President Obama heeft recent zijn nieuw immigratiebeleid aangekondigd. Dat ziet er volgens de media zeer belovend uit. Obama weet als geen ander realiteit door perceptie te vervangen. Zijn voorstellen zijn immers niet vernieuwend maar klassiek repressief. Ten gronde lossen ze nauwelijks iets op.
Eind januari 201, kort na zijn eedafleging, kondigde Obama de grote krachtlijnen aan van zijn nieuw immigratiebeleid. Dat kan in vier punten samengevat worden:
1.verderzetten en uitbreiden van intensieve grenscontroles;
2.strengere vervolging van werkgevers die illegalen aanwerven;
3.maatregelen voor illegalen om de nationaliteit te verwerven;
4.legale immigratie beter reguleren.
Logisch gevolg van zijn herverkiezing
Het was te verwachten dat Obama snel een positie zou innemen. Immigratie was een belangrijk thema tijdens de verkiezingen. Bovendien is gebleken dat Obama de overgrote meerderheid van legale Latijns-Amerikanen met Amerikaanse nationaliteit voor hem hebben gestemd.
In de media kwamen meerdere woordvoerders aan bod die de plannen van Obama toejuichten. Ook heel wat ‘gewone’ burgers vonden dit een goede maatregel en drukten hun hoop uit eindelijk burger te worden van het land waar ze al jaren leefden en werkten.
Een iets nadere analyse laat van die eerste indruk niet veel heel. Het beleid van Obama is volledig gebaseerd op het idee dat immigratie een veiligheids- en crimineel probleem is. Het gaat volledig voorbij aan de sociaal-economische en historische context. Reeds sinds de VS in de 19de eeuw één derde van Mexico inpalmde komen Mexicanen massaal naar de VS. Armoede is daarbij de drijvende kracht.
VS heeft immigratie uit Mexico altijd gewild
Zij werden daartoe zelfs gestimuleerd. Mexicanen waren immers een onmisbaar onderdeel van de opbouw van de Amerikaanse economie. De landbouw in de zuidelijke staten bijvoorbeeld kan tot vandaag niet overleven zonder de spotgoedkope seizoensarbeid van honderdduizenden Mexicanen (en andere Latijns-Amerikanen).
Ook vandaag zijn 11 miljoen illegale Latijns-Amerikaansen essentieel voor de Amerikaanse economie. Zij maken met hun onderbetaalde en overwerkte de winsten van talloze bedrijven mogelijk.
Het is bovendien zeer contradictorisch dat net nu deze problematiek zo brandend actueel is in de VS, terwijl de immigratie vanuit Mexico op het laagste niveau zit in 40 jaar.
1. Stengere grenscontroles
De eerste pijler van Obama’s beleid – strengere grenscontrole – is bovendien gebaseerd op een complete fictie. Metershoge muren en meedogenloze milities ten spijt is de grens tussen Mexico en de VS gewoon niet afsluitbaar. Een complete afgrendeling van de grens zou alleen met militaire middelen kunnen en zou een hoger budget eisen dan wat de VS nu uitgeeft aan al haar politie- en veiligheidsdiensten. Schattingen spreken van 18 miljard dollar (13,3 miljard euro) op jaarbasis.
Dat weet Obama natuurlijk ook. Janet Napolitano, zei het ook letterlijk: “Als we muren van vijftien meter hoog bouwen, nemen de mensen gewoon een ladder van zestien meter”. Zij is het hoofd van hetHomeland Security Office, het binnenlands veiligheidsdepartement dat door George W. Bush werd opgericht kort na 9/11.
Bush werd daat toen zwaar voor aangepakt omdat dit departement verregaande bevoegdheden kreeg die grondwettelijke rechten van de Amerikaanse burger met de voeten treden. Obama werd daarentegen nauwelijks bekritiseerd toen hij de bevoegdheden nog verder uitbreidde.
Door te nadruk te leggen op strengere grenscontroles als één van de oplossingen van het migratieprobeem komt hij in feite gewoon tegemoet aan de eisen van de Republikeinse Partij en van een groot deel van zijn eigen Democratische Partij.
It’s the economy, stupid
De grootste misvatting van zijn beleid is echter dat Obama volledig de economische oorzaken van immigratie ontkent. Dat heeft hij overigens gemeen met de Europese Unie, waar het beleid evenmin rekening houdt met de echte oorzaken van illegale immigratie (laat staan dat ze iets aan die oorzaken zou willen doen).
Immigratie van over de Rio Grande is dus als meer dan een eeuw een ‘probleem’ voor de VS (blijkbaar niet voor de Mexicanen zelf). De huidige immigratiecrisis heeft echter alles te maken met het vrijhandelsverdrag North American Free Trade Agreement tussen Canada, de VS en Mexico van 1996.
Dat akkoord, dat overigens niets met ‘vrijhandel’ heeft maken en evenmin een ‘akkoord’ was, heeft de zwakkere economieën van Canada en Mexico volledig opengegooid voor Amerikaanse bedrijven. Canada heeft een levenssstandaard die die druk wel aankan, hoewel de sociale bescherming naar Europees model er zwaar onder druk staat.
De gevolgen voor Mexico zijn daarentegen catastrofaal. 6 miljoen boeren en hun gezinnen verloren hun inkomen uit de landbouw, omdat zij niet konden concurreren tegen de spotgoedkope import van gesubsidieerde landbouwproducten uit de zuidelijke staten van de VS. Het Amerikaanse bedrijf Monsanto slaagde er in de volledige teelt van Mexicaanse maïs te kelderen – het gaat hier om het basisvoedsel van de Mexicanen.
Mensen hebben recht op migratie
Zijn beleid ontkent ook het fundamentele recht dat mensen hebben op migratie. Het ontkent echter evengoed het recht dat mensen hebben op een waardig leven in hun eigen thuis.
De Amerikaanse economie is de hoofdverantwoordelijke voor de armoede in Latijns-Amerika. De Europese Unie is trouwens in hetzelfde bedje ziek, in Afrika dan. ‘Vrijhandel’ betekent in de praktijk vrij vervoer van grondstoffen uit de Derde Wereld naar de Eerste Wereld, vrij vervoer van afgewerkte gesubsidieerde westerse producten naar de Derde Wereld. Daar staat echter een verbod op vrij verkeer van de inwoners van de Derde Wereld naar de Eerste Wereld.
2. De ‘slechte’ bedrijven aanpakken
Dit lijkt eveneens op het eerste zicht een zeer redelijk idee. Bedrijven die illegalen misbruiken doen in feite aan oneerlijke concurrentie tegen bedrijven die de regels van ‘het spel’ wel respecteren.
De zogenaamd slechte bedrijven bestraffen die illegalen uitbuiten gaat compleet voorbij aan de redenen waarom bedrijven dit doen en aan de redenen waarom Mexicanen bereid zijn in dergelijke onzekere omstandigheden te werken. Bovendien, ook heel wat Amerikaanse staatsburgers werken in sociaal slechte omstandigheden, zonder ziekteverzekering, zonder vast contract, in gevaarlijke werkomstandigheden. In heel wat bedrijven is het verschil tussen uitgebuite illegalen en Amerikaanse staatsbedrijven flinterdun.
Zijn beleid gaat truwens volledig voorbij aan de financiële keerzijde van deze sociale uitbuiting. De vraag is maar of Amerikanen wel bereid zijn meer te gaan betalen voor hun aardbeien of hun ananas, voor hun groenten, voor de bouw van hun huizen, voor hun kledij, voor hun schoenen, voor hun huishoudpersoneel …
Als Obama de echte oorzaken van illegale immigratie wil aanpakken kan hij de grenspolitie beter naar Wall Street sturen. Het is daar dat de multinationals het geld plaatsen dat zij in Mexico en de rest van Latijns-Amerika hebben ‘verdiend’ en zo de migratiestromen naar de VS mee veroorzaken.
Het valt eveneens af te wachten hoe grote bedrijven – dikwijls sponsors van zowel Republikeinen als Democraten – gaan reageren als ze effectief worden aangepakt op het aanwerven van illegale immigranten. Heel wat van die bedrijfsectoren staan of vallen immers met deze
vorm van sociale uitbuiting.
The Jungle
In 1906 schreef de Amerikaanse onderzoeksjournalist Upton Sinclair zijn boek ‘The Jungle’ over het leven van Mexicaanse en andere immigraten in de vleesindustrie, de slachthuizen, de verpakkingsindustrie. In zijn boek kloeg hij de wantoestanden, de vreselijke arbeidsongevallen, de ziektes, de hongerlonen aan.
Het boek veroorzaakte een schandaal. Vandaag is de toestand weliswaar niet zo flagrant meer maar blijven migranten de vuilste, de gevaarlijkste, de aagst betaalde, de minst prestigieuze jobs doen in de VS.
Obama is niet van plan de Amerikaanse economie om te gooien naar een sociaal meer aanvaardbare vorm, integendeel. Zijn voornemen om de ‘slechte’ bedrijven aan te pakken is vooral bedoeld als goed klinkende retoriek. Tot bewijs van het tegendeel moet er niet meer van verwacht worden.
Hij heeft ook de bevoegdheden van de National Labor Relations Board verder aan banden gelegd. Die Board had sowieso al niet zoveel in de pap te brokken. Onder Obama wordt dat niet veel beter. Luister naar mijn woorden, kijk niet naar mijn daden …
3. Een vlottere toegang tot nationaliteitsverwerving
Zowat 11 miljoen illegalen zouden eventueel aanspraak kunnen maken op de Amerikaanse nationaliteit met de nieuwe maatregelen van Obama. Ook dat lijkt op het eerste zicht een zeer redelijk idee. Regularisering van mensen die al jarenlang in het land wonen, er bijdragen aan de economie, er hun kinderen naar school sturen (die dikwijls in de VS geboren zijn en soms wél al staatsburgers zijn), daar kan niemand tegen zijn.
Het lijdt geen twijfel dat er inderdaad enkele miljoenen illegalen zullen kunnen genieten van Obama’s maatregelen. Hoeveel juist valt nog af te wachten. Organisaties van migraten in de VS blijven echter zeer sceptisch. De hinderpalen blijven immers immens.
De basispremisse van Obama om dit te doen is echter moreel verwerpelijk. Het zou iommers ‘impractical’ zijn – Obama’s woorden – om 11 miljoen mensen te deporteren. Obama had ook kunnen zeggen dat dit ‘moreel verwerpelijk’ is. Dat deed hij niet.
Eerst en vooral moeten illegalen zich gaan aangeven. Op het ogenblik dat zij dat doen hebben zij nog geen enkele garantie over hun specifieke geval. Daarnaast moeten zij belastingen betalen, ook achterstallige. Dat is – zelfs al gaat het dikwijls over relatief lage bedragen – voor heel wat migranten al een eerste probleem.
Daarnaast zouden ze ook Engels moeten leren. Dat klinkt eveneens heel redelijk, tot je gaat uitpluizen wat dat betekent. In tegenstelling tot wat door de rechtse pers in de VS wordt uitgebazuind, is het aantal migraten dat echt geen gebenedijd woord Engels verstaat verwaarloosbaar klein. Het gaat dat bovendien meestal over migranten die in eigen kleine familiebedrijven werken, waar andere leden van de familie wel voor de Engelstalige contacten zorgen.
Wat wordt bedoeld is dat ze ‘proper English’ moeten kunnen (verwar het Engelse ‘proper’ niet met het Nederlandse woord ‘proper’). Daar bedoelen ze zoiets als ‘beschaafd Nederlands’ mee. De meeste migranten kunnen wel degelijk een niveau Engels aan, voor functioneel gebruik op hun werk. Dikwijls hebben ze de taal echter nooit echt geleerd, kunnen ze nauwelijks correct spellen in het Engels en begrijpen ze het administratief jargon van overheidsdocumenten niet.
Het zijn ook dikwijls personen voor wie een schools schriftelijk en mondeling taalexamen afleggen een serieuze psychologische drempel is. Allesbehalve evident dus als voorwaarde voor nationaliteitsverwerving.
Ten slotte moeten migranten meewerken aan een gerechtelijk onderzoek van hun verleden. Ook dat is voor velen onmogelijk te halen. Geschat wordt dat minstens één vierde van de illegalen migranten één of ander vorm van ‘crimineel’ verleden hebben.
Dikwijls gaat het over kleine overtredingen die door hun illegaal statuut een zaardere dimensie krijgen. Een kleine diefstal, rijden met een niet geregistreerde wagen of een valse nummerplaat of al eens eerder gedeporteerd geweest zijn en teruggekeerd zijn voldoende redenen om een permanente verblijfsvergunning te weigeren.
Die permanente vergunning is echter de voorwaarde om aan de procedure voor het verkrijgen van de nationaliteit te beginnen.
4. Legale immigratie beter regelen
Ook dit lijkt meer dan redelijk. Dit zal echter vooral migranten met een hogere opleiding bevoordelen. De VS heeft een lange traditie van het aantrekken van pientere wetenschappers uit het buitenland. Migranten die er al in geslaagd zijn financieel goed te boeren met eigen bedrijven gaan eveneens beter af zijn. In ieder geval hebben de huidige illegale migranten niet veel aan deze maatregel.
Een echte oplossing dan?
Een echte oplossing – dit geldt trouwens evengoed voor de Europese Unie – kan maar beginnen bij de erkenning dat migratie een sociaal probleem is, onlosmakelijk verbonden aan de werking van de economie. De erkenning ook dat het een probleem is voor de migranten, niet voor de eigen staatsburgers.
Dat kan onder andere door een algemene amnestiemaatregel, bijvoorbeeld door de toekenning van een permanente verblijfsvergunning op basis van een eenvoudig bewijs van verblijf en werkgelegenheid.
Dit is in de huidige politieke omstandigheden haast onmogelijk. Rechtse Republikeinen en Democraten gebruiken het schrikbeeld van de druglords, de pooiers, de huurmoordenaars om een dergelijk idee af te schieten. Dat dit een bijzonder klein percentage achter de komma van de illegale immigraten betreft is voor hen niet relevant.
Het leven gaat door
De gemiddelde illegale migrant leeft al 14 jaar in de VS, heeft er een gezin, dikwijls met ter plaatse geboren kinderen, die er ook naar school gaan. In de staat Nevada bijvoorbeeld is één op vijf staatsburgers (illegalen dus niet meegerekend) in het buitenland geboren – in die staat was dat meestal Mexico op een ander Latijsn-Amerikaans land. Nevada, hoeft het nog gezegd, was ooit een deel van Mexicaanse deelstaat Texas.
Het eeuwige politieke dilemma van de VS
Het lijdt geen twijfel dat de Democratische president voor een aantal miljoen migranten de kans op een beter leven biedt. Onder voorganger Bush of een president Romney was daar geen sprake van geweest.
Dat verandert echter niets aan het feit dat Obama staat voor een economisch model dat illegale migratie zal veroorzaken (en ook nodig heeft). De problemen zullen dus blijven bestaan. Wat Obama nu voorstelt zal het probleem dus ook niet uit de wereld helpen.
Een aantal migranten legaliseren betekent onder Obama echter ook een hardere aanpak van de rest. Obama heeft nu al het hoogste jaargemiddelde van deportaties in de Amerikaanse geschiedenis, ook wanneer rekening wordt gehouden met de aangroei van de bevolking.
Verwacht wordt dat in de komende jaren meer dan 2 miljoen vooral Latijns-Amerikaanse migraten zullen worden gedeporteerd. Dat betekent meestal het uiteeenrukken van gezinnen, het deporteren van ouders van Amerikaanse staatsburgers.
Hoe goed en reëel de vooruitgang voor een deel van de illegale migranten in de VS ook moge zijn, het blijft het eeuwijge drama van de VS dat mensen er slechts de keuze hebben tussen ‘slecht’ en ‘nog slechter’.
Ondertussen moeten we vanuit Europa niet al te meewarig doen over de VS. Het is hier op sommige vlakken zelfs erger.
PS. Ik krijg soms opmerkingen dat mijn artikels over de VS onvoldoende ‘onderbouwd’ zouden zijn. Graag benadruk ik nogmaals dat ik mijn informatie over de VS uitsluitend haal uit bronnen in de VS zelf. Ik begrijp dit soort reacties wel voor een deel. Deze analyses gaat immers lijnrecht in tegen het beeld dat over de VS wordt geschapen in de grote media. Daar weerwerk tegen geven is nu net één van de bestaansredenen van deze website.