteunen. Het uitgangspunt van Terre de Liens is dat de waarde van landbouwgrond ligt in haar bijdrage aan de voedselproductie, maar ook ecosystemen en menselijk leven tout court versterkt. Mensen die wensen te investeren in een groepsaankoop van landbouwgrond doen dat niet om winst te maken. Technisch gezien maken zij wel deel uit van een aandeelhoudersgezelschap van een privébedrijf, maar praktisch weten zij dat het de grond niet verder verkocht zal worden zolang Terre de Liens bestaat. In elke geval ontvangen zij geen dividend. De meerwaarde die investeerders zoeken is niet van financiële aard, maar wel de directe band met de boerderij, vruchtbare gronden en biodiversiteit, behouden van lokale activiteit en het gevoel om er bij te horen. Zij vinden ook vreugde in het deelnemen aan experimenten rond voeding en landbouw die onvermijdelijk ook de onderlinge sociale band zal versterken.
Terre de Liens is nog steeds een jonge beweging die geconfronteerd wordt met vele moeilijkheden: het verbeteren van het management van de boerderijen en de stallen, het verder mikken dan de eerste groep van ondersteuners, het consolideren van de financiële middelen, etc. Tot op vandaag heeft ze 120 boerderijen gered, 12000 supporters aangesproken en tientallen partnerships afgesloten met lokale autoriteiten. Deze verwezenlijkingen, hoewel bescheiden in de context van de Franse landbouw, zijn toch een sterk teken dat er een behoorlijk groot aantal burgers bereid is om een betere grondplanning en agro-ecologische vormen van landbouw te ondersteunen.
Vandaag bestaat de behoefte om te groeien en Terre de Liens te verbinden met gelijkaardige initiatieven in Europa en in de wereld. De ondergang van het klein-boerenbedrijf is volop aan de gang. Maar er zijn ook de desastreuze gevolgen van de conventionele landbouw voor het leefmilieu en de volksgezondheid, en de leegloop van rurale gebieden. Er is echter verzet aan het groeien van een nieuwe generatie van landbouwers die hun landbouwactiviteiten willen koppelen aan hun sociale omgeving door voedsel te produceren voor lokale en regionale markten. In die zin maakte Terre de Liens deel uit van een bredere transitiebeweging die gericht is op het herstellen van een community gerichte manier van landbouwen en ruraal leven. De gebruikswaarde van de grond die onder het kapitalisme gedegradeerd werd tot alleen maar de ruilwaarde ervan moet terug geherwaardeerd worden.
Landgenoten
Naar het voorbeeld van Terre de Liens bestaat nu ook in ons land een gelijkaardige formule onder de passende naam ‘De Landgenoten’ of hoe kunnen we terug genieten van het land zonder een dikke portefeuille te moeten bovenhalen. De Landgenoten is een coöperatie en een stichting die landbouwgrond koopt met het geld van aandeelhouders en schenkers. De parallellie met de SCTL (Société civile des terres du Larzac) bestaat alleen met dat verschil dat uiteindelijk de gronden op het plateau van de Larzac na een langdurige erfpacht terug in handen van de staat komen.
De Landgenoten verwerven zoals hun confraters van Terre de Liens via hun coöperanten gronden in eigendom en verhuren die dan aan bioboeren via loopbaanlange contracten. Het gaat dus, gezien de bestaande en juridische vastgelegde eigendomsverhoudingen, om het verwerven van grond niet om de ruilwaarde ervan, maar om de gebruikswaarde van de grond te kunnen garanderen. ‘Door boeren een langlopend huurcontract aan te bieden, stimuleren we de groei van duurzame landbouw in Vlaanderen, verzekeren we de continuïteit van landbouwbedrijven en beschermen we de opgebouwde bodemvruchtbaarheid voor de volgende generatie bioboeren. We nemen trouwens ook grond in beheer of geven advies aan grondeigenaren om hun grond duurzaam te laten bewerken. Bovendien zoeken we overnemers voor landbouwers die stoppen.’ Dat schrijft De Landgenoten op hun website. (3)
Ook zij zijn voorstanders van een commonsgerichte aanpak:‘De Landgenoten stimuleert burgers, boeren en overheden om samen landbouwgrond duurzaam te beheren als gemeengoed.’De coöperatie wil als lokaal verankerde beweging een katalysator van duurzame landbouwprojecten in heel Vlaanderen zijn. Zij verenigt rond elk project burgers in een levendig netwerk dat op en rond de boerderij werk maakt van een sociale, inclusieve en participatieve gemeenschap. ‘Zo ondersteunen we samen de groei van duurzame landbouw in Vlaanderen, verzekeren we de continuïteit van landbouwbedrijven en beschermen we de opgebouwde bodemvruchtbaarheid ten behoeve van de volgende generatie boeren en van de hele maatschappij.’
Zadisten, Terre de Liens en Landgenoten allerhande en landen, verenigt u!
- zie Walter Lotens, Rebelse plekken, over municipalisme en commons, Gompel & Svacina, 2019
- Naomi Klein, La ZAD est un modèle. Mediapart, 23 april 2018