Niamey, hoofdstad van Niger, heeft bezoek gekregen van Victoria Nuland, de Amerikaanse vice-minister van Buitenlandse Zaken voor Politieke Zaken. Nuland deed een poging “de constitutionele orde” te herstellen, ze wou een gesprek met Abourahmane Tiani, leider van de militaire junta, en met de gevangen genomen president Mohamed Bazoum. Maar ze kreeg geen van beide te zien.
Zoals ook een delegatie van de West-Afrikaanse Gemeenschap (Cédéao/Ecowas) onverrichterzake moest afdruipen in haar poging “de democratie te redden”. De deuren bleven voor haar gesloten, terwijl een delegatie uit Mali en Burkina Faso door de straat enthousiast werd begroet.
VS op de loer
Dat Washington Nuland stuurt, is veelbetekend. Nuland verdiende haar sporen onder meer in Oekraïne; vanaf 2013 stond zij op het ministerie van Buitenlandse Zaken in voor Oekraïne, de periode waarin de ‘Maidan-revolutie’ Oekraïne in het Westerse kamp deed kantelen. Zij zorgde voor kredieten aan de regering in Kiev en vooral voor wapenleveringen aan het Oekraïense leger. Uit een uitgelekt telefoongesprek met de VS-ambassadeur begin 2014 bleek haar diepe misprijzen voor de EU. Maar bleek ook hoezeer de VS zich bemoeiden metde samenstelling van de Oekraïense regering.
Washington wil dus duidelijk van de coup in Niger – waar het 1100 militairen heeft – profiteren om daar een deel van het laken naar zich toe te trekken. Uit bekommernis om de constitutionele orde? Dat zou dan een primeur zijn, want elders in Afrika liggen ze daar absoluut niet van wakker. De VS komen wel in de wielen rijden van de Fransen die meer mikken op de West-Afrikaanse Economische Gemeenschap (Cédéao/Ecowas) om hun belangen in Niger en de regio te helpen verdedigen. Desnoods met militair geweld.
Voorbeeld
Maar wat kan het die landen van deze Gemeenschap schelen wat er in Niger gebeurt? Die Cédéao stelt niet eens zoveel voor. Veel van die regeerders liggen niet wakker van constitutionele orde en democratische processen. In lidstaat Senegal heeft het regime nog zopas de belangrijkste oppositieleider Ousmane Sonko gevangen gezet en uitgesloten van deelname aan de presidentsverkiezingen van februari volgend jaar.
Zelf hebben die West-Afrikaanse staten er geen noemenswaardige belangen, op Nigeria na met zijn lange gemeenschappelijke grens bij een gebied waar jihadistische groepen erg actief zijn. Nigeria is voorzitter van die Gemeenschap en ook veruit het belangrijkste land ervan. Maar waarom zou Nigeria militair ingrijpen in een buurstaat waar het niets verloren heeft, gewoon om Westerse belangen te dienen? President Boia Tinubu geeft de indruk te popelen om soldaten testuren tegen de putschisten in Niger, maar de tegenstand tegen een militair avontuur is groot.
Wat sommige van die regeerders wel vrezen, is het voorbeeld van het trio Mali, Burkina Faso, Niger. Niet het voorbeeld van een militaire coup, maar wel van regimes die zeggen dat ze de soevereiniteit van het land willen vestigen. Dat ze zich voorgoed willen losmaken van de nauwe banden met de vroegere kolonisator, in casu Frankrijk dat eerst in Mali moest opkrassen, nadien in Burkina Faso en nu in Niger.
Democratie?
Het enthousiasme waarmee een deel van de jongeren, zeker in de steden, achter die militaire leiders en hun discours over soevereiniteit staat, wekt buiten de grenzen onrust. Is het die militaire junta’s daar inderdaad om te doen? Dat heeft minder belang, hun volgers vinden van wel. Het Franse neo- of postkolonialisme wordt op de “sociale media” massaal en fel aangeklaagd.
Voor die jongeren is soevereiniteit, zich losmaken van de ‘kolonisator’, belangrijker dan democratische processen. Vooral omdat de via verkiezingen gekozen leiders zo vaak uitblinken door corruptie en wanbeheer. Niet bepaald iets om enthousiast over te zijn.