De Russische defensie-industrie werkt aan een nieuw nucleair wapen dat voor geen ander systeem onder moet doen. Het leger zal in de nabije toekomst over deze nieuwe wapens kunnen beschikken. Dat was een boodschap van president Poetin aan zijn verzamelde generaals, half november 2004.
“Geen enkel ander land zal binnen de eerstkomende jaren over dergelijke wapens beschikken”, zei hij nog. En hoewel hij blijft herhalen dat de strijd tegen het terrorisme de topprioriteit blijft, meent de president ook dat het veronachtzamen van de nucleaire bewapening nieuwe dreigingen zou kunnen doen ontstaan. Kennelijk verwijst hij hier naar de Verenigde Staten en andere nucleaire machten. Een van de adjunct-ministers van buitenlandse zaken haastte zich nadien nog om te zeggen dat deze nieuwe wapens niet op specifieke doelwitten of landen zullen worden gericht.
Het blijft een beetje gissen over welke wapens president Poetin het precies had. De Russische bewapeningsindustrie werkt aan een modernisering van een manoeuvreerbare atoomkop voor de Topol-M intercontinentale raket, en aan een mobiele versie van deze siloraket. Deze moeten de toekomstige ruggengraat vormen van het Russische strategisch arsenaal. Maar dat is eigenlijk al oud nieuws. De mobiele versie zou ergens eind december, in elk geval nog voor het nieuwe jaar, worden getest. In geval deze proef positief zou zijn, zou deze raketten reeds op de bestellijst 2005 worden geplaatst. In dat verband pleit defensieminister, Ivanov, voor tussentijdse budgetaanpassingen.
Er wordt ook gewerkt aan de Bulava, een langeafstandsraket die in eerste instantie bedoeld is om van op zee te worden gelanceerd. Er wordt hier ook een landversie van voorzien. Het prototype werd in september succesvol getest, maar de stap naar reguliere productie is nog groot, zeggen waarnemers. Hier komt ook het probleem kijken van de “oude, versleten en onveilige” sovjetvloot.
Een derde mogelijkheid betreft een soort shuttle die een onderdeel vormt van een nieuw nucleair systeem. Ook hier is reeds getest met positief resultaat. De drie – met name de nieuwe Topol, de Bulava en de shuttle – zijn naar verluidt ontworpen om het rakettenschild dat de Verenigde Staten aan het ontwikkelen is, te kunnen verschalken.
Sommigen speculeren ook over een vierde modernisering. Het gaat om een supersonische antischip raket. In de jaren ’80 waren de sovjetstrategen erg gefocust op verdediging tegen de Amerikaanse vliegdekschepen. De toen ontwikkelde raketten werden nu geperfectioneerd en vormen een interessant exportpotentieel. Eigenlijk is er geen verdediging tegen deze laagvliegende wendbare “shipkillers”. Ze zijn uiterst efficiënt met conventionele wapenkoppen, mochten er nucleaire ladingen bij in het spel zijn dan zijn deze wapens in staat om bestaande krachtsverhoudingen behoorlijk te wijzigen. Er wordt op gewezen dat Poetin in zijn toespraak de woorden “raketten” en “nucleair” gebruikte, maar niet de term “strategische”. Deze “shipkillers” vallen onder de categorie “tactische wapens”…
Wat er ook van weze, de modernisering van atoomwapens vormt een overtreding van het Non Proliferatie Verdrag. Van de vijf permanente leden van de VN Veiligheidsraad is – voor zover bekend – alleen Groot-Brittannië niet volop bezig met het moderniseren van het kernarsenaal. Geen wonder dus dat heel wat andere landen een atoomstatus zoeken om enig “respect” te verwerven. Begin mei 2005 vindt er een nieuwe Toetsingsconferentie van het Non Proliferatie Verdrag plaats in New York. Dat is een vijfjaarlijks controlemoment rond de atoombewapening en –ontwapening. De vijf officiële atoomwapenstaten (de vijf permanente leden van de veiligheidsraad) zetten alle aandacht op het niet verder verspreiden van de atoombom, over de eigen ontwapening spreken ze niet. India en Pakistan hebben in 1998 hun atoomwapens getest, ze zijn daardoor even op de zwarte lijst geraakt, maar intussen alweer beloond voor “hun strijd tegen het terrorisme”. Noord-Korea heeft volgens eigen zeggen een programma voor atoomwapens, en Israël heeft minstens 200 kernkoppen liggen en de raketten om ze enkele duizenden kilometers te transporteren. Iran wordt ervan verdacht dezelfde weg aan het bewandelen te zijn… De toestand is misschien niet hopeloos maar verkeert wel op alarmniveau.
De wereld heeft nood aan duidelijke atoomontwapeningsinitiatieven. In 2005 zal het ook 60 jaar geleden zijn dat er een kernbom viel boven Hiroshima en drie dagen later boven Nagasaki. Zouden onze bewindslui de durf en doorzetting kunnen vinden om hier eindelijk te doen waartoe het Internationaal Gerechtshof van Den Haag hen verplicht: onderhandelingen opstarten die leiden tot een algehele atoomontwapening?
(Uitpers, nr. 59, 6de jg., december 2004)