Burgeroorlog lijkt een realiteit te worden in heel het Arabische vaderland. Het Arabische volk is vandaag verdeeld en verward, geklemd tussen de hamer van de bezetting en het aambeeld van Al Qaeda. De versplintering van het gebied en het hertekenen van de landkaart volgens neoconservatieve en zionistische plannen, een soort nieuwe versie van Sykes-Picot, lijkt geheel volgens planning te verlopen.
Die plannen willen een nieuw Midden-Oosten scheppen dat beter kan onderworpen en gecontroleerd worden om zo het bestaan van de kolonialistische staat Israël te beschermen en de controle te behouden over de Arabische oliereserves. Die twee doelen kunnen alleen maar bereikt worden door de Arabische natie, die verdeeld is over verschillende entiteiten die regelmatig met elkaar slaags geraken en die een permanent internationale (lees Amerikaanse) patronage lijken nodig te hebben, in een zwakke en onderontwikkelde positie te houden.
Wat vandaag gebeurt in Libanon ligt in het verlengde van wat er gebeurt in Palestina en Irak: we zien een strategie aan het werk om het land te destabiliseren en in een burgeroorlog te storten.
Al Qaeda, en zijn splintergroepen als Fatah al Islam, spelen in dit verband een cruciale rol. In Irak hebben de onophoudelijke aanvallen van Al Qaeda op de sjiieten, die in het begin hevig tegen de bezetting gekant waren, groepen sjiieten naar een positie van steun aan de bezetting gedreven en de vorming van een globaal, nationaal Irakees eenheidsfront verhinderd. De gedragswijze van Al Qaeda leidde recent zelfs tot botsingen binnen de islamitische soennitische fracties van het verzet.
Dit maakt duidelijk dat, ondanks de onwaarschijnlijke successen die Al Qaeda boekt in de strijd tegen de bezetting, het meer een handicap is voor het verzet door zijn splijtrol tussen de verschillende krachten die tegen de bezetting vechten, dan een troef. Al Qaeda past vandaag perfect in de neoconservatieve plannen tot versplintering en is de katalysator in het proces van sektarische oorlogen overal in het vaderland.
De groep die zich in Libanon Fatah al Islam noemt is een verlengstuk van Al Qaeda en is organisch verbonden met de situatie in Irak.
Bijna een jaar geleden nam deze groep de controle over het vluchtelingenkamp Nahr Al Bared in Noord-Libanon over, nadat ze een andere splintergroep die zich Fath Al Intifada noemt, die pro-Syrisch is en die de volledige controle had over het hele kamp, had opzijgezet. De groep trok daarna jihadi’s uit verschillende Arabische landen aan. Hun gevechtskracht wordt geraamd op 500 militanten, voornamelijk Libanezen, Syriërs en Palestijnen, maar ook strijders afkomstig uit de Maghreb en uit sommige Oost-Aziatische landen als Bangladesh en Pakistan. De groep heeft dus een typisch jihadistisch profiel en houdt ook hetzelfde bekende Al Qaeda discours. De groep startte dan een campagne van bankovervallen om zich te financieren en raakte al snel betrokken bij sommige destabiliserende aanvallen binnen de Libanese grenzen, zoals de bomaanslagen op passagiersbussen in de christelijke stad Ain Alah.
Of de groep geïnfiltreerd is door de veiligheidsdiensten van een bepaalde staat of staten valt nog aan te tonen, maar dat belette de Libanese pro-westerse ‘Coalitie van 14 Maart’ niet om de groep ervan te beschuldigen een marionet te zijn van de Syrische geheime diensten. Erg onwaarschijnlijk, als men weet dat de groep ook betrokken was bij aanvallen en schietpartijen in Syrië. Of als men weet dat zijn leider Shaker Al Abssi een tijd in de gevangenis zat in Syrië en nog altijd gezocht wordt door de Syriërs. De Syriërs schoten trouwens recent twee leiders van de groep dood toen die probeerden Irak binnen te dringen.
Vermeldenswaard is ook het feit dat de Amerikaanse journalist Seymour Hersh er de Libanese regering van Siniora en zijn ‘Toekomstpartij’ van beschuldigt indirecte steun te verlenen aan de groep door hen Saoedisch en Amerikaans geld toe te steken. Volgens Hersh zou het de bedoeling zijn van de Amerikanen en de Saoedi’s om via steun aan jihadgroepen als deze – of aan Jound el Sham in de buurt van Sidon – een soennitische militie op poten te zetten, die in staat is om de confrontatie met Hezbollah aan te gaan, meer bepaald na de nederlaag van Israël tegen Hezbollah de voorbije zomer. In plaats van een rechtstreekse confrontatie met Hezbollah bestaat de strategie van de Amerikanen en de Israëli’s er nu in om Hezbollah trachten mee te sleuren in het moeras van een sektarische burgeroorlog. Op die manier zou Hezbollah zijn aanzien als pan-Arabische, volkse weerstandsbeweging kwijtspelen, en herleid worden tot een van de vele sektarische milities. Tot op dit ogenblik heeft Hezbollah met succes vermeden om in die val te trappen en lijkt de beweging zich volkomen bewust van de Amerikaanse plannen.
Fatah al Islam begon in Libanon zijn eigen agenda te bepalen en te volgen, zonder rekening te houden met de agenda van zijn onwaarschijnlijke vrienden. Die agenda bestond erin zijn eigen macht te vergroten, maximaal te rekruteren en eventueel een ander jihadistisch front te openen in Libanon, zowel tegen de regering als tegen de ‘vredesmacht’ van de Verenigde Naties, en waarschijnlijk ook tegen de sjiieten en Hezbollah. Dit past in de globale strategie van Al Qaeda.
Maar de groep beging strategische blunders. Er raakte bekend dat de groep achter de Ain Alah bomaanslagen zat en betrokken was bij verschillende bankovervallen. Het is in een achtervolging na een van deze bankovervallen dat de Libanese politie een raid uitvoerde op een van hun onderduikadressen in Tripoli. Dit leidde op zijn beurt tot een verrassingsaanval van de groep op het Libanese leger, waarbij 23 officieren en soldaten gedood werden.
Het Libanese leger is de enige Libanese instelling die aanvaard en gerespecteerd wordt door alle partijen, inclusief het verzet. Het is een volksleger en geen leger van een dictator. Het speelt een cruciale rol in het bewaren van de vrede tussen de burgers in een land dat extreem verdeeld is tussen de pro-regeringskrachten en de oppositie. Neem het leger weg of stel het buiten werking en het zal niet lang duren of heel het land wordt in de vernietiging en de burgeroorlog gestort.
De situatie nam een dramatische wending toen de belegering begon van het Palestijnse kamp van Nahr el Bared, waarin Fatah al Islam zich barricadeerde. Het leger staat er voor het dilemma om de zaken te laten zoals ze waren en niet te reageren op de aanval of terug te slaan met het risico dat de Palestijnse vluchtelingen in het kamp, die als gijzelaar dienen voor Fatah al Islam, het slachtoffer worden.
Alle Palestijnse groepen, met inbegrip van Hamas en Jihad, hebben al verklaard dat ze de Fatah al Islam veroordelen en beschouwen als een vreemde groep die met het Palestijnse volk niets te maken heeft. Zij betuigden hun steun aan het Libanese leger, maar vroegen tegelijk dat de situatie zou behandeld worden met terughoudendheid om de levens van onschuldige burgers niet in gevaar te brengen.
Maar de pro-westerse, corrupte en racistische regering Siniora, en achter haar de ‘Coalitie van 14 Maart’, probeert de gebeurtenissen politiek uit te buiten om de discussie over de wapens van het verzet opnieuw te lanceren en het Libanese volk achter de vlag van de oorlog tegen het Palestijnse volk te krijgen. Ondanks hun steun aan het leger in de uitschakeling van Fatah al Islam, is het alleen de oppositie die eist dat de levens van de vluchtelingen zouden gespaard worden en die vraagt dat de situatie aangepakt zou worden op een manier die niet leidt naar een totale confrontatie met de Palestijnen in Libanon.
De racistische krachten in Libanon roepen op tot een algemene mobilisatie van het Libanese volk tegen Fatah al Islam en ze maken bewust een amalgaam tussen deze internationale jihadistische groep en heel het Palestijnse volk, onder gejuich en handgeklap van de Bush-administratie. Dezelfde racistische regering die de Palestijnen altijd heeft belet om te leven als menselijke wezens en die hen compleet discrimineert op alle vlakken van het maatschappelijke leven in Libanon, roert nu de oorlogstrom.
We bevinden ons in een zeer delicate situatie. Een correcte positie bestaat erin om het leger te steunen in zijn strijd tegen de terroristen, maar tegelijk druk uit te oefenen op de rechtse en racistische regering om het leger niet om te vormen tot een terroristisch leger. Als dit betekent dat er een staakt-het-vuren moet komen en dat er onderhandeld moet worden om tot een uitweg te komen, dan is dit maar zo. We kunnen ons geen nieuwe open wonde in de Arabische wereld veroorloven. Iedereen die vindt dat een slachtpartij in Nahr el Bared gerechtvaardigd is omdat er zich daar een terroristische groep barricadeert, vervalt in dezelfde logica als de zionistische terroristische staat en getuigt van een zelfde racistische manier van denken.
Hoe zou een democratisch leger deze gijzelingssituatie aanpakken?
Zou het de gijzelaars samen met de gijzelnemers bombarderen?
Ik denk echt dat dit niet de juiste weg is om zo’n situatie aan te pakken.
Als de situatie escaleert tot een totale confrontatie tussen al de Palestijnse kampen en de Libanese staat, dan zal dit een drama betekenen en een nieuwe overwinning voor onze vijanden. De volledige verantwoordelijkheid hiervoor ligt bij Siniora en zijn racistische soortgenoten. We kunnen de terroristen niet verwijten dat ze terroristen zijn, dat is immers bekend. Maar we kunnen er wel een staat van beschuldigen zich te gedragen als een groep terroristen. Fatah al Islam moet uitgeschakeld worden, net zoals de Palestijnse vluchtelingen in Libanon moeten beschermd worden. Dat is het moeilijke vraagstuk dat moet opgelost worden. Indien het niet lukt, blijf proberen. Een verkeerd antwoord in de een of de andere richting is catastrofaal.
Jihadistische strategie voor Libanon?
In hoeverre steunt Al Qaeda de strijd van Fatah al Islam (FAI)?
En in hoeverre schrijft deze strijd zich in in de globale jihadistische strategie?
Het zijn vragen die om een antwoord vragen als we de mogelijkheden van een verdere escalatie van het conflict, dat op dit ogenblik woedt in Noord-Libanon, correct willen inschatten.
Op het eerste gezicht leek de hele zaak niet meer dan een gewone veiligheidskwestie tussen een groep desperado’s en de veiligheidsdiensten. Maar zowel de geopolitieke omgeving als de manier waarop de Amerikanen reageren (met wapenleveringen aan het Libanese leger), maken duidelijk dat de inzet groter is dan dat. Voeg daarbij de lokale Libanese polarisatie en je hebt al de ingrediënten voor het begin van een veralgemeend conflict. In de al zeer onstabiele situatie van Libanon kan eender welke vonk het hele land in brand zetten.
Een interessant gegeven bij de huidige gebeurtenissen is de kruising tussen de bredere sympathisantenbasis van de FAI en die van de pro-Amerikaanse soennitische ‘Toekomstpartij’ van Saad al Hariri. De aanhang van Hariri bevat delen van de radicale islamitische soennitische beweging, die aangetrokken werden door de, overigens niet erg religieuze, Haririclan op basis van een sektarische soennitische reflex met op de achtergrond de Libanese communautaire polarisatie. Deze groepen behoren ideologisch tot de salafistische tendens. In een eerder stadium vormden zij hoogstwaarschijnlijk de verbinding die de Amerikanen en de Saoedi’s gebruikten om Fatah al Islam te financieren.
Op 23 mei schoot de Libanese politie, die bekend staat als overwegend sunnitisch en pro-Hariri, een jonge Libanese salafist dood. De vader van de jongen kwam op tv, noemde de namen van de moordenaars en richtte zich op een emotionele wijze tot Hariri: “Wij steunen u. Wij staan achter u. Is dit de dank die we krijgen?” Zo’n moord op dit moment is ofwel een dwaze en onberekende daad ofwel een wanhopige actie die absoluut noodzakelijk is om iets te verbergen. Dat “iets verbergen” moet het waard zijn om het risico te nemen om bepaalde delen van de sunnitische sympathisanten van de regering af te stoten.
Wat brak dan de alliantie tussen de jihadisten van de FAI en Hariri en, achter hem, zijn Amerikaanse vrienden?
Kan het dat wat eerst een lokale soennitische militie was die Hariri en Siniora aan steun moest helpen tegen Hezbollah een Libanees Al Qaeda in wording bleek te zijn?
Was de groep feitelijk met de internationale Al Qaeda-structuur verbonden, wat een confrontatie met de Amerikanen, langs de Libanezen om, onvermijdelijk maakte?
En wie nam er in die context de strijdbijl op?
Het antwoord op die vraag is cruciaal.
Als het antwoord is dat de FAI, verbonden met Al Qaeda, de strijd begon, dan kan dit er alleen op wijzen dat er in Libanon een nieuw front van de globale jihad is geopend en dat we binnenkort aanvallen mogen verwachten op de internationale UNIFIL-troepen in Zuid-Libanon.
In het andere geval blijft er natuurlijk de mogelijkheid dat het de autoriteiten zijn die de strijd begonnen of dat er omstandigheden zijn die de zaak hebben uitgelokt en dan is het voorbarig te spreken van de opening van een globaal Libanees jihadistisch front.
De volgende dagen en weken zullen meer duidelijkheid brengen over wat het mogelijke scenario is.
Wat er ook gebeurd is of zal gebeuren,de globale Amerikaanse oorlog en de weerslag ervan, hebben zich vandaag gecentreerd op Libanon, en de Libanese arena is meer dan ooit blootgesteld aan zijn toxische straling en effecten.
Alleen al het zicht van Amerikaanse militaire vliegtuigen die wapens naar Libanon verschepen, net zoals ze die naar Israël verscheepten tijdens diens aanval op Libanon, is ontstellend.
De boodschap kan niet duidelijker: de Amerikanen willen de Arabieren alleen helpen als het erom gaat om elkaar uit te moorden. De hele Arabische wereld kijkt toe, samen met Al Qaeda. Want zelfs als de FAI niet zou verbonden zijn met Al Qaeda, dan nog leidt het voor mij niet de minste twijfel dat Al Qaeda zich nu verbonden moet voelen met hen. Al wat er nu gebeurt in Libanon is voor Al Qaeda zeer aantrekkelijk en kan deze beweging alleen maar aanzetten tot een meer actieve betrokkenheid.
Voeg hierbij al de pijn en ellende die dit alles creëert onder de Palestijnen en onder de radicale sunnitische, salafistische gemeenschap, en we kunnen ervan uitgaan dat Libanon erg onstabiele tijden wachten. (Dyab Abou Jahjah)
(Uitpers, nr 87, 8ste jg., juni 2007)