De vluchtelingen van 1948 verloren al hun bezittingen. Om hun terugkeer te beletten werden meer dan 400 Palestijnse dorpen van de kaart geveegd en de terugkeer van Palestijnen naar hun land onmogelijk gemaakt. Op andere plaatsen, zoals in Jaffa, werden de huizen meteen ingepalmd door nieuwe joodse inwijkelingen uit Europa. Een resolutie die de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties op 11 december 1948 bepaalde dat de vluchtelingen het recht hadden om terug te keren en gecompenseerd dienden te worden voor het verlies of de beschadiging van hun eigendommen. Israël weigerde daaraan gehoor te geven.
Velen van de ongeveer 7 miljoen nazaten van de oorspronkelijke vluchtelingen leven tot vandaag in kampen verspreid over de Gazastrook, de Westelijke Jordaanoever en in de buurlanden Libanon, Syrië en Jordanië. Alleen de vluchtelingen in dat laatste land beschikken over burgerrechten. 5,6 miljoen vluchtelingen staan geregistreerd bij de UNRWA (United Nations Relief and Works Agency for Palestine Refugees in the Near East) en kunnen gebruikmaken van de diensten van de VN-organisatie. Vooral de vluchtelingen in de Gazastrook, die al 13 jaar aan een Israëlische blokkade is onderworpen, zijn sterk afhankelijk van UNRWA voor onderwijs, gezondheidszorg en voedsel.
Tijdens de zesdaagse oorlog van 1967 (Naksa, ‘nederlaag), die leidde tot de Israëlische bezetting van de overgebleven Palestijnse gebieden, sloegen nog eens 400.000 Palestijnen op de vlucht. Vanaf het eerste jaar van de bezetting begon Israël met de bouw van nederzettingen. Vandaag wonen er meer dan 430.000 Israëlische kolonisten in 132 ‘officiële’ nederzettingen (door Israël opgericht en gefinancierd) en 124 ‘outposts’ (door kolonisten zelf en dus niet door Israël erkende en opgerichte nederzettingen) in de Westelijke Jordaanoever. Daarnaast wonen er ook nog eens 220.000 Israëli’s in Oost-Jeruzalem in 13 kolonies. Zowel in de Westelijke Jordaanoever als in Jeruzalem zijn Palestijnen tot vandaag het slachtoffer van onteigeningen en vernietiging van hun huizen en andere eigendommen. In 2019 vernietigde Israël 623 structuren en zijn 914 mensen verdreven in de Bezette Palestijnse Gebieden. Aan de Nakba kwam nooit een einde.