Eén jaar Obama. Zoals voorspeld in Uitpers wordt Obama een traditionele Democratische president zoals Clinton. Net als Clinton zal hij zijn beleid aan een Republikeinse meerderheid in het Congres aanpassen. Nauwelijks één jaar na zijn historische overwinning is hij er immers in geslaagd om de Republikeinen terug uit hun as te laten verrijzen.
Aan zijn progressief beleid zal het niet gelegen hebben, dat heeft hij immers niet. Nogmaals, volgens mij stelt Obama NIET teleur. Integendeel, hij bevestigt wat hij tijdens de campagne en tijdens het voorbije jaar beloofd heeft: andere retoriek, hetzelfde beleid. Clinton kwam ook met een belofte voor een betere gezondheidszorg – een plan dat overigens verder ging dan de voorstellen van Obama (en door Hillary Clinton in haar kiescampagne was overgenomen) maar deed er wel drie jaar over voor hij de strijd opgaf. Obama doet dit al na één jaar.
Zo verdwijnt een thema van de politieke agenda dat als sinds de jaren ’70 onafgebroken de tweede grootste prioriteit is na de werkgelegenheid (van de bevolking!, niet van de politieke elite en de massamedia). In zijn State of the Union legt Obama nu de nadruk op dit andere thema: de werkgelegenheid of liever het gebrek daaraan. Eender wie zijn speech leest moet toegeven: het zit vol met mooie woorden, geen paniekzaaierij à la Bush meer. Maar daar blijft het bij.
Er is geen einde in zicht voor de oorlogen in Irak en Afghanistan (én Pakistan!). Guantánamo is nog lang niet dicht en de beperkingen van de burgerrechten in de Patriot Acts I en II van Bush werden niet teruggetrokken. Er komt ook geen openbare gezondheidszorg in de VS. Het budget voor defensie van Obama is hoger dan dat van Bush enzovoort enzovoort …
De massamedia blijven volharden in de boosheid. Eerder dan toe te geven dat ze van bij de eerste speech van Obama zo een drie jaar terug méé een lege mythe gecreëerd hebben, gaan ze door over de zogenaamde teleurstelling van één jaar Obama. Hij zou bezweken zijn aan de druk van de bedrijfswereld, hij zou teveel compromissen zoeken met de Republikeinen, te weinig daadkracht hebben, veel woorden, géén daden …
Er wordt in de media heel hard op gehamerd dat het verlies van één Democratische Senaatszetel in Massachusetts (die van de overleden Edward Kennedy) aan de Republikeinen Obama zal verplichten van koers te veranderen. Niets is minder waar. De Democraten hebben nog altijd een meerderheid van 59 op 100 senaatszetels. Het enige wat de Republikeinen kunnen is de goedkeuringsprocedure van zijn wetsvoorstellen vertragen met 40 stemmen. Hij had echter daarvoor reeds alle moeite had om zijn eigen Democratische senatoren mee te krijgen met zijn voorstellen.
Obama maakt nu van de werkgelegenheid zijn prioriteit. Een typische terugvalpositie, de nadruk leggen op binnenlandse politiek in de hoop hiermee zijn herverkiezing veilig te stellen. Menig president heeft het hem voorgedaan, met wisselend succes. Als de Republikeinse partij er binnen drie jaar in slaagt om de fanatieke christelijke rechterzijde opzij te schuiven – de eerste initiatieven in die richting zijn al genomen – zou die herverkiezing voor hem wel eens twijfelachtig kunnen worden. De Republikein die in Massachusetts de Senaatszetel van Ted Kennedy heeft overgenomen gaat al duidelijk in die richting. Hij hield een opvallend Reaganistisch economisch discours en liet zich niet betrappen op een uitspraak over de ‘moral issues’ die de laatste jaren door zijn partijgenoten werden gebruikt. Hij hield zich ook mijlenver van Sarah Palin.
De echte verandering zal van onderuit komen. Obama wil immers net als zijn voorgangers absoluut een tweede termijn halen. Progressieve toegevingen zullen er alleen komen als hij dat nodig acht voor zijn herverkiezing.
Eerder dan verder door te bomen over Obama’s ’teleurstelling’ laat ik liever een groot Amerikaan aan het woord met zijn mening. Op de dag dat ik dit schrijf, 28 januari 2010, is Howard Zinn overleden. Zijn boek ‘A People’s History of the United States’ is een mijlpaal die duizenden er heeft van overtuigd dat organisatie, actie een lang, moeizaam maar succesvol emancipatieproces is. (klik hier voor de bespreking van de Nederlandstalige vertaling). De man bleef actief tot op de laatste dag van zijn leven. Hij overleed aan een hartstilstand tijdens een lezing in Californië. Dit was zijn laatste internetcommentaar van 22 januari 2010. Het was zijn antwoord op de vraag naar één jaar Obama:
“Het enige dat in de buurt komt is een deel van Obama’s retoriek. In zijn daden en zijn beleidskeuzen zie ik géén lichtpunten. Teleurstellingen? Ik ben niet bepaald teleurgesteld omdat ik niet veel verwacht. Ik verwachtte van hem dat hij een traditioneel Democratisch president zou zijn. Op buitenlands vlak is dat nauwelijks verschillend van een Republikein – even nationalistisch, expansionistisch, imperialistisch en oorlogszuchtig. In die zin zijn er dus geen verwachtingen en geen teleurstellingen. Op binnenlands vlak zijn Democratische presidenten meer hervormingsgezind, een beetje dichter bij de werkende mensen, meer geneigd om wetgeving te stemmen voor gewone mensen – en dat is zeker waar bij Obama. Maar die Democratische hervormingen waren beperkt, voorzichtig, Obama is géén uitzondering. Op gebied van gezondsheidszorg bijvoorbeeld, hij begint met een compromis. Als je met een compromis begint, eindig je met een compromis van een compromis, waar we nu aan toe zijn.
Ik dacht dat hij op gebied van grondwettelijke rechten beter zou zijn dan hij nu is. Dat is de grootste teleurstelling want Obama ging naar Harvard Law School en wordt dus verondersteld toegewijd te zijn aan grondwettelijke rechten. Maar hij wordt president en neemt geen betekenisvolle stappen wég van het beleid van Bush. Zeker, hij blijft praten over de sluiting van Guantánamo maar hij behandelt de gevangenen daar nog altijd als ‘verdachte terroristen’. Ze werden nog niet berecht en nog niet schuldig bevonden. Dus wanneer Obama voorstelt om gevangenen uit Guantánamo te verwijderen naar andere gevangenissen, dan verdedigt hij hun grondwettelijke rechten niet. En hij is naar de rechtbank gestapt om voor preventieve detentie te pleiten. En hij heeft het beleid voortgezet om verdachten naar landen te verschepen waar ze gefolterd kunnen worden.
Ik denk dat de mensen verblind zijn door Obama’s retoriek en dat ze moeten beginnen te begrijpen dat hij een middelmatige president gaat zijn – wat in deze tijden betekent een gevaarlijk president – tenzij er een nationale beweging opstaat die hem in een betere richting stuurt. Howard Zinn, 22 januari 2010.”
Lode Vanoost (vertaling en commentaar)
(Uitpers nr. 117, 11de jg., februari 2010)