De tweede ronde van de lokale verkiezingen in Brazilië zit er op. De trend van de eerste ronde werd bevestigd: de grote overwinnaar is centrum rechts.
Elf van de dertien kandidaten die door President Bolsonaro werden gesteund, hebben de duimen moeten leggen. Te veel optimistische conclusies mogen hier echter niet uit getrokken worden. De man heeft geen partij en blijft al bij al populair. De coronacrisis heeft wel veel roet in het eten gegooid.
Ook de PT, de partij van Lula, deed het allesbehalve goed. Zij blijft weliswaar de grootste linkse partij maar haalde in totaal slechts 179 lokale besturen, te vergelijken met de 630 van 2012 en de 254 van 2016. De PT verloor in Recife, de winnaar werd er Joao Campos van een kleinere linkse partij, de Partido Socialista do Brasil.
De radikaal-linkse Partij PSOL haalde het burgemeesterschap in Belém do Pará, met Edimilson Rodrigues.
De andere belangrijke PSOL kandidaat, Guilherme Boulos van de daklozenbeweging in Sao Paulo, verloor met 40,6 % van de centrum-rechtse kandiaat Bruno Covas.
In Rio de Janeiro werd de kandidaat van de evangelisten verslagen door centrum-rechtse kandiaat Eduardo Paes.
En in Porto Alegre moest de sympathieke Manuela d’Avila van de PCdoB de duimen leggen voor Sebastiao Melo, eveneens centrum-recvhts.
De participatiegraad bij deze tweede ronde lag op ongeveer 70 %.