President Obama bereidt zich voor op de campagne voor zijn tweede termijn. Een herhaling van zijn eerste campagne is geen optie. Nochtans heeft hij perfect gedaan wat hij beloofd heeft: meer van hetzelfde met een heel andere stijl dan zijn voorganger. Teleurstellen deed hij niet, tenminste niet voor wie de moeite nam om zich niet tot de schone schijn te beperken en kritisch na te denken.
De commerciële en openbare massamedia zullen doorgaan zoals ze dat altijd al gedaan hebben: veel aandacht voor de perceptie, geen tijd verliezen aan de inhoud. Men kan de grote media veel verwijten maar niet dat ze onvoorspelbaar zouden zijn. Integendeel, dit wordt een herhaling van de berichtgeving over de tweede campagne van W. Bush, Bill Clinton, Bush Sr … vervang de data, de namen, draai enkele adjectieven om van goed naar slecht (naargelang je voorkeur).
Eerst en vooral zal er naar goede gewoonte een duidelijke vooringenomenheid zijn pro Democraten en contra Republikeinen. De Republikeinen doen daar eerlijk gezegd wel hun best voor. De Tea Party Movement laat geen gelegenheid voorbij gaan om zich internationaal belachelijk te maken. Nochtans is dit soort bewegingen allesbehalve nieuw. Je vindt dit soort rechts populisme terug in zowat alle decennia van de Amerikaanse geschiedenis. Tot de jaren ’60 werd dit door de massamedia meestal genegeerd. Nieuw is dus dat de media er zich vandaag zo hard op concentreren en dat deze bewegingen goed begrijpen hoe de massamedia vandaag werken. Als er één ding is dat je de Tea Party Movement niet kan verwijten is het dat ze geen uitgekiende mediastrategie zou hebben. Integendeel. Dat hebben ze ook nodig en het werkt. Hoe verklaar je anders dat een minderheidsbeweging zoveel aandacht krijgt?
Wat je de komende maanden zeker niet zal leren uit de berichtgeving in de grote media is dat de Democraten geen haar beter zijn dan de Republikeinen en hun extremistische volgelingen. Er was bijvoorbeeld de laatste maanden heel wat te doen rond Republikeinse gouverneurs die in hun staat het recht op sociaal overleg van vakbonden bij wet verboden hebben. Minder aandacht was er voor het feit dat ook heel wat Democratische gouverneurs gelijkaardige initiatieven nemen en dat de Democratische partij nauwelijks moet onderdoen voor de Republikeinen qua aanvallen op de sociale rechten van de middenklasse. Maar ze zeggen het wel niet zo agressief, zo openlijk (zo eerlijk?) als hun Republikeinse collega’s. Ook dat is een aloude traditie in de Amerikaanse politiek.
Wie geen dieper inzicht heeft in de politieke cultuur van de VS, zeker van de middenklasse, begrijpt natuurlijk niet hoe de stakers in Wisconsin (waar de aanval op het sociaal overleg werd ingezet) tegelijk ook veel aanhangers van de Tea Party Movement in hun rangen tellen. Immers, hoe kunnen burgers aanhangers worden van een beweging die zo hard tegen hun sociale belangen ingaat? Hoe rijm je dat met de opiniepeilingen die vaststellen dat 70% van de Amerikanen voorstander zijn van openbare gezondheidszorg (naar Canadees model, het enige model waar Amerikanen iets over weten)?
(Je zou hier natuurlijk ook de vraag kunnen stellen waarom in Vlaanderen zovelen voor een rechtse en een extreemrechtse partij stemmen die even duidelijk van plan zijn de sociale bescherming van de middenklasse af te schaffen.)
Stelt Obama teleur? Hij heeft een tweede oorlogsfront geopend in Afghanistan dat zich dreigt uit te breiden naar Pakistan, de gevangenis van Guantanamo is niet dicht, de oorlog in Irak is nog steeds bezig zonder zicht op een einde. Zijn hervorming van de gezondheidszorg is een lege doos gebleken. Hij onderneemt niets tegen de sociale afbraak in de staten … maar, heeft hij dat wel beloofd?
De berichtgeving over kandidaat Obama liet toen inderdaad uitschijnen dat dit allemaal zou gebeuren. Aan diepgaande analyse werd geen tijd verspild, dat lezen (luisteren – kijken) de mensen toch niet, nietwaar. Heel wat progressief denkende Amerikanen lieten zich gewillig misleiden. Ze hoorden wat ze wilden horen en namen de Europese media in hun zog mee. Obama werd voorgesteld als een tegenstander van de oorlog in Irak. Niets is nochtans minder waar. Obama had wel tactische meningsverschillen over hoe die oorlog moest aangepakt worden. Maar deze man is geen tegenstander van het recht op interventie van de VS, geen tegenstander van de honderden militaire bases in de wereld, met andere woorden deze man staat 100 % achter de Amerikaanse hegemonie over de wereld. Hij heeft wel andere ideeën dan de Republikeinen over hoe je dit imperium in stand moet houden, dat wel …
Persoonlijk herinner ik me vooral het gevoel van ongeloof dat ik had toen ik Obama zijn overwinningsspeech zag geven op TV. Juichende menigtes, enthousiaste commentaren, ook in België. Dat iemand als Patrick Dewael zo lovend was kon ik nog enigszins plaatsen, maar Caroline Gennez? Rik Coolsaet? De desillusie die er onvermijdelijk zou aankomen zat er zo ingebakken dat je er niet naast kon kijken. Deze man was en is een bikkelharde neoliberale individualist die niet van plan was ook maar iets te veranderen aan het Amerikaanse politieke systeem, die tegen openbare gezondheidszorg is (nog meer trouwens dan verliezend kandidaat Hillary Clinton), die voorstander is van een uitbreiding van de lijst misdrijven die voor de doodstraf in aanmerking komen, die over Israël zelfs extremer is dan W. Bush, die het hoogste defensiebudget ooit laat goedkeuren in tijden van economische crisis enzovoort.
Ik heb mijn artikels in Uitpers (zie de links onderaan) over kandidaat Obama tijdens de voorverkiezingen herlezen – toen Obama nog lang niet de uitverkoren kandidaat was die het zou halen – en wat ik toen in hem zag klopt vandaag bijna tot op de letter. Met deze kandidaat komt er geen sluiting van Guantanamo, geen einde van de bezetting van Irak, geen openbare gezondheidszorg … heb ik dan waarzeggercapaciteiten, zie ik iets wat anderen niet zien? Jammer genoeg niet. Ik dacht zelfs dat Hillary Clinton het ging halen tijdens de voorverkiezingen. Ik ben trouwens helemaal niet de enige die toen zo over Obama dacht. Ook talrijke Amerikaanse progressieve stemmen zagen dat. Zij hadden één ding gemeen: ze werden volledig door de massamedia genegeerd (of afgekraakt in de zeldzame gevallend dat ze hun stem konden laten horen). Hun opinies haalde ik van talloze Amerikaanse progressieve websites. Ik baseer me voor mijn artikels over de VS trouwens altijd en uitsluitend op Amerikaanse informatie.
Obama – of beter zijn campagneteam – was een kei in het creëren van illusie. Dat heeft hij zelfs beter gedaan dan de meeste van zijn voorgangers. Niet voor niets werd zijn verkiezingscampagne als de beste campagne van het jaar verkozen door de reclamesector … De VS is dan ook het land bij uitstek waar verkiezingen de facto geprivatiseerd zijn. Je moet het inderdaad maar doen om als politieke nieuwkomer met nauwelijks twee jaar ervaring op nationaal niveau toch president te worden. Qua doorzettingsvermogen kan dat tellen. En om dat te doen als zwarte Amerikaan was nog een prestatie. De tijd was er inderdaad rijp voor. Maar om daar uit te besluiten dat deze man voor een ander beleid zou staan …
Dit kan hij natuurlijk maar één keer. Net zoals W. Bush, Clinton, Bush sr (zonder succes), Reagan, Carter (eveneens zonder succes), Nixon … voor hem zal hij nu vooral de aandacht vestigen op het gebrek aan alternatief dat de tegenstander zal bieden. In een tweede campagne kan de zetelende president zich immers concentreren op de andere partij. Er zijn immers geen lastige concurrenten in eigen rangen. Ik of de ramp van de Tea Party fanatici. De Republikeinse politieke elite is zich daar goed van bewust, maar kan geen weerwerk meer bieden tegen het verbale geweld van deze beweging.
Wie denkt dat daarmee de strijd gestreden is vergist zich. McCain haalde met Sarah Palin nog altijd 46% van de stemmen. Obama, de man van de verandering haalde inderdaad slechts 54 %, ondanks het feit dat de Republikeinen met W. Bush nog maar net de minst populaire president in de naoorlogse geschiedenis van de VS hadden geleverd. De economische crisis kwam voor Obama tijdens de campagne als een godsgeschenk. McCain had immers enkele weken vroeger gezegd dat de economie ‘just fine’ was en dat hij geen problemen voorzag. Eenmaal verkozen besliste Obama wel onmiddellijk een reddingsplan voor de financiële sector door te duwen dat de unanieme instemming had van Democraten en Republikeinen (niet helemaal, een aantal Republikeinen stemden tegen omdat het volgens hen niet ver genoeg ging). Logisch, het was immers al voorbereid door het kabinet van zijn voorganger. Bovendien benoemde hij als economische adviseurs economen die persoonlijk verantwoordelijk waren voor het ontstaan van deze crisis.
Dat voordeel heeft Obama nu niet meer. De Republikeinen, niet gestoord door enig gevoel voor historische context, zullen het niet laten hem nu op zijn eigen verantwoordelijkheid (terecht of niet terecht doet er niet toe) te wijzen.
Wie hier denkt dat kandidaat Sarah Palin het niet zou halen, moet toch maar even oppassen. Eerst en vooral is onwetendheid over de wereld buiten de VS geen enkel punt voor de gemiddelde Amerikaan – zo werd bijvoorbeeld het feit dat John Kerry een van de zeldzame Amerikanen is die een andere taal machtig is, en dan nog Frans, door de Republikeinen breed uitgesmeerd als argument om hem te ondergraven. McCain presteerde het in een radio-interview over een Colombiaanse militaire inval in Ecuador om te stellen dat hij de ‘Venezolaanse invasie in Colombia’ veroordeelde en op een vraag over Eerste Minister Zapatero die de Spaanse troepen uit Irak terugtrok antwoordde hij dat hij nooit met de Mexicaanse guerrilla zou praten … Kennis van zaken is geen troef in Amerikaanse presidentsverkiezingen, integendeel. W. Bush gebruikte zijn versprekingen zelfs als element in zijn campagnes en slaagde er in voor zichzelf een imago te creëren van een gewone gast met wie je een pint kon gaan drinken. Voor een lid van de rijkste 1 % van de bevolking was dat een prestatie.
Obama weet dat ook wel. Hij begrijpt heel goed hoe je een Europees publiek anders moet aanspreken dan het thuisfront. Daarom is het belangrijk te vergelijken met zijn toespraken in een van de staten van de VS, die hier niet in de media komen. Ze blinken uit in nietszeggende, sloganeske gemeenplaatsen waar ieder in kan horen wat hij/zij wil. Dat heeft hij gemeen met al zijn voorgangers.
Uit opiniepeilingen van conservatieve denktanks in de VS zoals het Brookings Institute blijkt telkens weer dat de gemiddelde Amerikaan vindt dat de politiek zijn belangen niet verdedigt. Amerikanen blijven dan ook massaal thuis voor verkiezingen. Presidentsverkiezingen halen nog ‘redelijke’ cijfers rond de 50-55 %, maar in de staatsparlementen zetelen vertegenwoordigers die verkozen zijn door 20 % van hun bevolking. Voor de gemeentelijke verkiezingen, de politie- en gerechtelijke verkiezingen (in de meeste staten worden politiecommissarissen, rechters, procureurs verkozen!) is de deelname nog veel lager. Bovendien zijn er miljoenen Amerikanen die geen stemrecht hebben. Vreemd genoeg tellen zij wel mee om het aantal zetels van de staten in het Congres te bepalen. Tijdens de slavernij telden de slaven ook mee voor die quota – ze mochten uiteraard niet gaan stemmen.
Amerikanen hebben geen ervaring met, geen inzicht in, geen benul van andere systemen – als ze al weten of beseffen dat er andere systemen bestaan. De sociale strijd was er nochtans veel heviger dan in Europa, ze werd en wordt echter veel heftiger onderdrukt. Het individualisme is er zo ingebrand dat zelfs werknemers van bedrijven zonder sociaal overleg en zonder ziekteverzekering gaan betogen voor de afschaffing van het sociaal overleg voor de openbare sector en voor de grote bedrijven …
Obama zal net als alle presidenten voor hem al dan niet herverkozen worden op basis van zijn binnenlands beleid. De buitenlandse politiek speelt daarbij nauwelijks een rol. Die herverkiezing is allesbehalve zeker. Vraag het maar aan Jimmy Carter en Bush sr.
Moeten wij dat erg vinden als hij het niet zou halen? Toch wel. Obama is een man van het systeem, van de continuïteit, dat is al erg genoeg voor de dakloze bedelaar in Manhattan en de gebombardeerde boer in Afghanistan … maar een fanatieke Republikein is nog erger.
De massamedia maken van de Amerikaanse presidentsverkiezingen telkens weer een spektakel. Dat is het ook. Spannend om naar te kijken. Maar het gaat niet over de essentie. Presidenten veranderen niets tenzij de publieke opinie hen daartoe dwingt. Franklin Roosevelt zag zich gedwongen tot de New Deal om het kapitalisme van de ondergang te redden, Johnson zag zich gedwongen de zwarte Amerikanen stemrecht te geven omdat hij vreesde dat de volksopstand uit de hand zou lopen. Hetzelfde geldt voor Obama. Deze man zal enkel iets doen als hij zich gedwongen voelt door de publieke opinie in zijn eigen land – niet in het buitenland! Voorlopig ziet het er niet naar uit dat dit zal gebeuren.
De Europese commentatoren zullen het uitgebreid hebben over de vele toegevingen die hij heeft moeten doen aan de Republikeinen. Dat is inderdaad zo, alleen gaat het dan over tactische toegevingen, niet over inhoudelijke. Het Amerikaanse tweepartijensysteem laat dat immers niet toe. Over de essentie zijn ze het immers eens.
Moet dat ons doen wanhopen? Wat in de VS gebeurt gaat ons natuurlijk allen aan en zelfs al is de macht van de VS tanend, een gewonde beer kan nog lelijk toeslaan. Maar verandering is er altijd gekomen op ogenblikken dat het er slecht uitzag. De Amerikaanse burgerrechtenbeweging ijverde al 80 jaar tevergeefs voor gelijke rechten tot de verandering er kwam in de jaren ’60. Het is net op ogenblikken als vandaag wanneer de toestand er hopeloos uitziet dat politieke strijd onmisbaar is. Rechten worden immers niet gegeven, ze worden afgedwongen. Dat is ook vandaag nog altijd zo.
Obama zal het waarschijnlijk wel halen, maar hij zal zich daar zwaar moeten voor inspannen. Maar met Obama herverkozen of niet, ondertussen gaat de strijd voor rechtvaardigheid en democratie gewoon door.
(Uitpers nr. 132, 12de jg., juni 2011)
Een overzicht van vorige artikels over kandidaat en president Obama door Lode Vanoost:
Eerste prognoses over de komende presidentsverkiezingen, Uitpers November 2007Met Obama wordt het anders … niet beter, Uitpers Juli-Augustus 2008Obama’s keuze voor kandidaat vicepresident bevestigt: business as usual, Uitpers September 2008Presidentsverkiezingen: geheugenverlies van de pers, Uitpers Oktober 2008Obama wordt Clinton III als de Amerikanen naar huis gaan en Johnson II als de Amerikanen doorgaan met hun strijd voor vrede en rechtvaardigheid, Uitpers December 2008Obama voert zijn beloftes correct uit!, Uitpers April 2009Waarom de media Obama blijven prijzen als de redder van de wereldvrede, ondanks de overduidelijke bewijzen van het tegendeel, Uitpers Juli-Augustus 2009Obama voert zijn échte beloftes uit, Uitpers September 2009Obama’s voorstel gezondheidszorg: een maat voor niets, Uitpers December 2009Obama doet Republikeinen uit hun as herrijzen, Uitpers April 2010