Nog nooit speelde een kritische stroming zo een belangrijke rol op een vakbondscongres in Nederland. De ‘kloofdichters’ dwongen een belangrijke vernieuwing af van het bestuur van ABVAKABO, de grootste vakbond in de publieke sector en lid van het FNV.
Snikkend nam Edith Snoey, voorzitter van de ABVAKABO FNV, afscheid van haar medebestuurder Xander den Uyl. Zelf was ze nipt herkozen. Xander net niet. Het was het dramatische hoogtepunt van het congres van de ABVAKABO op 19 en 20 mei 2010 in Rotterdam. Het markeerde de keuze van een meerderheid van de leden voor nieuwe mensen en een nieuwe koers.
Niet eerder verliep een congres van deze vakbond voor werkers in de publieke sector, ooit een keurige ambtenarenbond, zó roerig. De leden lieten hun tanden zien… en beten.
Eén keer in de vier jaar houdt de ABVAKABO een congres om de beleidslijnen voor een wat langere termijn vast te stellen. Ditmaal stonden als onderwerpen vooral de inzet rond arbeidsvoorwaarden en werkinhoud én het functioneren en de inrichting van de bond zelf op de agenda. Het moest dus gaan om het ‘wat’ en het ‘hoe’.
Kloofdichters
In de voorbereiding van het congres, het afgelopen jaar, werd Vernieuwing hét slagwoord. Niet voor niets. Het ledental stagneerde rond de 350.000 en afkalving dreigde. De gemiddelde leeftijd van de leden liep op naar 51 jaar. Jongeren en allochtonen lieten zich nauwelijks verleiden tot lidmaatschap. Opzienbarende successen, na de massamobilisatie op het Museumplein in 2004, waren uitgebleven. Het imago was ronduit stoffig, zo werd geconstateerd.
Daar was iedereen het wel over eens. Maar over de meest gewenste vernieuwing liepen de meningen behoorlijk uiteen. Moest er meer gedaan worden aan individuele hulpverlening? Of was meer gezamenlijk optreden een hogere prioriteit? Meer polderen of meer actie? Meer leiding of meer van onderop? En hoe geef je aan het optreden van de bond op een moderne en aansprekende manier vorm?
Naarmate het congres naderde, nam de onvrede onder een grote groep actieve leden toe. Een kern daarvan organiseerde zich onder de naam Kloofdichters. Het ging om actieve kaderleden die meenden dat er een kloof was te dichten tussen leiding en leden én tussen de bond en de talloze potentiële leden. In de publieke sector werken immers ruim twee miljoen mensen, waarvan nog slechts 15 procent is georganiseerd. De Kloofdichters schreven een programma voor een democratische en strijdbare bond én ze stelden zich kandidaat voor het onbezoldigde bestuur om hun opvattingen ook wáár te maken. Tegenover de vier zittende bezoldigde bestuursleden stelde zich een drietal kandidaat dat dicht bij deze Kloofdichters stond. Zoiets was de ABVAKABO niet gewend! Een poging tot machtsgreep! Tot in de landelijke pers ontstond er rumoer.
Confrontatie
Niet alleen binnen de bond werd het onrustig. Ook daarbuiten kwam er beweging. Veel aandacht trokken de acties van de schoonmakers. Die werden weliswaar door een andere vakbond georganiseerd, FNV Bondgenoten, maar de gebruikte actiemethode -het zogenaamde organizing – werd in de ABVAKABO nauwlettend gevolgd. De Kloofdichters waren al langer enthousiast over die methode, waarbij heel veel geïnvesteerd wordt in het in beweging brengen van ‘gewone leden’.
De onmiskenbare overwinning van de schoonmakers leidde ook bij de bestuurders tot een positief oordeel. Voor het congres werd met ieders instemming de ‘godfather’ van organizing, de Amerikaanse vakbondsleider Andy Stern uitgenodigd. Pal na de schoonmakers kwam het gemeentepersoneel in actie. En daarbij was de ABVAKABO direct betrokken. Met tamelijk ongekend harde en langdurige stakingen wisten vooral de mensen van de gemeentereiniging een dreigende inkomensdaling voor alle werkers bij de gemeenten af te wenden. Ongetwijfeld voedde dit de meer radicale tendensen in de bond. Al eerder waren er overigens stappen gezet in de richting van de noodzakelijke Vernieuwing. In 2009 werd bijvoorbeeld flink geïnvesteerd in vakbondsconsulenten, vrijwilligers die de bond op de werkvloer zichtbaar maken. Ook werd de deur opengezet naar niet-leden bij meningsvorming en samenwerking bij acties. Volgens de Kloofdichters ging het de goede kant op, maar niet genoeg. Een confrontatie op het congres was onvermijdelijk.
Spanning
Op het congres was de spanning voelbaar. Hoe lagen de verhoudingen? De staande ovatie voor gastspreker Andy Stern na zijn meeslepende speech zei nog niet zo veel. Daar kon inmiddels iedereen zich wel in vinden. Maar geheel ongebruikelijk werd al gelijk daarna het bestuursvoorstel voor de congresagenda naar de prullenmand verwezen. Een meerderheid van de ruim driehonderd afgevaardigden wilde éérst discussie over het toekomstig beleid en dán pas bestuursverkiezingen in plaats van andersom. Nog veelbetekenender was dat het congres weigerde om het bestuur décharge te verlenen voor haar financiële verantwoording. Weliswaar klopten de voorgelegde cijfers, maar er waren verkeerde keuzes gemaakt waardoor er was ingeteerd. Zo was een kwart, dat wil zeggen negen miljoen euro, van de personeelsbegroting opgegaan aan de inhuur van externen.
Grootste bezwaar was wel de onvolledige en late informatieverstrekking. Xander den Uyl, secretaris en tijdelijk penningmeester, vergaloppeerde zich bij dit onderwerp: het congres had het Jaarverslag goedgekeurd en moest nu niet zeuren over de Jaarrekening. Dat schoot in heel veel verkeerde keelgaten. Na een schorsing redde Edith Snoey de zaak door op korte termijn volledige klaarheid toe te zeggen. Het bestuur mocht (nog) blijven.
In deelbijeenkomsten werd vervolgens gediscussieerd en gestemd over de koers van de bond en de organisatie die daarvoor nodig is. Veel voorstellen uit de hoek van de Kloofdichters werden, soms ondanks negatieve preadviezen van het zittende bestuur, aangenomen. Het leidde her en der tot aanscherpingen. Zo werd de Balkenende-norm voor topinkomens, dat is twintig maal het minimumloon, vervangen door maximaal tien keer de laagste schaal. Zo werd het belang van de ‘actiepoot’ van de bond extra benadrukt. Zo werd de zeggenschap van de leden bij de verkiezing van bondsvertegenwoordigers versterkt.
Al met al kwam het congres steeds op standpunten uit die de ABVAKABO een strijdbare en democratische vakbond willen doen zijn. De vraag was of de aanjagers van die standpunten hun missie ook in het bestuur van de bond zouden kunnen uitvoeren.
Ontlading
Bij de bestuursverkiezing, waarmee het congres werd afgesloten, hield menigeen de adem in. Voor de vier bezoldigde functies waren er vier ‘officiële’ kandidaten. Van de vier tegenkandidaten koesterden drie kloofdichterlijke sympathieën. Voor de elf onbezoldigde functies waren er 27 kandidaten, waaronder de elf Kloofdichters.
De verkiezingen liepen uit op een flinke vernieuwing van het bestuur. Voor de vier bezoldigde functies werden twee tegenkandidaten gekozen. Voor de elf onbezoldigde functies mogen maar liefst zeven Kloofdichters aantreden! In totaal behoren dus minstens negen van de vijftien leden van het nieuwe bestuur tot de meer radicale vernieuwers. Het leidde tot het boven beschreven dramatische tafereel bij het afscheid van Xander den Uyl. Maar ook tot een enorme ontlading en blijdschap bij de wél gekozenen. De leden hadden hun tanden laten zien en waren bereid geweest om door te bijten.
Zij en de hele ABVAKABO kunnen hun borst nat maken. De vernieuwing van de vereniging is nog niet voltooid. En talloze grote uitdagingen dienen zich aan: crisis, bezuinigingen, lonen, werkgelegenheid, WW, sociale zekerheid, zorg, AOW, pensioenen, noem maar op. Niets is zeker. Maar misschien kan toch later gezegd worden dat in 2010 dit ABVAKABO-congres op zijn minst een stap was op weg naar de uiteindelijke verwezenlijking van een waarlijk ambtenaren- en arbeidersparadijs!
(Uitpers nr. 122, 11de jg., juli-augustus 2010)
Bron: www.solidariteit.nl.