Met de recente verkiezingen voor het presidentschap in Argentinië en de komende voor het parlement in Venezuela stelt menig waarnemer zich de vraag of het tij aan het keren gaat in Zuid-Amerika. Centrum-links lijkt zijn aantrekkingskracht aan het verliezen. In Argentinië won de rechtse kandidaat, hoe zal het resultaat zijn in Venezuela? Zal de VS weer aan invloed winnen in wat we vroeger als ‘Uncle Sams achtertuin’ omschreven?
De presidentsverkiezingen in Argentinië maakten een einde aan 12 jaar Kirchnerisme. Inderdaad in de tweede ronde versloeg Maurico Macri van de rechtse Cambiemos alliantie met 51,4 tegen 48,6 procent Daniel Scioli van het Peronistische Front van de Overwinning, dat de steun had van de uittredende presidente, Christina Fernandez de Kirschner. De opkomst bedroeg 80% van de kiesgerechtigden, een normale score naar Argentijnse normen.
Scioli is gouverneur van de provincie Buenos Aires, en slaagde erin om tijdens de tweede ronde deze provincie binnen te halen, daar waar Macri – burgemeester van de hoofdstad – ze in de eerste ronde had gewonnen. Scioli won nog in 14 andere provincies, inclusief het olierijke Patagonië. Marcri won de centrale, dichter bevolkte provincies en de industriegebieden: in de provincie Cordoba – de meest geïndustrialiseerde zone van Zuid-Amerika buiten Brazilië – behaalde Macri 70% van de stemmen. In het tweede industriegebied van Argentinië, Santa Fé, haalde hij 55 procent. Ook in de arbeiderswijken van de hoofdstad haalde de rechtse kandidaat de meerderheid.
Waarnemers zien dit niet als een steun van de arbeiders aan Macri, maar vooral als een massaal afwijzen van de regering Cristina Fernandez de Kirchner en van het Peronisme door de arbeiders en de middenklasse. De ontevredenheid bij de bevolking zit diep, de aanhoudende economische crisis resulteert in een serieuze verslechtering van de levensomstandigheden. Het land is afgesneden van de internationale kredietmarkten, de devaluatie van de peso wordt onafwendbaar, de koopkracht van de mensen zal verder dalen. Als gevolg van een snel groeiende huizencrisis zijn er landbezettingen om de eisen voor betere behuizing en levensomstandigheden kracht bij te zetten.
De kiezers hebben blijkbaar genoeg van 12 jaar bewind onder leiding van de Kirchner-vleugel van het Peronisme. De uitslag toont ookde groeiende vervreemding tussen de Argentijnse arbeidende klasse en het politieke establishment. Beide kandidaten waren rijke bourgeois politiekers die ver van de gewone mensen staan en de belangen dienen van de burgerij, de agrobusiness en het internationaal financiekapitaal.
Scioli, een vroegere speedboatracer, kwam in de politiek via de rechtse Peronist Carlos Menem die de economie privatiseerde, en een einde stelde aan het model van importvervangende productie dat onder Juan Perons beleid in de periode 1946-55 was ontwikkeld. Onder Menem groeide de sociale ongelijkheid en geraakte de economie in verval, wat leidde tot de financiële implosie van 2001-2002. Toen uit de peilingen bleek dat een Kirchner-gezinde nooit deze presidentsverkiezingen zou kunnen winnen kwam Scioli naar voor als enig alternatief in het Front van de Overwinning, dat dus nog wel de meerderheid in het Congres heeft. De nieuwe president, die op 10 december officieel aantreedt, kondigde al aan dat hij overweegt om vooral met decreten te regeren om te vermijden dat het Congres zijn beslissingen zou kunnen tegenhouden.
Macri is voormalig voorzitter van populaire voetbalclub Boca Junior. Hij stamt uit multi-miljonaire migrantenkringen en richtte in 2005 de ‘Propuesta Republicana’ partij op als alternatief op de establishment-partijen van Peronisten en Radicalen. Macri wil Argentinië uit het isolement halen van de financiële markten van Wall Street en zegt te zullen onderhandelen met de aasgierfondsen die de Argentijnse schuldpapieren bezitten om alle hindernissen weg te halen die investeringen door big business in de weg staan. Hij beloofde de peso te devalueren en een einde te stellen aan de subsidies voor transport en energie ten voordele van de behoeftigen en de middenklasse. Over mogelijk protest van arbeidersorganisaties tegen zijn maatregelen zei hij : “Ik geloof in de dialoog, diegenen echter die menen druk te kunnen zetten via stakingen zullen problemen krijgen want wij zullen de wet doen toepassen”.
Hij dreigt er ook mee om Venezuela uit de Mercosur proberen te krijgen door de ‘democratische clausule’ van Mercosur in te roepen tegen dat land. Hij schaart zich daarmee volop achter de rechtse interpretatie van de moeilijkheden in Venezuela, en zet de regering Maduro op de schopstoel zoals het ‘bon ton’ is in de (centrum-)rechtse en pro-Amerikaanse internationale kringen.
In Venezuela zelf zijn er zondag 6 december parlementsverkiezingen. Het land blijft bijzonder scherp verdeeld in een ‘pro-‘ en een ‘anti-chavezisme’ die electoraal aan elkaar gewaagd zijn. De uitslag is naar verluidt onzeker. Peilingen – voor wat ze waard zijn, natuurlijk, en zelf geen onderdeel zijn van politieke beïnvloeding – zetten de tegenstanders van de regering op winst, maar de laatste weken zou er een inhaalbeweging zijn van de partij van president Maduro? De oppositie stelt dat ze zal winnen als de verkiezingen eerlijk verlopen. Een nederlaag wordt dus nu al afgedaan als fraude en vervalsing. Waarnemers van de Organisatie van de Amerikaanse Staten werden geweigerd, maar Unasur zal wel actief aanwezig zijn om de stembusgang te controleren. Zapatero, voormalig Spaans regeringsleider (PSOE), en de Panamese ex-president Martin Torrijos, zijn in Venezuela aangekomen om het verkiezingsproces te ‘begeleiden’.
De hoofdlijn van de analyse van de Argentijnse verkiezingen in dit artikel komt uit een bijdrage op wsws.org van Rafael Azul, Right-wing presidential candidate Mauricio Macri elected in Argentina