De grens tussen de republiek Ierland en Noord-Ierland is een regelrechte restant van het Brits (Engels-Schots) kolonialisme in dat deel van Europa. Lang voor de Britse Kroon en haar gevolg op andere continenten gingen koloniseren, hadden ze al geoefend op het nabije Ierland. Die koloniale periode werd een eeuw geleden slechts gedeeltelijk afgesloten, er bleef een stukje over: Noord-Ierland.
Kolonisten
Vanaf de 16de eeuw strijken Engelse grootgrondbezitters neer in Ierland om er het systeem van de ‘plantages’ in te voeren. De Engelse koning Henry VIII had zich intussen tot koning van Ierland laten kronen. De gronden van de Ierse boeren werden aan kolonisten uit Engeland, Schotland en Wales gegeven. De boeren die hun land verloren waren katholieken, de nieuwe uitbaters protestanten.
De Ieren zijn enkele keren in opstand gekomen. De revolte van midden 17de eeuw werd bijzonder bloedig onderdrukt, men houdt het op 200.000 vermoorde Ieren. De grondbezitters hadden alleen oog voor de Britse markt, niet voor die Ierse boeren. Bij hongersnoden kwamen massa’s mensen om. Bij de hongersnood van midden 19e eeuw één miljoen Ieren; minstens evenveel emigreren. Ierland wordt nauwelijks geïndustrialiseerd, want in de Britse arbeidsverdeling was Ierland een voedselproducent voor het moederland.
Onvoltooid
De Paasopstand van 1916 wordt zwaar onderdrukt, maar luidt uiteindelijk de dekolonisatie in. Die is echter onvolledig, er wordt een stuk uitgetekend met een overwegend protestantse bevolking, Noord-Ierland. Het is die onvoltooide dekolonisatie die vandaag voor de problemen rond de grens binnen Ierland zorgt.
Het is zo klaar als een klontje dat alleen de hereniging van Ierland, het einde van de kolonisatie, voor een permanente oplossing kan zorgen. De eenheid bruskeren zou tot nieuw geweld leiden. Maar het is ook duidelijk dat de geesten evolueren en de tijd niet veraf is dat een duidelijke meerderheid van de Noordierse bevolking de grens voorgoed wil uitgommen. De Brexit-kwestie zou er zonder die grens wel anders uit gezien hebben.