INTERNATIONALE POLITIEK

Norman Finkelstein en de ‘nieuwheid’ van het ‘nieuwe antisemitisme’

Norman Finkelstein, ‘De drogreden van het antisemitisme. Israël, de VS en het misbruik van de geschiedenis’, Globe, Roularta Books, Roeselare, 2006, 288 blz., ISBN 90-8679-043-7, 19,90 euro.

In 2000 joeg de Amerikaanse politicoloog Norman Finkelstein zowat alle ‘vrienden van Israël’ in de gordijnen met zijn essay ‘The Holocaust Industry. Reflections on the Exploitation of Jewish Suffering’ (*). De kanonnen werden meteen opgesteld om de ‘nestbevuiler’ Finkelstein af te knallen.

De eerbiedwaardige New York Times werd licht hysterisch en vergeleek Finkelsteins boek met ‘De protocollen van de wijzen van Zion’, een door de geheime diensten van de Russische tsaren in elkaar geflanst antisemitisch schotschrift. De Nederlandse schrijver Leon de Winter zag voor Norman Finkelstein slechts één remedie: de therapeut. Er ligt nu een vervolg op de ‘Holocaustindustrie’ in de winkel. Het al even controversiële ‘Beyond Chutzpah – On the Misuse of Anti-Semitisme and the Abuse of History’ werd in het Nederlands vertaald als ‘De drogreden van het antisemitisme. Israël, de VS en het misbruik van de geschiedenis’.

Finkelstein schreef de ‘Holocaustindustrie’ ter nagedachtenis van zijn ouders, overlevenden van de nazi-uitroeiingskampen Majdanek en Auschwitz. De auteur richtte zijn pijlen op het politieke misbruik van de Holocaust, op de vulgaire kitsch en oplichterij in de geschiedschrijving, de literatuur en de filmindustrie. Hij haalde zwaar uit naar de Amerikaanse joodse organisaties, die Europese instellingen financieel afpersen in naam van de behoeftige joodse slachtoffers van het nazisme. Doorgaans zien deze slachtoffers geen cent van de schadeclaims die deze machtige joodse belangengroepen indienen.

“De holocaust is zonder meer een onmisbaar ideologisch wapen gebleken,” schreef Finkelstein. “Door het in stelling te brengen heeft een van de meest geduchte militaire machten ter wereld {Israël}, met een verschrikkelijke staat van dienst wat de mensenrechten betreft, zich opgeworpen als een ‘slachtofferstaat’; en evenzo heeft de meest succesvolle etnische groep in de Verenigde Staten {de joodse elite}zich de slachtofferstatus toegeëigend. Aanzienlijke dividenden spruiten voort uit dit misleidende slachtofferschap, in het bijzonder immuniteit voor kritiek, hoezeer die ook gerechtvaardigd is.”

In ‘De drogreden van het antisemitisme’ gaat Norman Finkelstein op dit thema door. Als politiek wetenschapper ergert hij zich blauw aan de manier waarop de staat Israël en zijn vrienden overal ter wereld het begrip ‘antisemitisme’ misbruiken voor eigen doeleinden en het uiteindelijk ontdoen van zijn eigenlijke inhoud. Voor deze rabiaat pro-Israëlische kringen is antisemitisme op de eerste plaats (zo niet uitsluitend) elke kritiek op de politiek van de staat Israël en zijn zionistische politieke en militaire elite: militaire agressie tegen de buurlanden en de Palestijnse bezette gebieden, anti-Arabisch racisme, discriminatie van de Palestijnse minderheid in Israël zelf, bezetting en kolonisatie van de Westelijke Jordaanoever, de Gazastrook en Oost-Jeruzalem, grove schendingen van de mensenrechten en het volkenrecht, oorlogsmisdaden, enz..

‘Israël voedt het antisemitisme’

“In de ‘Holocaustindustrie’ heb ik onderscheid gemaakt tussen de nazi-holocaust – de systematische vernietiging van de joden tijdens de Tweede Wereldoorlog – en het begrip holocaust, dat wil zeggen de instrumentalisering van de nazi-holocaust door de Amerikaanse joodse elites en haar aanhangers. Eenzelfde onderscheid is nodig tussen antisemitisme – aanvallen op joden louter en alleen omdat ze joden zijn – en ‘antisemitisme’, de instrumentalisering van het antisemitisme door joodse elites in de VS en elders. Net als de holocaust is het ‘antisemitisme’ een ideologisch wapen dat tegen gerechtvaardigde kritiek op Israël of op machtige joodse belangengroepen wordt ingezet. Vandaag de dag dient het, net als de ‘oorlog tegen het terrorisme’, als dekmantel voor ernstige inbreuken op het volkenrecht en de mensenrechten. Joden die het werkelijke antisemitisme willen bestrijden, moeten allereerst laten zien dat dit vermeende antisemitisme volksverlakkerij is,” stelt de auteur zonder omwegen. Volgens Finkelstein bestaat er wel degelijk “een beproefde strategie voor het bestrijden van het antisemitisme”. “Die komt erop neer dat je de waarheid moet vertellen en rechtvaardigheid moet betrachten. Wanneer al het onderzoek ons leert dat de huidige animositeit jegens joden samenvalt met de wrede onderdrukking van de Palestijnen door Israël, dan is het kant-en-klare recept dat Israël zich uit de bezette gebieden terugtrekt. De volledige erkenning van de grenzen van 1967 zou ook een slag zijn voor de echte antisemieten, die ontegenzeggelijk bestaan. Die kunnen de onderdrukking door Israël dan niet meer als voorwendsel gebruiken om joden te demoniseren en moeten hun ware agenda laten zien.” “En hoe meer joden de Israëlische bezetting luidruchtig veroordelen, hoe minder niet-joden onterecht zullen aannemen dat ‘de joden’ de misdadige politiek van Israël en de kritiekloze steun en zelfs aanmoediging van de belangrijkste joodse organisaties hieraan goedkeuren.” Volgens Norman Finkelstein “zijn de grootste vijanden in de strijd tegen het echte antisemitisme in feite de filosemieten. Dit is een typisch probleem dat zich in Europa voordoet. Doordat de Europeanen de ogen voor de Israëlische misdaden menen te moeten sluiten vanwege het leed dat de joden in het verleden is aangedaan, kan Israël rustig zijn verwerpelijke politiek voortzetten. Daarbij vergeten ze dat die politiek het antisemitisme juist bevordert en uiteindelijk tot de zelfvernietiging van Israël zal leiden. Dat ook de Amerikaans-joodse elite door dit filosemitisme van kritiek gevrijwaard is, is al even rampzalig.” “Gehuld in de mantel van de holocaust presenteren de joodse elites zich als slachtoffers, en in hun solipsistisch universum geloven ze er misschien zelf wel in. Zo kunnen ze letterlijk iedere kritiek als blijk van ‘antisemitisme’ van de hand wijzen. Dit giftige brouwsel van formidabele macht, chauvinistische arrogantie, geveinsd (of ingebeeld) slachtofferschap en de vrijwaring van kritiek brengt een angstaanjagende roekeloosheid en meedogenloosheid voort. Vandaag wordt het antisemitisme in de wereld behalve door Israël vooral door deze mensen versterkt. Hen te behagen is niet de oplossing. Ze moeten worden gestopt,” aldus de Amerikaans-joodse politicoloog.

Joodse elite in de VS

Het eerste deel van Finkelsteins boek is integraal gewijd aan de sinistere rol van deze joodse elite in de Verenigde Staten, die zich in machtige lobbygroepen heeft verenigd en kan steunen op belangrijke bondgenootschappen met de neoconservatieven en de meest reactionaire delen van de twee grote politieke partijen, de republikeinen en de democraten. Een organisatie als AIPAC (American Israeli Political Affairs Committee) beschikt over een jaarlijks budget van 34 miljoen dollar, telt om en bij de 100.000 leden, heeft zes vaste lobbyisten in dienst in het Amerikaanse Congres, die elk Congreslid minstens twee maal per jaar met een bezoek vereren. AIPAC financiert de verkiezingscampagne van tientallen Amerikaanse politici en slaagt erin zijn stempel te drukken op het Amerikaanse Midden-Oostenbeleid. Finkelstein haalt ook het voorbeeld aan van het Simon Wiesenthal Centre. Toen de tot Amerikaan genaturaliseerde Oostenrijkse ‘filmster’, Arnold Schwarzenegger, voor de republikeinse partij een gooi deed naar het gouverneurschap in Californië, kreeg hij onmiddellijk de steun van deze pro-Israëlische lobbygroep. In het verleden had Schwarzenegger zijn bewondering voor twee notoire antisemieten, Adolf Hitler en de voormalige Oostenrijkse president en VN-secretaris-generaal Kurt Waldheim (een man met een zwart oorlogsverleden), nooit onder stoelen of banken gestoken. Schwarzenegger had echter de stemmen van de joodse elite nodig en ontpopte zich als een grote ‘vriend van Israël’. “Niemand in Hollywood heeft het Simon Wiesenthal Centre zoveel geld geschonken als Schwarzenegger,” citeert Finkelstein één van de bestuursleden. Na zijn verkiezing gaf Schwarzenegger uiting “aan zijn solidariteit met de staat Israël” (aldus rabbijn Marvin Hier, de directeur van het centrum in Los Angeles). In Jeruzalem was hij aanwezig bij de eerste steenlegging van het nieuwe museum dat het Simon Wiesenthal Centre er voor tweehonderd miljoen liet bouwen.

Finkelstein wijst er ook op hoe deze pro-Israëlische, joodse elite in de Verenigde Staten er vreemde bondgenootschappen op na houdt in Europa. Gabriel Schoenfeld, hoofdredacteur van het pro-Israëlische blad Commentary en auteur van het in 2004 verschenen boek ‘The Return of Anti-Semitism’, is van oordeel dat ultrarechts in Europa (waar neonazi’s en echte antisemieten thuis zijn) niet langer een gevaar is, maar juist een belangrijke potentiële bondgenoot van de joden. “In het bijzonder Jörg Haider heeft het belang van vriendschappelijke betrekkingen tussen Oostenrijk en Israël benadrukt,” aldus Schoenfeld. “Haider heeft ook al een bezoek gebracht aan het Holocaust Museum in Washington. Jean-Marie Le Pen heeft de Franse joden voorgesteld de handen in elkaar te slaan bij het bestrijden van de door Arabische immigranten veroorzaakte onlusten.”

Een andere belangrijke Israëlische lobby in de VS, is de beruchte ADL (Anti Defamation League of Antilaster Liga). In 2003 ontving de voormalige Italiaanse premier Silvio Berlusconi van de ADL de ‘Onderscheiding voor Eminent Staatsman’. Berlusconi had de neofascisten van Gianfranco Fini in zijn regering opgenomen en zich zeer lovend uitgesproken over Mussolini en zijn fascistisch regime dat antisemitische rassenwetten uitvaardigde en in de eindfase duizenden Italiaanse joden naar de nazi-concentratiekampen deporteerde. In november 2003 bracht Gianfranco Fini een bezoek aan Israël, waar de regering voor hem de rode loper uitrolde. Net tevoren had hij in Milaan voor de beweging B’nai Brith (de moederorganisatie van de ADL) een toespraak gehouden, waarin hij de bouw van de apartheidsmuur in de Palestijnse bezette gebieden toejuichte. ADL-voorzitter Abraham Foxman (in 2003 auteur van het boek ‘Never Again? The Threat of the New Anti-Semitism’) zwaaide Berlusconi alle lof toe: “Deze man is de enige in Europa die zich duidelijk voor Israël uitspreekt, en hij heeft gezegd dat antizionisme gelijkstaat met antisemitisme”. En daar is het de Israëlische lobbyorganisaties uiteindelijk om te doen: tegenstanders van de staat Israël moeten gebrandmerkt worden als de ‘nieuwe antisemieten’.

Paranoia

“Op het moment dat de spiraal van geweld tussen Israël en de Palestijnen weer op gang kwam {na de volledige mislukking van het zogenaamde vredesproces van 1993},” aldus Norman Finkelstein, “werden we door middel van talloze boeken, artikelen en conferenties gewaarschuwd dat we ‘momenteel met een bedreiging voor de veiligheid van het joodse volk worden geconfronteerd die even groot is als in de jaren dertig – zo niet groter’, zoals de ADL-voorzitter Abraham Foxman het formuleerde.”

“Het geval wil dat deze waarschuwing niet nieuw is, noch over antisemitisme gaat. Ruim dertig jaar geleden al publiceerden twee bestuursleden van de ADL, Arnold Foster en Benjamin R. Epstein, met veel tamtam een boek ‘The New Anti-Semitism’. Een kleine tien jaar later kwamen ADL-voorzitter Nathan Perlmutter en zijn vrouw Ruth Ann Perlmutter met ‘The Real Anti-Semitism in America’, waarin wederom werd gesteld dat het nieuwe antisemitisme in de Verenigde Staten hoogtij viert. Deze regelmatig terugkerende en goed geregistreerde campagnes worden niet opgezet om het antisemitisme te bestrijden, maar om het historisch leed van het joodse volk te gebruiken voor het verdacht maken van kritiek op Israël. Telkens wanneer de internationale gemeenschap Israël oproept zich in ruil voor erkenning door de Arabische buurlanden uit de bezette gebieden terug te trekken, wordt het ‘nieuwe antisemitisme’ van stal gehaald.” Foster en Epstein schreven hun totaal overtrokken antisemitismeboek in 1974, toen Israël na de Yom Kippoeroorlog van het najaar 1973, onder sterke internationale druk kwam te staan om zich terug te trekken uit de Egyptische Sinaïwoestijn. De Perlmutters deden dat in 1982 toen het Israëlische leger drie maanden lang de Libanese hoofdstad Beiroet had gebombardeerd en er onder het waakzame oog van de troepen van generaal Ariel Sharon massaslachtingen waren aangericht in de Palestijnse vluchtelingenkampen Sabra en Shatilla. Norman Finkelstein merkt op dat de Amerikaanse joodse elite telkens verder opschuift naar extreme neoconservatieve en rechtse standpunten. Foster en Epstein noemden het antisemitisme van de Ku Klux Klan en andere nazigroepen in de VS al ongevaarlijk. Het ‘nieuwe antisemitisme’ kwam in de VS van radicaal links, de trotskistische Socialist Workers Party, de op Moskou georiënteerde Communistische Partij of de maoïstische Progressive Labor Party. Tien jaar later breidden de Perlmutters dit gamma al behoorlijk uit. De ‘nieuwe antisemieten’ bevinden zich voornamelijk in de beweging voor de burgerrechten van de Afro-Amerikanen, de National Council of Churches, die Israël opriep besprekingen te beginnen met de PLO, de Derde Wereldbeweging (“met zijn ideologie tegen racisme, seksisme en imperialisme”), de vredesbeweging (want die is voor vreedzame oplossingen van conflicten en voor bezuinigingen op het defensiebudget – waardoor “oorlog tegenwoordig een slechte naam heeft en vrede een te gunstige pers”, aldus de Perlmutters. Wat uiteraard rampzalig is voor Israël). En voorts hadden de Perlmutters het gemunt op de ‘antisemieten’ onder de tegenstanders van kernenergie, want die maakten Amerika afhankelijk van OPEC-olie. Na het begin van de tweede intifada in september 2000 en het gespierde optreden van Ariel Sharon, die de Palestijnse gebieden opnieuw bezette (met vernietigende militaire operaties zoals in april 2002 tegen het Palestijnse vluchtelingenkamp in Jenin) laten de prominenten van de Amerikaanse, joodse elite het ene boek na het andere van de persen rollen. ADL-voorzitter Abraham Foxman publiceert in 2003 een boek tegen het nieuwe antisemitisme. Ook de internationale mensenrechtenorganisatie Amnesty International en Human Rights Watch worden door hem in het hoekje van de baarlijke antisemieten gezet.

Phyllis Chester, een andere rabiate verdedigster van Sharon en Israël schrijft ‘The New Anti-Semitism’. Persmagnaat Mortimer B. Zuckerman neemt niet eens de moeite om een andere titel te bedenken voor zijn boek. Het heet eveneens ‘The New Anti-Semitism.’ Volgens Zuckerman is “Israël nu de collectieve jood onder de volkeren”. En Chester heeft zo haar eigen geschiedschrijving achter de hand. De staat Israël moet constant vechten om te overleven en om te beletten dat de Israëli’s door de Arabieren “in zee worden gedreven”. Phyllis Chester weet haar lezers te melden dat Israël “de voorbije 55 jaar maar liefst negen grote verdedigingsoorlogen heeft moeten voeren”. Daartoe rekent ze ondermeer de Israëlische invasie in de Sinaïwoestijn tijdens de Suezoorlog in 1956, de Israëlische invasie in Libanon in 1982 en het Israëlische optreden tegen de twee Palestijnse opstanden in 1987 en 2000. Chester heeft een zeer uitgebreide schurkengalerij van antisemieten. Finkelstein: “Alle gebruikelijke booswichten zijn er te vinden: de Arabieren, de moslims, de hele Derde Wereld, Europa, de VN. Maar er zijn nog een hele hoop andere verdachten: de in het Westen gevestigde internationale mensenrechtenorganisaties, academici, intellectuelen, westerse antikapitalisten, antiglobalisten, milieuorganisaties en antiracisten, anti-oorlogsactivisten, progressieve feministen, joodse feministen (“Amerikaanse joodse feministen komen niet langer op voor vrouwenrechten in Amerika, maar voor de rechten van de PLO”), zowel de Europese als ‘linkse en progressieve’ Amerikaanse media, zoals Time, Associated Press, Reuters, The Washington Post, The Los Angeles Times, The New York Times, The Guardian, The Toronto Star, de BBC, NPR, CNN en ABC, en een heleboel Israëli’s, onder wie wijlen Yeshayahu Leibowitz van de Hebreeuwse Universiteit, een orthodoxe jood en een van de meest gerespecteerde intellectuelen van zijn land. Dat zijn dus allemaal antisemieten. En ‘wie dat ontkent’, zo voegt Chester er voor de zekerheid aan toe, is zelf een antisemiet.” Een ander succesvol boek tegen het antisemitisme was de in 2004 gepubliceerde essaybundel ‘Those who forget the past: The Question of Anti-Semitism’. Samensteller Ron Rosenbaum strikte joodse schrijvers, academici en andere prominenten voor een bijdrage. Toneel- en filmschrijver David Mamet schreef met opgestoken vingertje dat de wereld sinds 1981 bij Israël in het krijt staat. “Als Israël in 1981 niet de kernreactor in Irak had gebombardeerd, dan was heel New York (God beware!) nu Ground Zero geweest.” Rosenbaum zelf ontpopt zich als een uiterst origineel denker en geschiedschrijver. In zijn inleiding beweert hij dat “alle Europese volkeren medeplichtig waren aan Hitlers genocide” en dat “de meeste Europeanen daar vrijwillig aan meededen.” Rosenbaum voorspelt zelfs dat de Europeanen “weer bereid zijn om medeplichtig te worden aan de moord op de joden” De Europeanen zouden deze tweede holocaust zelfs al vlak na de Tweede Wereldoorlog hebben beraamd. In de visie van Rosenberg “hebben de Europeanen de joden een aparte staat opgelegd omdat ze de overlevenden van de kampen, die hun schaamte belichaamden, van het continent weg wilden hebben en in het bezit wilden blijven van de goederen die ze in de oorlog van hen hadden gestolen.” Als staaltje van politiek-ideologische paranoia kan dit tellen. Finkelstein drijft genadeloos de spot met Rosenbaums nieuwe theorieën. “Het idee van een joods tehuis in Palestina is niet bedacht door zionisten, maar door Europeanen van niet-joodse afkomst. Later hadden die Israël expres een ‘onverdedigbaar snippertje woestijn te midden van een zee van vijandige volkeren’ gegeven. En als toppunt van perfiditeit hadden ze het land te klein gemaakt om zowel joden als Palestijnen te huisvesten, zodat de joden de Palestijnen zouden verdrijven, zodat die de joden zouden gaan haten, zodat de semieten elkaar zouden uitmoorden en de joden de schuld kregen. En alsof dit alles nog niet erg genoeg was, waren de Europeanen er nu heimelijk op uit om de joden die nu nog in Europa wonen, te vernietigen. ‘Daarom laten zij hun eigen Arabische bevolking synagogen in brand steken en joden op straat slaan voor hen.’”

In 2004 is het de beurt aan Gabriel Schoenfeld: ‘Return of Anti-Semitism’. Waarin de lezer onder meer dit verneemt: “Als er al een verschil bestaat (behalve in efficiëntie) tussen de nazi’s en de Palestijnen, dan is het dat de eersten hun moorddadige plannen strikt geheim hielden en de Palestijnen diezelfde plannen van de daken schreeuwen”.

De verbijstering van Elie Wiesel

2004 was een topjaar voor de ‘vrienden van Israël’ die van het ‘nieuwe antisemitisme’ hun handelswaar – en sommigen zoals Abraham Foxman zelfs hun broodwinning – hebben gemaakt. In april zag de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa (OVSE) zich genoodzaakt in Berlijn een conferentie te beleggen over ‘het nieuwe antisemitisme’. VS-minister van Buitenlandse Zaken, Colin Powell, werd er speciaal voor ingevlogen en in hetzelfde vliegtuig van de Amerikaanse luchtmacht zat ook de onvermijdelijke Elie Wiesel (Nobelprijs voor de Vrede in 1986 en bedenker van de beroemde oneliner: “De holocaust is het moreel kapitaal van Israël”). Alle belangrijke vertegenwoordigers van de zionistische lobby in de Verenigde Staten en Europa waren present en luisterden enthousiast naar Wiesels toespraak. In juni 2004 sloeg het nieuwe-antisemitismecircus opnieuw zijn tenten op. Dit maal in de hoofdzetel van de Verenigde Naties in New York. De gastheer, Kofi Annan, werd door verschillende sprekers ronduit beledigd. Wiesel mocht andermaal op het sprekersgestoelte uiting geven aan zijn verbijstering. “Had een pessimist me {na de oorlog}verteld dat ik het nog mee zou maken dat de joden weer aangevallen zouden worden, dan had ik het niet geloofd. Maar nu is het toch realiteit geworden”, zei Elie Wiesel. De staat Israël wordt door de Verenigde Staten bewapend en onvoorwaardelijk financieel en politiek gesteund. Europa laat de Israëlische leiders ongestoord hun gang gaan. Niet zo in de visie van de Nobelprijs voor de Vrede.”In de hele wereld wordt weer met vereende krachten geprobeerd de joden te isoleren,” orakelde Wiesel. “Israël is nog nooit zo alleen geweest. Maar je kunt de staat Israël niet scheiden van het volk van Israël… Daarom baart het nieuwe antisemitisme in Europa en de VS ons joden grote zorgen.” Norman Finkelstein wijst er fijntjes op dat de toespraak van Elie Wiesel hele passages bevatte van een monoloog die hij in 1981 afstak onder de titel: ‘het nieuwe antisemitisme’.

Tijdens deze VN-conferentie bakte Malcolm Hoenlein van het overkoepelend orgaan van Amerikaans-joodse organisatie het helemaal bruin. “De vertegenwoordigers van de VN ontkennen de holocaust,” zo zei hij. Twee maanden eerder, in april 2004, had hij in Toronto verklaard dat niet Hitler maar de Palestijnse moefti van Jeruzalem alle joden had willen vermoorden. Tijdens de Tweede Wereldoorlog zat deze geestelijke leider uit Jeruzalem behoorlijk fout. Hij zag in nazi-Duitsland een bondgenoot voor de Arabieren in hun strijd tegen het Britse kolonialisme. Volgens Malcolm Hoenlein waren niet Hitler en consorten de bedenkers en uitvoerders van de Endlösung. “Hitler had met tegenzin aan de wens van de moefti voldaan”. Of hoe een Amerikaanse zionistische leider omspringt met de geschiedschrijving over de holocaust…

Finkelstein vs Dershowitz

Het tweede deel van Finkelsteins boek heeft als titel ‘Je kunt je geen betere advocaat wensen’. Daarin maakt hij brandhout van het ‘wetenschappelijke’ werk van Alan Dershowitz. In 2003 publiceerde deze beroemde Amerikaanse advocaat en hoogleraar recht aan de prestigieuze Harvard Law School het boek ‘The Case for Israël’. Om dit boek te schrijven had Dershowitz een legertje onderzoeksassistenten onder de arm genomen. Het werk werd meteen een bestseller. Alhoewel dat slechts weinigen kan verbazen. De joodse organisaties in de VS deelden het boek met gulle hand uit aan joodse scholieren, die hun eindexamen hadden gehaald, aan universiteitsstudenten. Het Israëlische ministerie van Buitenlandse Zaken kocht duizenden exemplaren op voor wereldwijde verspreiding. Op de Israëlische ambassades ligt het boek in hoge stapels. De Israëlische vertegenwoordigers in de VN delen het in honderdvoud uit aan collega’s en VN-medewerkers. Ook in ons land is Alan Dershowitz geen onbekende. In het kader van zijn tournee langs prestigieuze Europese universiteiten (European Tour for Democracy) deed hij op 6 maart 2006 de Université Libre de Bruxelles (ULB) aan voor een lezing onder het motto ‘Israël: historische perspectieven en internationaal recht’. De conferentie werd gepatroneerd door de rechtsfaculteit van de ULB en door de Israëlische ambassade. Uit ‘The Case for Israël’ blijkt echter dat deze eminente rechtsgeleerde het niet zo nauw neemt met het internationaal recht. Alle overtredingen van dit recht door de staat Israël praat Dershowitz zonder enige schroom goed. Rapporten van de internationale mensenrechtenorganisaties wuift hij daarbij hautain van de hand. Dershowitz gebruikt het etiket ‘antisemitisme’ niet alleen om elke kritiek op de staat Israël zwart te maken, maar ook om de Israëlische schendingen van de mensenrechten en het volkenrecht te legaliseren. “De retoriek van de mensenrechten is een krachtig wapen geworden dat selectief tegen Israël wordt ingezet. Daarom moeten de Verenigde Staten nu duidelijk maken dat het internationale oorlogsrecht dient bijgesteld te worden. De VS moeten het voortouw nemen bij de herziening van ‘archaïsche’ internationale wetten, zoals de Conventies van Genève,” zo luidt een van de stelregels van deze universiteitsprofessor. Finkelstein citeert uit een lezing van Alan Dershowitz in Israël, waarin hij zonder meer stelt: “In hoeverre Israël zich naar de letter van het internationaal recht wil gedragen, mag het zelf bepalen. Het is een kwestie van keuze en tactiek, geen morele verplichting of democratisch beginsel.”

Voor zijn feitenrelaas over de oorsprong van het Israëlisch-Palestijns conflict blijkt Alan Dershowitz vooral leentjebuur te hebben gespeeld bij het in 1984 verschenen boek van ene Joan Peters ‘From Time Immemorial. The Origins of The Arab-Jewish Conflict over Palestine’. Dat boek was geschreven op het ogenblik dat het imago van de staat Israël zware averij had opgelopen door de oorlog in Libanon. Peters herkauwde alle mythen van het zionisme over het ontstaan van de staat Israël, presenteerde dit als de hoogste wetenschap en kreeg steun van belangrijke Amerikaanse, joodse intellectuelen als Saul Below, Elie Wiesel, Barbara Tuchman en anderen. Peters viel echter genadeloos door de mand als een charlatan eersteklas. “Was het Peters’ sterke punt dat ze primaire bronnen verkeerd interpreteerde,” schrijft Norman Finkelstein, “Dershowitz is er een meester in om absurde bronnen aan te halen en dingen te poneren die volledig uit de duim zijn gezogen. Hij meent blijkbaar dat hij als bekleder van de prestigieuze Felix Frankfurterleerstoel aan Harvard zoveel gezag geniet dat de lezer hem op zijn woord gelooft.”

Dershowitz poneert in zijn boek tientallen feiten over het Palestijnse verzet tegen de Israëlische bezetting, die zelfs in de ranzigste propaganda van extreemrechts in Israël ontbreken. Over de zelfmoordaanslagen weet hij te melden dat hiervoor speciaal met hepatitis en aids besmette jongeren worden gerekruteerd om nog meer onheil te stichten onder de Israëlische slachtoffers. Jonge Palestijnse vrouwen worden verkracht en om aan de oneer te ontsnappen zijn ze bereid zelfmoord te plegen door zichzelf in Israël op te blazen. De spijkerbommen die Palestijnse zelfmoordterroristen gebruiken zijn bewerkt met rattenvergif, enzovoort. Geen enkele Israëlische politiebron heeft het ooit over dit soort indianenverhalen gehad. Dershowitz strooit ze kwistig rond. Het Palestijnse verzet heeft zijn munitie- en wapenopslagplaatsen met opzet in of in de buurt van scholen ondergebracht. Palestijnse ziekenwagens worden systematisch gebruikt voor het plannen van aanslagen of voor het transport van wapens en munitie. Geen enkele Israëlische legerbron heeft dit soort kwakkels ooit bevestigd. Het zal de rechtsgeleerde een zorg wezen. Dershowitz is een absolute voorstander van de liquidatie van Palestijnse politieke leiders. Als het Israëlische leger Palestijnse kinderen doodschiet, is dat de schuld van de Palestijnen zelf. Zelfs als Palestijnen sterven bij gebrek aan accurate medische zorgen, als gevolg van de militaire bezetting, is dit voor Dershowitz de schuld van hun eigen leiders. “Van de Palestijnse autoriteit mogen gewonde Palestijnen niet meer naar Israëlische ziekenhuizen worden overgebracht,” weet Dershowitz. “Wat ook de reden is, feit is dat er veel minder Palestijnen aan hun verwondingen zouden bezweken zijn, als ze zich van hun leiders hadden mogen laten behandelen door de uitstekende eerstehulpdiensten van Israël in plaats van door hun eigen, doorgaans incompetente artsen en gebrekkige ziekenhuizen.” Naast de hautaine en racistische toon waarop Dershowitz het over het Palestijnse medische personeel heeft, is het Finkelstein opgevallen dat Dershowitz deze feiten volkomen verzonnen heeft.

Norman Finkelstein houdt de boude, onversneden negationistische uitspraken van Dershowitz tegen de talloze rapporten van mensenrechtenorganisaties, zoals Amnesty International, Human Rights Watch, B’tselem (het Israëlische Informatiecentrum voor Mensenrechten in de Bezette Gebieden), Physicians for Human Rights dat in de VS en in Israël is gevestigd, het Public Committee Against Torture in Israël en de mensenrechtencommissie van de Verenigde Naties. Het resultaat is verbijsterend. De ‘vrienden van Israël’ blijken zowat tot alles in staat. Of zoals professor Alan Dershowitz het aan zijn studenten pleegt voor te houden: “de taak van een goede advocaat bestaat er voornamelijk in schuldigen vrij te pleiten en te voorkomen dat de waarheid en niets dan de waarheid aan het licht komt”.

(Uitpers, nr. 80, 8ste jg., november 2006)

 

(*) Norman Finkelstein, ‘De Holocaustindustrie. Bespiegelingen over de exploitatie van het joodse lijden’, Mets en Schilt, Amsterdam / Globe, Gent, 2000.

U kunt dit boek via de link hieronder rechtstreeks bestellen bij:

en wie via Uitpers bestelt, helpt Uitpers!

De link:

http://www.groenewaterman.be/anne/index.dll?webpage=index.htm&inpartcode=477076&refsource=uitp

Laatste bijdrages

DE TERUGKEER VAN ONVERSNEDEN KOLONIALISME

Van IJsland tot Groenland Het is allemaal de schuld van de Vikingen. Zowel Vladimir Poetin als Donald Trump beroepen zich op gefingeerde aanspraken op landen die “nooit bestaan hebben”.…

Myanmar vier jaar na de staatsgreep

Bijna vier jaar na de staatsgreep van 1 februari 2021 in Myanmar komen de wijdverbreide en systematische misstanden van de militaire junta tegen de bevolking – waaronder willekeurige arrestaties,…

Hoogspanning in Caracas

Op 10 januari 2025, vijf maanden na de betwiste verkiezingen in Venezuela, wil President Nicolas Maduro de eed afleggen voor een volgende termijn van zes jaar. Niemand is er…

Mens blijven aan het front

You May Also Like

×