Op 13 mei is op zijn boerderijtje in de buurt van Montevideo José Mujica, ex guerrillero en ex-President van Uruguay op 89-jarige leeftijd overleden.
Latijns Amerika rouwt, want Mujica was geen gewoon politicus. Een toonbeeld van ‘wijsheid en eenvoud’, zoals Presidente Sheinbaum van Mexico het verwoordde. Hij was een moreel boegbeeld voor de hele linkerzijde.
In zijn jeugd was hij actief voor de Nationale Partij maar midden de jaren ’60 ging hij bij MLN Tupamaros, een op de Cubaanse revolutie geïnspireerde guerrillabeweging. Hij ontsnapte twee keer uit de gevangenis maar in 1970 werd hij neergeschoten. Zijn leven werd gered, maar hij belandde voor 14 jaar niet in een gevangenis, maar in een kaal ondergronds hok waarin hij de zon nooit kon zien. Martelingen hoorden er bij. In 1985, bij het herstel van de democratie, werd hij vrij gelaten. ‘Twee uur later was ik weer militant’, zo vertelde hij.
Over zijn leven in gevangenschap werd een overtuigende, mooie film gemaakt.
Hij begon daarna aan een politieke carrière bij het Frente Amplio als senator, minister voor landbouw en visserij en tussen 2015 en 2020 President van de Republiek. Hij bleef wonen op zijn boerderij en gaf 90 % van zijn loon aan goede doelen.
Voor hem was leiderschap niets anders dan dienstverlening. ‘Macht verandert de mens niet’, zo zei hij, ‘maar laat zien wie hij is’.
Pepe Mujica was één van de drie Latijns-Amerikaanse guerrilleros – naast Michelle Bachelet en Dilma Rousseff die later President van hun land zijn geworden.
