Het schandaal rond de 14 miljard of meer verdwenen en niet-bestaande euro van de Italiaanse zuivelreus Parmalat wordt een van de omvangrijkste fraudezaken uit de recente geschiedenis van Europa genoemd, te vergelijken met het Enron-schandaal in de VS. Maar de bedrijfsschandalen volgen elkaar toch wel in zeer snel tempo op.
Frankrijk maakte o.m. het enorme Vivendi-schandaal mee, Italië had vorig jaar al iets gelijkaardigs met Cirio, in Duitsland is er Mannesmann, we hadden op bescheidener schaal Lernout&Hauspie… Telkens zegt de financiële pers dat het op zichzelf staande zaken zijn. Maar de alleenstaande zaken worden toch wel erg frequent. Parmalat illustreert bovendien nogmaals hoe het web van fiscale paradijzen de kapitalistische plunderaars in de hand werkt. Het zal veel specialisten en tijd vergen om zelfs maar gedeeltelijk het kluwen te ontwarren dat de familie Tanzi gebruikte om het bedrijf voor eigen profijt leeg te zaken.
Parma is het hart van melkreus Parmalat, gesticht door Calisto Tanzi. Maar Parmalat heeft nog een ander hart, Luxemburg. Het is in Luxemburg dat specialisten een ingewikkelde constructie opzetten om massaal kapitalen naar onbekende bestemmingen te versluizen. De kern ervan is de maatschappij Mercuria, zelf filiaal van een groot Luxemburgs advocatenbureau. Mercuria zorgde voor de oprichting van Satalux, volgens de Luxemburgse justitie de kern van een gigantische witwasserij. In het bestuur van Satalux zit een advocaat van Mercuria samen met een stroman uit New York en een strobedrijf uit de Amerikaanse staat Delaware, een fiscaal paradijs binnen de VS dat de jongste jaren erg in trek is. Dat bedrijf zorgde voor de oprichting van 140 dekmantelbedrijven die dienden om kapitalen te versluizen. Het is maar een deeltje van het uitgestrekte web. Zo blijkt dat de verantwoordelijke voor de telefoondienst van Parmalat directeur-generaal was van dertig filialen van Parmalat.
In Luxemburg duikt ook een Belg op, Etienne Stiennon, beheerder van Gecalux, zelf een samenwerkingsverband tussen een verzekeringsmaatschappij en …KB Lux. Die hebben voor Parmalat enkele structuren uitgewerkt, waaronder Parmalat Soparfi, beginpunt van een cascade van holdings die gehuisvest zijn in twee andere fiscale paradijzen, Malta en de Kaaimaneilanden. Ook het Luxemburgse filiaal van de grote auditmaatschappij KPMG, bekend van onze Lernaut & Hauspie-affaire, stak een handje toe om het kluwen nog ingewikkelder (en frauduleuzer) te maken. Satalux richtte ook (het in juli 2003 opgedoekte) ‘Third Millenium’ op, het persoonlijk domein van financieel directeur Fausto Tonna, het financieel brein van de frauduleuze operaties.
Third Millenium was dan weer verbonden met het fonds ‘Epicurum’, gevestigd op de Kaaimaneilanden waar ook Bonlat gevestigd was. Bonlat was de maatschappij waar zogenaamd een rekening van bijna 4 miljard euro stond. Tot de Bank of America eind vorig jaar moest toegeven dat dit tot de laatste euro gelogen was.
Een schuldenberg van minstens 14 miljard euro, vervalste winstgegevens, enz. Maar zijn de daders alleen leugenaars, of werden ze daar zelf beter van? Dat laatste is meer dan waarschijnlijk. Zo duikt er in Monaco een bankrekening op waar volgens Italiaanse speurders 1,5 miljard euro op staat. Officieel is dit een rekening van een plaatselijke notaris, maar het is een gangbare praktijk dat die als stroman optreden en een onderhands contract hebben met de echte eigenaar.
Er duiken nog andere fiscale facilititeiten op. Het filiaal in Oostenrijk, Parmalat Austria, heeft op de Nederlandse Antillen Curcastle dat dan weer Food Consulting Service controleert op het Britse eiland Man. De EU sloot vorig jaar een akkoord met de overheid van Man, grondgebied van de EU, waardoor dat nog voor onbepaalde tijd een fiscaal paradijs kan zijn. Ook de Britse Maagdeneilanden spelen een rol in het witwasweb. Verder zijn er nog Parmalat Capital en Parmalat Finance in Nederland.
Spitstechnologie
We komen hier dus veel oude bekenden tegen. Het eiland Man bij voorbeeld dook in 1998 op bij het reusachtige schandaal (waarover men niet meer spreekt) van de ca 15 miljard dollar Russisch fraude- en misdaadgeld dat via de Bank of New York naar fiscale paradijzen werd versluisd. Monaco duikt regelmatig op in financiële schandalen, waaronder het Safra-schandaal (waarover men ook niet meer spreekt). De Kaaiman- en Britse Maagdeneilanden vegen vierkant hun voeten aan alle voorschriften van de Financial Action Task Force (FATF, opgericht ten gerieve van de "rijkelanden-clubs" G7 en de Oeso). Luxemburg, Malta, de Nederlandse Antillen en compagnie zijn – alle ontkenningen ten spijt – draaischijven van wat soms zedig ‘financiële spitstechnologie’ wordt genoemd.
Kapitalistische misdadigers als Tanzi kunnen voor die spitstechnologie en het gebruik ervan rekenen op een resem medeplichtigen: audits, bankiers, boekhoudkundige consultants, rating maatschappijen, politici.
Calisto Tanzi had jarenlang uitstekende relaties met Capitalia waarvan hij beheerder was. De Italiaanse bankwereld is de jongste jaren grondig gereorganiseerd, wat onder meer het werk was van Antonio Fazio, de machtige gouverneur van Banca Italia. Fazio is o.a. goed bevriend met Cesare Geronzi, de baas van Capitalia. Fazio werd daarover in het Italiaanse parlement aan de tand gevoeld. Zijn verdediging bestond onder meer uit een aanval op minister van Financiën Giulio Tremonti die hij een expert van de fiscale paradijzen noemde.
Ook buitenlandse banken staken Tanzi een flink handje toe. De speurders trachten te achterhalen wat de rol van Deutsche Bank en de Amerikaanse Citigroup, Bank of America, Chase Manhattan en JP Morgan Chase is geweest bij het plaatsen van (voor miljarden euro) obligaties van Parmalat bij het publiek. "Het is uitgesloten dat die banken niet wisten wat er bij Parmalat gebeurde", aldus een Italiaanse speurder. Wat dus betekent dat binnen- en buitenlandse banken zeer bewust beleggers, onder wie massa’s kleine spaarders, hebben bedrogen door hen waardeloze papieren aan te smeren. De uiterst-rechtse Lega Nord, regeringspartij, is op de kar gesprongen als verdedigster van die kleine spaarders. Dat aspect doet wel erg aan Lernaut&Hauspie denken.
De speurders onderzoeken ook de rol van het zeer bekende ratingsbureau Standard&Poor’s dat Parmalat al te lang een goede rating gaf en zo meespeelde in de misleiding. Toen Lehman Brothers in maart 2003 zijn klanten waarschuwde voor problemen bij Parmalat, diende Tanzi onmiddellijk klacht in wegens smaad.
En dan de bedrijfsrevisoren. Bianchi en Penca, Deloitte en Grant Thornton zagen geen enkel probleem in het ingewikkeld en bijzonder ondoorzichtig web dat Tanzi had gesponnen.
Déjà vu
Enfin, het is allemaal déjà vu. Kapitalisten die zich vestigen in de archipel van de fiscale paradijzen en dat dan ook nog meestal erg wettelijk doen. Want hun relais in de politieke wereld zorgen ervoor dat de wetten daar voldoende ruimte voor laten. Tanzi heeft zijn imperium onder meer kunnen uitbouwen dankzij Ciriaco De Mita en wijlen Bettino Craxi – De Mita was in de jaren 1980 baas van de christen-demomcratie en ook premier, Craxi was 17 jaar lang de baas van de socialisthische PSI en in het midden van de jaren 1980 drie jaar premier. In diezelfde periode kon ook een andere zakenman tegen de bestaande wetten in, maar dankzij politieke vrienden als Craxi, zijn imperium vestigen: Silvio Berlusconi.
Oplichters-kapitalisten blijven het dus gemakkelijk hebben. Hoe meer er wordt gepraat over controlemechanismen, hoe meer grote kapitalisten, maar ook grote criminelen, diensten inschakelen om daaraan te ontsnappen. Het schandaal met de BCCI had dat jaren geleden al allemaal (ook voor de zoveelste keer) blootgelegd. Enron en compagnie illustreerden dat er weinig ten goede is veranderd. En nu Parmalat, de zoveelste illustratie dat de nationale regeringen, de EU, de G8, de VN enzovoort in de strijd tegen de financiële misdadigheid bijzonder hypocriet zijn. Een recent voorbeeld: in Frankrijk komt er een nieuwe wetgeving voor misdaadbestrijding die allerlei vrijheden sterk aan banden legt. Maar wat blijkt: die erg repressieve aanpak geldt uitdrukkelijk niet voor de financiële misdadigheid. Nu maar wachten op de volgende Parmalat.
(Uitpers, nr. 50, 5de jg., februari 2004)