Een beweging van Pathanen uit het noordwesten van Pakistan, maakt de generaals erg nerveus. In de aanloop tot een Pathaanse mobilisatie zondag 2 februari in Quetta, Baloetsjistan, worden leiders van de PTM (Pashtun Tahafuzz Movement) opgepakt en worden repressiewetten uit de koloniale tijd bovengehaald.
Manzoor Pashteen, 28, is maandag samen met andere PTM-leiders opgepakt en beschuldigd van opruiing en criminele samenzwering. In talrijke steden zijn er sindsdien massabetogingen om hun vrijlating te eisen. De politie sleurde verscheidene leden van de PTM en van de linkse Awami Workers Party hardhandig weg.
Het leger waarschuwde de Pathaanse activisten vorig jaar dat ze moeten stoppen met hun acties. In de zomer van 2018 waren twee militanten van de PTM in het parlement gekozen. Ze werden in mei opgepakt en na drie maanden voorlopig vrijgelaten.
Moorden
Pashteen richtte in 2016 samen met andere studenten een beweging op voor de verdediging van de Pathanen die Zuid-Waziristan waren ontvlucht. Het leger voerde daar grootscheepse operaties tegen de Pakistaanse Taliban, maar nam het niet nauw met de rechten van de bewoners. De PTM zegt dat het leger verantwoordelijk is voor talrijke moorden en verdwijningen.
Twee jaar geleden schoot de politie in Karachi een jonge Pathaanse koopman dood. Pashteen en zijn medestanders organiseerden protestmarsen en richtten de PTM op. Ze kregen steun van Pathanen uit gans Pakistan.
Volgens de Pathanen zelf zijn ze in Pakistan met 35 miljoen, een zesde van de bevolking. Daarnaast zijn er tussen 12 en 18 miljoen Pathanen in Afghanistan. Veel Pathanen vinden dat het Brits kolonialisme hun gebied in twee heeft getrokken.