De overwinning van de Democraten bij de Congresverkiezingen van 7 november, werd over het algemeen op applaus ontvangen in Europa. Daarbij kwam dan nog eens het vertrek van Donald Rumsfeld uit het Pentagon. Deze gebeurtenissen zijn echter niets meer dan het onvermijdelijke gevolg van de desastreuze mislukking van de Verenigde Staten in Irak, en dus niet het resultaat van de belofte op een betekenisvolle beleidswijziging.
Om het Republikeinse beleid te verwerpen hadden de kiezers geen andere mogelijkheid dan voor de Democratische Partij te stemmen, wiens leiders niet snel genoeg konden verklaren dat ze met president G.W.Bush wilden samenwerken.
Irak
De Democraten zullen op geen enkele wijze de doos van Pandora kunnen sluiten die ze in de eerste plaats zelf hielpen openen door de invasie in Irak te ondersteunen.
Zelfs Rumsfeld gaf in een nota van 6 november 06 aan George W. Bush , toe dat de militaire inspanning van de VS niet functioneert en dat de tijd aanbreekt voor een belangrijke aanpassing. Maar hij was zo onzeker over wat een dergelijke belangrijke aanpassing zou kunnen inhouden, dat hij voorstelde om de nieuwe aanpak als een experiment te presenteren. « Dit zal ons de kans geven om bij te stellen en – indien nodig – een andere richting uit te gaan, zonder te moeten verliezen. » Kortweg, Rumsfeld zegt dat hoewel we aan het verliezen zijn, we het voor de wereld best anders benoemen.
De verschillende suggesties van Rumsfeld voor een nieuwe actielijn behelsden een herpositionering van de Amerikaanse militairen uit hun kwetsbare posities in Bagdad, naar veiliger oorden zoals Koeweit. Dergelijk idee was voordien al naar voor geschoven door een bealngrijke, Democratische oorlogstegenstander, volksvertegenwoordiger John Murtha van Pennsylvania. Zo’n gelijklopendheid is een indicatie van het feit – met enkele marginale uitzonderingen – dat Democraten net zoals Republikeinen, vooral scherpe kritiek hebben voor de wijze waarop de oorlog en de bezetting werden uitgevoerd. Geen van hen durft er echter maar aan te denken om de criminele aard van de invasie zelf aan te klagen, en nog minder de president en vice-president voor deze catastrofe tot ontslag te dwingen.
Democraten
Chris Carney is een van de nieuwe Congresleden die profiteerden van de anti-Republikeinse stemming. Hij werd verkozen als Democraat voor Pennsylvania. Carney is een reserve officier van de marine en werkt voor Douglas Feith, de meest enggeestige doctrinaire neoconservatief. Het betreft een speciale Pentagon eenheid die de CIA moest omzeilen en alarmistische inlichtingenrapporten moest maken waarin Irak werd gelinkt aan terrorisme en massavernietigingswapens. Carney zegt nog altijd te geloven dat er een band bestond tussen Irak en Al Qaeda, maar « of deze sterk genoeg was om er een oorlog voor te beginnen, behoort tot de beslissingen van de president ». Zijn kritiek op het Pentagon beperkt zich tot het niet voorzien van de opstand die op de invasie volgde. En wat de terugtrekking betreft zegt Carney hetzelfde als de andere Demcoraten: “We kunnen geen chaos achterlaten. We moeten focussen op de opleiding van de Iraakse troepen, die dan andere Irakezen kunnen trainen.” Dit is precies de uitwegstrategie die ooit ‘vietnamisering’ werd genoemd, en eindigde met een wanordelijke terugtrekking per helikopter vanop het dak van de Amerikaanse ambassade in Saigon.
Iedereen in Washington, behalve ogenschijnlijk George W.Bush, is zich ervan bewust dat de Verenigde Staten in een hopeloze janboel zitten. Maar niemand weet hoe er uit te geraken. Iran ter hulp vragen, of het bombarderen? Alle scenario’s worden bestudeerd, zo lang ze de fictie hoog houden dat de Verenigde Staten Irak binnenvielen met goede bedoelingen, maar dat helaas het Pentagon managementsfouten maakte in de uitvoering van dit nobele beleid.
Neoconservatieven
Dat is nu precies de lijn van de neoconservatieven die in de eerste plaats de VS in deze oorlog leidden met hun theorieën. Sindsdien zijn ze uit het Pentagon vertrokken om zich te gaan verschuilen als hoofd van de Wereldbank (Paul Wolfowitz) of in verschillende rechtse think-tanks die dominant wegen op de beleidsmakers in de Verenigde Staten. Er is niets dat de neoconservatieven verhinderd om naar de Democratische Partij over te schakelen. De ganse neoconservatieve beweging begon immers in het kantoor van de Democratische senator van de staat Washington, ‘Skip’ Jackson, die bekend staat als de ‘senator van Boeing’. Deze beweging werd geleid door de assistent van Jackson, Richard Perle, die de VS campagne inspireerde om de Sovjet Unie te dwingen Joden naar Israël te laten emigreren. Deze Russiche Joden hebben de rangen van uiterst rechts in Israël doen aanzwellen. Deze rechterzijde is organisch verbonden met de neocons en andere sterke organisaties als het Amerikaans-Israëlische Comité voor Openbare Zaken (AIPAC), wiens invloed op Congresleden – in het bijzonder Democraten – overweldigend is.
Indien voor de pro-zionistische neoconservatieven Iraq een warboel is, wel dan is de volgende halte Iran.
Europa
In Europa lijkt men de Democraten te verkiezen omdat deze meer geïnteresseerd lijken in hun oude Europese bondgenoten. Rumsfeld zal wellicht nooit vergeten worden omdat hij Europa indeelde in oud en nieuw. Inderdaad zelf nu hij weg is blijft dit onderscheid bestaan. Alsof de Britse aanwezigheid als ‘Trojaanse paard’ niet volstaat, heeft de uitbreiding van de Europese Unie met landen uit het voormalige Sovjetblok zoals Polen en de Baltische Staten, er extra voor gezorgd dat een onafhankelijk Europees buitenlands beleid dat substantieel verschilt van de lijn van Washington, geen kans maakt.
De Democraten zullen het de oude Europese leiders makkelijker maken om hun ondergeschiktheid ten opzichte van Washington aan hun bevolking te kunnen verkopen als ‘samenwerking tussen bondgenoten’. Door constant te refereren naar de VS als bevrijder van Europa in twee wereldoorlogen, tesamen met de schuldgevoelens tegenover Israël, wordt elke kritische houding tegenover de VS-Israël coalitie gestigmatiseerd of gemarginaliseerd. Dit gebeurt ondanks het feit dat dit geîntegreerd VS-Israëlisch beleid in het Midden Oosten vervloekt is door paranoïde waanbeelden van vervolging door een islamitisch fascisme dat de hele vrije wereld zou bedreigen.
Het grote gevaar voor de Europeanen is dat, bij gebrek aan moedige politieke leiders, ook zij in de schijnoorlog tussen beschavingen zullen worden getrokken. Tel daarbij het gevaar van een financiële en ecologische ineenstorting dan kan dit wel het einde van de westerse beschaving worden.
(Uitpers, nr. 82, 8ste jg., januari 2007)