De oud-gouverneur van Jakarta moet twee jaar gevangenisstraf uitzitten wegens “godslastering”, blasfemie. Basuki Tjahaja Purnama, een etnisch Chinees beter bekend als Ahok, had gewaarschuwd tegen misleidend gebruik van een vers uit de koran bij de verkiezingen voor gouverneur van Jakarta. Maar radicale moslims vonden dat genoeg om met honderdduizenden op straat te komen om zijn veroordeling te eisen. Sommigen vonden zelfs dat hij de doodstraf verdiende. Op de sociale media is er nu een golf van verontwaardiging over die veroordeling. De politieke overheden blijven echter stil. Indonesië wordt vaak geloofd als een land van gematigde islam, maar het risico op ontsporing is zeer reëel.
Ahok
Ahok was in oktober 2012 vice-gouverneur van Jakarta geworden, als running mate van Joko Widodo, bijgenaamd Jokowi. Nadat deze laatste in november 2014 de presidentsverkiezingen had gewonnen, werd Ahok gouverneur. Het was voor de meeste inwoners van Jakarta geen probleem dat hij Chinees en protestant is, vorig jaar gaven alle peilingen aan dat hij dit jaar makkelijk tot gouverneur zou worden gekozen. Want Ahok had met enig succes de corruptie teruggedrongen, de werking van de stadsdiensten en de infrastructuur van de stad verbeterd.
Maar islamistische groepen sprongen op de barricades toen Ahok in september vorig jaar in een toespraak waarschuwde tegen mensen die de kiezers wilden misleiden door naar een koranvers te verwijzen. Dat vers kon worden geïnterpreteerd als een regel voor moslims om niet voor een niet-moslim te kiezen. Op Internet verscheen een verknipte versie van de toespraak die de indruk moest wekken dat de gouverneur dat vers zelf misleidend noemde. De “verdedigers van de islam” brachten honderdduizenden mensen op de been tegen Ahok. Zijn uitdager voor de verkiezingen, Anies Baswedan, voerde campagne als een vrome moslim, en won.
Ahok werd voor de rechter gesleept op grond van een blasfemiewet die de jongste jaren steeds vaker wordt opgediept om leden van minderheden te veroordelen. Vooral de Chinezen, onder wie veel christenen en boeddhisten, voelen zich geviseerd. Zij vrezen een herhaling van het soort pogroms waar ze al zovaak slachtoffer van waren. Die wet kwam er in 1965 en werd in 2010 door het Hooggerechtshof bekrachtigd als een maatregel om alle godsdiensten te beschermen. Tegen wie of wat? In de eerste plaats tegen al te liberale interpretaties van de islam, zeggen moslimleiders zelf.
Chinezen
De wet voorziet vijf jaar opsluiting voor godslastering. Ahok is veroordeeld tot twee jaar effectief terwijl de procureur twee jaar voorwaardelijk had geëist. Vandaar de verontwaardiging op de ‘sociale media’ en de onrust bij talrijke minderheden. In de eerste plaats bij de ca 3 miljoen etnische Chinezen (sommige bronnen spreken van 8 miljoen) die vaak als zondebok dienst doen. Bij de moorddadige jacht op communisten in 1965-1966, waarbij tussen 600.000 en een miljoen mensen werden afgeslacht, werden de Chinezen er van beschuldigd een vijfde colonne van de communistische Volksrepubliek China te zijn.
Tijdens de dictatuur van Soeharto (1965 tot 1998) werden Chinezen onder druk gezet zich te assimileren. Hij dwong hen Indonesische namen aan te nemen en verbood een tijdlang onderricht in het Chinees. Chinezen werden afgeschilderd als een kleine minderheid die rond 70 percent van de economie controleerde en het Indonesische volk uitbuitte. De clan Soeharto en de generaals hadden zelf nauwe zakelijke contacten met sommige Chinese kapitalisten. Maar de grote meerderheid van de etnische Chinezen in Indonesië is allesbehalve rijk.
Veel Chinezen herinneren zich nu de pogroms van mei 1998 toen radicale groepjes Chinezen aanvielen, er meer dan duizend vermoordden, in Jakarta en andere steden kerken afbrandden. Met de affaire Ahok is er niet veel nodig voor nieuwe pogroms. Sommige islamistische leiders wakkeren dagelijks de paranoia aan. Zo werd Ahok er zelfs van beschuldigd van Jakarta een christelijke stad te willen maken, want een moskeegebouw besteld door de overheid had een beetje de vorm van een kruis…
Islamistisch front
Niet alleen de Chinezen zijn bezorgd, ook andere religieuze en etnische minderheden zijn dat. Op Kalimantan (Borneo) stuurden de autoriteiten twee radicale islamistische leiders huiswaarts omdat die mensen kwamen opjutten tegen de Dayaks (lokale bevolking) van wie er veel christelijk zijn. Chinezen en anderen vrezen na de hetze tegen Ahok slachtoffer te worden van radicale moslimgroepen, zoals het “Front van de verdedigers van de islam”, FPI.
Dat Front organiseerde mee de massabetogingen waarin de kop van Ahok werd geëist. Baswedan, de rivaal van Ahok in de verkiezingen, zag er geen graten in de leider van dat FPI, Rizieq Shihab, op te zoeken en samen te bidden voor het begin van een mars tegen de blasfemische Ahok.
Springplank
Baswedan, gewezen minister van Onderwijs en Cultuur, heeft gewonnen met de massale steun van het FPI en andere zeer radicale moslimgroepen. Hij kreeg ook de steun van Prabowo Subianto, de militair en zakenman die in 2014 verloor van Jokowi maar die in 2019 wellicht opnieuw kandidaat-president is. Hij is de schoonzoon van wijlen dictator Soeharto en een van de beulen van Oost-Timor waar het Indonesische leger in de jaren 1990 paramilitaire groepen inzette tegen de onafhankelijkheidsbeweging.
Waarnemers in Jakarta gokken dat hij in 2019 een beroep zal doen op gouverneur Baswedan als zijn running mate. De islamisten hebben via de blasfemiewet dus een belangrijke ,slag thuisgehaald. Ze hebben greep op de gouverneur van Jakarta, vaak een springplank naar hogere ambten. De passiviteit van president Jokowi en andere “gematigde leiders” is zorgwekkend. Ze wensen duidelijk de radicale groepen niet voor het hoofd te stoten nu die hun slagkracht hebben bewezen. “De mensen moeten maar het vonnis van de rechtbank aanvaarden”, aldus de president die zijn handen in onschuld wast.
Atjeh
Intussen is er in Indonesië al sinds 2005 een gebied, Atjeh (noorden van Sumatra), waar regelrecht de sharia is ingevoerd. De sharia-politie dwingt daar ook niet-moslims haar gedragsregels te volgen . Dat model is zich aan het uitbreiden naar andere regio’s. Het geval Ahok is dus niet alleenstaand.