INTERNATIONALE POLITIEK

Myanmar: 3 jaar na de coup blijft er hoop

Image
De Myanmarese gemeenschap in Bangkok verzamelde zich voor het VN-hoofdkwartier voor de derde verjaardag van de staatsgreep. (Credit: Prachatai English).

De militaire junta van Myanmar heeft in zijn militaire operaties tegen een coalitie van de People Defence Force (PDF) en etnische gewapende groeperingen (EAOs) steeds vaker onwettige luchtaanvallen uitgevoerd waarbij burgers het slachtoffer waren, aldus Human Rights Watch (HRW) op 30 januari 2024, aan de vooravond van de herdenking van de staatsgreep van 2021.

Drie jaar sinds de staatsgreep van 1 februari 2021 komen de wijdverbreide en systematische misstanden van de junta tegen de bevolking – waaronder willekeurige arrestaties, martelingen, buitengerechtelijke executies en bombardementen met clusterbommen op burgers – neer op misdaden tegen de menselijkheid en oorlogsmisdaden. Vooral van deze in de Sagaing-regio en de staat Kachin zijn er gedetailleerde rapporten.

Regeringen die wapens of materieel aan de junta-troepen leveren of hulp bieden, lopen het risico medeplichtig te zijn aan oorlogsmisdaden, aldus HRW en Amnesty International. “De lidstaten van de Verenigde Naties moeten er bij de VN-Veiligheidsraad op aandringen een wapenembargo op te leggen aan Myanmar, inclusief sancties op vliegtuigbrandstof die onwettige luchtaanvallen op burgers mogelijk maken”, stelt Elaine Pearson, Azië-directeur van Human Rights Watch.

De mensenrechtensituatie in Myanmar verkeert volgens de VN nu in een “vrije val”.

Het VN-Vluchtelingenagentschap (UNHCR) stelt dat het aantal mensen dat door het conflict in Birma op de vlucht is geslagen nu de 2,6 miljoen overschrijdt. “De veldslagen tussen het leger en gewapende oppositiegroepen hebben geleid tot massale ontheemding en burgerslachtoffers. Terwijl het leger op het slagveld tegenslag na tegenslag te verduren krijgt, hebben ze golven van willekeurige luchtbombardementen en artillerieaanvallen gelanceerd,” aldus Volker Türk, Hoge Commissaris voor de Mensenrechten van de VN. “Militaire tactieken zijn consequent gericht op het bestraffen van burgers die volgens hen hun vijanden steunen”, voegt Türk er nog aan toe.

Volgens het Armed Conflict Location and Event Data Project (ACLED) zijn ten minste 48.862 mensen omgekomen als gevolg van de staatsgreep van 2021. De Assistance Association for Political Prisoners (AAPP) berekende dat 4477 mensen zijn vermoord door pro-militaire groeperingen. Van de 25.951 mensen die door het leger gearresteerd zijn, zitten er nog steeds 20.013 gevangen.

De internationale gemeenschap moet haar inspanningen verdubbelen om het leger ter verantwoording te roepen, stelde de VN-Mensenrechtenchef, herinnerend aan de voorlopige maatregelen die het Internationale Gerechtshof heeft opgelegd aan Myanmar om “alle maatregelen te nemen die binnen haar macht liggen” om de leden van de Rohingya-groep te beschermen tegen alle toekomstige daden die kunnen neerkomen op genocide, en om effectieve maatregelen te nemen om het behoud van bewijsmateriaal met betrekking tot de vermeende daden te garanderen.

“Deze crisis kan alleen worden opgelost door aan te dringen op de verantwoordelijkheid van het militaire leiderschap, de vrijlating van politieke gevangenen en het herstel van het burgerbestuur”, zei Türk. “Ik dring er bij alle lidstaten op aan passende maatregelen te nemen om deze crisis aan te pakken, inclusief te overwegen verdere gerichte sancties op te leggen aan het leger om hun vermogen om ernstige schendingen te begaan te beperken en het internationaal recht te negeren – door de toegang tot wapens, vliegtuigbrandstof en buitenlandse valuta te beperken”.

“Ik prijs de moed en de veerkracht van het maatschappelijk middenveld en de democratische beweging van Myanmar, die alle etnische gemeenschappen vertegenwoordigen, en dring aan op hun deelname aan elk politiek proces om de democratie en het respect voor de mensenrechten in Myanmar te herstellen.”

Operatie 1027

De situatie is verergerd sinds de lancering op 27 oktober 2023 van Operatie 1027 door de zgn. Three Brotherhood Alliance om “een einde te maken aan de militaire dictatuur”. Op die dag begon de anti-junta-coalitie van het Arakan-leger (of AA, een voornamelijk Rakhine-groep), het Myanmar National Democratic Alliance Army (of MNDAA, een overwegend Kokang-groep, een Han-Chinese minderheid) en het Ta’ang National Liberation Army (of TNLA, een voornamelijk Ta’ang-groep) een offensief waarbij steden werden ingenomen, belangrijke handelsroutes over land naar China werden afgesneden en tientallen militaire buitenposten in het noorden van Shan onder de voet werden gelopen. Bij deze aanvallen waren duizenden ervaren, goed bewapende vrijheidsstrijders betrokken die meerdere locaties tegelijk aanvielen. Ze vertegenwoordigen sinds de staatsgreep van februari 2021 de grootste uitdaging op het slagveld voor het junta-leger, de Tatmadaw.

In het besef dat het regime zich misschien wel op zijn zwakste punt tot nu toe bevindt, zijn verschillende andere gewapende groepen in andere delen van het land in het offensief gegaan.

Verschillende verzetskrachten namen voor het eerst deel aan aanvallen dicht bij de op een na grootste stad van het land, Mandalay. Versterkingen die de Tatmadaw naar Shan staat wilde sturen werden in een hinderlaag gelokt. Op 13 november lanceerde de AA vervolgens een nieuw offensief in de deelstaat Rakhine, in het westen, waarmee het informele staakt-het-vuren dat al een jaar van kracht was, werd verbroken.

De operatie is snel verlopen, waarbij de troepen van het regime tientallen militaire buitenposten en bases hebben moeten verlaten of overgeven. De junta reageerde traag op de aanvankelijke verliezen. Hoewel het leger onmiddellijk luchtaanvallen en langeafstandsartilleriebeschietingen lanceerde, zijn deze tot nu toe niet effectief geweest in het tegengaan van Operatie 1027. Ze hebben echter volgens de VN burgerslachtoffers veroorzaakt en de ontheemding van ongeveer 60.000 mensen in Shan staat en 200.000 mensen in het hele land tot gevolg.

Het offensief leidde ook tot aanvallen van de oppositie op veiligheidstroepen elders in het land. Zo begon begin november een van de grootste etnische gewapende groepen van het land, de Kachin Independence Organization (KIO), een aanval op de noordwestelijke stad Kawlin in de regio Sagaing. De stad, een belangrijk administratief centrum, viel na enkele dagen van gevechten. Op 7 november startten verzetskrachten in de staat Kayah wat zij Operatie 1107 noemden, waarbij eerst de militaire basis van de Tatmadaw in het zuiden van de staat werd aangevallen en vervolgens, op 11 november, de hoofdstad Loikaw. Ze beweren een vliegtuig van de luchtmacht te hebben neergeschoten. Het regime zegt evenwel dat een mechanische storing de crash heeft veroorzaakt.

De junta reageerde op de aanvallen met militaire operaties die het oorlogsrecht schenden omdat het leger routinematig burgers aanvalt en instellingen beschermd onder het internationaal humanitair recht, zoals medische voorzieningen, kerken en scholen. “Willekeurige beschietingen en luchtaanvallen onderstrepen het gebrek aan maatregelen om burgers op de grond te beschermen, inclusief de verstoring van de basiscommunicatie die zou kunnen helpen om burgers te waarschuwen voordat de gevechten beginnen, zodat burgers uit de gevarenzone kunnen blijven.”

Communicatie- en internetdiensten in zo’n 74 townships, waaronder de meeste van de 17 townships in de staat Rakhine, werden gedeeltelijk, periodiek of volledig gesloten.

Deze staat is bijzonder zwaar getroffen sinds de gevechten er in november opnieuw zijn begonnen. Veel gemeenschappen, vooral de Rohingya, leden al onder de gevolgen van de cycloon Mocha en de maandenlange beperking van de humanitaire toegang en hulpverlening door het leger. Er komen nu regelmatig berichten binnen over Rohingya doden en gewonden tijdens beschietingen op Rohingya-dorpen door het leger. Zo zijn op vrijdag 26 januari bij gevechten tussen het Arakan-leger en de Tatmadaw naar verluidt ten minste twaalf Rohingya-burgers om het leven gekomen en dertig anderen gewond geraakt in het dorp Hpon Nyo Leik, waar de inwoners gevangen zitten tussen de twee strijdende partijen.

Op dezelfde manier riskeren Rohingya-vluchtelingen, gevangen in erbarmelijke humanitaire omstandigheden in kampen in Bangladesh en zonder veilig vooruitzicht op terugkeer, opnieuw het risico van wanhopige en gevaarlijke reizen over zee, waarbij ze in de regio weinig havens of gemeenschappen vinden die bereid zijn hen te accepteren of te verwelkomen. Zelfs moslim-geloofsgenoten in Indonesie willen de boten weghouden.

Sancties moeten effectiever

Canada, de Europese Unie, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten hebben sinds de staatsgreep sancties opgelegd en uitgebreid, maar de sancties op vliegtuigbrandstof blijven inconsistent. In 2023 hebben de EU, het VK en de VS enkele bijkomende sancties ingevoerd die gericht waren tegen particuliere actoren die brandstof, wapens en geld aan Myanmar leverden. Vijf Britse bedrijven bieden echter nog steeds verzekeringsdekking voor de levering van vliegtuigbrandstof aan Myanmar. Canada is het enige land dat uitgebreide sancties heeft opgelegd aan de export, verkoop, levering of verzending van vliegtuigbrandstof naar Myanmar.

Op basis van een analyse van satelliet-, handels- en douanegegevens uit 2023 concludeerde Amnesty International dat er ‘significante veranderingen’ hebben plaatsgevonden in de manier waarop vliegtuigbrandstof Myanmar binnenkomt. Het leger was betrokken bij meerdere aankopen en gebruikte tussenpersonen en opslageenheden, ook in Vietnam, om de herkomst en bestemming van de brandstof onduidelijk te maken, stelde het rapport vast. “De beste manier om te voorkomen dat het leger van Myanmar dodelijke luchtaanvallen uitvoert, is door alle import van vliegtuigbrandstof in het land stop te zetten”, meent Montse Ferrer, plaatsvervangend regionaal directeur voor onderzoek bij Amnesty International.

Op 31 januari kondigde het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken meer sancties aan gericht op inkomstenbronnen die de militaire activiteiten van het regime ondersteunen en steun leveren voor de wapenproductie in Myanmar. De sancties betreffen de Shwe Byain Phyu Group of Companies, de eigenaar Thein Win Zaw, en zijn vrouw en twee volwassen kinderen. Er werden ook sancties aangekondigd tegen Myanma Five Star Line, een rederij. Deze twee entiteiten zouden een relatie onderhouden met Myanma Economic Holdings Public Co. Ltd., oftewel MEHL, dat wordt gecontroleerd door de Tatmadaw. De Tatmadaw is lange tijd afhankelijk geweest van MEHL-inkomsten om haar eigen activiteiten te financieren. Het VS-ministerie van Financiën zei dat deze twee entiteiten door hun banden met MEHL de verwerving van vreemde valuta en de import van vliegtuigbrandstof en andere materialen door het militaire regime hebben gefaciliteerd.

Volgens Human Rights Watch (HRW) blijven de regeringen in de regio, — met name Thailand, Brunei, Laos, Singapore en Vietnam–, onduidelijke standpunten innemen over de aanhoudende mensenrechtenschendingen. Sinds de staatsgreep is dat ook het geval voor de positie van de Associatie van Zuidoost-Aziatische Naties (ASEAN).

De Europese Unie, waarvan de ministers van Buitenlandse Zaken op 2 februari in Brussel een ontmoeting hadden met de ministers van Buitenlandse Zaken van de ASEAN, kwam na de vergadering tot een weinig-zeggend ‘joint-statement‘. “De aanhoudende gewelddaden (werden) krachtig veroordeeld en er (werd) bij alle betrokken partijen op aangedrongen concrete actie te ondernemen om het geweld onmiddellijk te stoppen. We riepen alle partijen op om een gunstig klimaat te creëren voor de effectieve levering van humanitaire hulp en een inclusieve nationale dialoog”. Maar ze blijven ook “aandringen op de implementatie van de vijfpuntenconsensus van de ASEAN in zijn geheel, in lijn met het besluit van de ASEAN-leiders genomen op de 42e ASEAN-top”. Volgens de meeste kritische waarnemers is de vijfpuntenconcensus, die de Myanmar junta nooit aanvaard heeft, dode letter. De EU is blijkbaar blij met een dooie mus.

Volgens HRW moet de VN-Veiligheidsraad op zinvolle wijze gevolg geven aan zijn resolutie van december 2022 over Myanmar door een wapenembargo op te leggen, inclusief vliegtuigbrandstof, en de situatie in het land voor te leggen aan het Internationaal Strafhof. Rusland en China, die zich beiden onthielden van de resolutie van 2022, mogen sterkere maatregelen van de Raad niet blokkeren, argumenteert HRW.

Rusland en China zijn sinds de staatsgreep van 2021 evenwel wapens blijven verkopen aan de junta van Myanmar, aldus de speciale VN-rapporteur voor de mensenrechtensituatie in Myanmar.

“De bevolking van Myanmar lijdt al jaren onder een junta die geen respect voor hen toont”, stelde Elaine Pearson, de Asia directeur bij Human Rights Watch. “Er is nog steeds een krachtiger internationaal antwoord nodig om aan te dringen op een einde aan de misbruiken door het leger.”

Juntaleider Min Aung Hlaing komt ook intern onder vuur

De situatie is voor het junta-regime snel veranderd van een zorgwekkend probleem in een deel van het land tot een dreiging op meerdere fronten. Alleen al de aanvallen van de Three Brotherhood Alliance in het noorden van Shan waren een grote klap voor het leger. Sommige eenheden hebben veel wapens verloren aan hun tegenstanders; sommige Tatmadaw soldaten en zelfs enkele generaals hebben zich overgegeven of hebben het verzet vervoegd.

De nieuwe situatie heeft voor gemor gezorgd ook binnen de pro-junta gelederen. Uit militaire kringen klonken al maandenlang ontevredenheid over het bewind van de 67-jarige Min Aung Hlaing, maar de afgelopen weken gingen er openlijke oproepen voor het aftreden van de juntachef. Online reageren pro-militaire journalisten en bloggers direct: “Hij moet aftreden als opperbevelhebber”, zegt Ko Maung Maung, een pro-militaire YouTuber, in een bericht.

Half januari verklaarde ook de invloedrijke pro-militaire monnik Pauk Kotaw dat de juntachef moest aftreden. Het publiek juichte instemmend, blijkt uit video’s van het evenement die op sociale media zijn geplaatst.

Ook Moe Hein, die het pro-junta-nieuwsplatform Thuriya Nay Wun leidt en vaak op de staatstelevisie verschijnt, uitte twijfels over het hogere leiderschap van het leger na de val van de stad Laukkai begin januari.

Dergelijke publieke uitingen tegen de machtige chef van de strijdkrachten zouden een paar maanden geleden ondenkbaar zijn geweest. Maar ook nu is het onduidelijk of en hoe Min Aung Hlaing af kan worden gezet en wie hem kan vervangen.

Het leger heeft ook problemen met het inzetten van zijn mobiele aanvalsdivisies vanwege de hinderlagen van de oppositie op de hoofdwegen en de vernietiging van verschillende belangrijke bruggen.

Het regime heeft de staat van beleg opnieuw met zes maanden verlengd maar dat verandert weinig aan concrete situaties. Veel zal afhangen van de vraag of het leger in delen van het land het initiatief kan herwinnen of zijn tegenstanders kan afschrikken met straffende luchtaanvallen. Maar ook daar moet het strategischer optreden met het inzetten van luchtbombardementen, mede gezien de slinkende capaciteit op dat gebied.

Het is niet duidelijk of het leger effectief op deze uitdagingen kan reageren met een tegenoffensief.

De verliezen van het leger zijn voor iedereen zichtbaar en moedigen andere oppositiegroepen aan om dit moment van zwakte aan te grijpen.

Dergelijke aanvallen zijn al op verschillende plaatsen gebeurd. Volgens het mediacollectief Myanmar Peace Monitor heeft de junta tot nu toe de controle over ten minste 35 steden verloren. De snel evoluerende situatie en de mogelijkheid dat er op andere fronten gevechten uitbreken, maken de ontwikkelingen moeilijk te voorspellen.. Hoe de situatie zich ontwikkelt met de AA in de deelstaat Rakhine zal van groot belang zijn, aangezien grootschalige gevechten daar zouden betekenen dat het leger elders nog dunner kan worden ingezet.

Sprekend vanaf een geheime locatie in Myanmar verklaarde waarnemend president van de Regering van Nationale Eenheid (NUG), Duwa Lashi La, dat de strijdkrachten tegen de staatsgreep “verbluffende winsten” hebben geboekt.

In een verklaring die op 31 januari werd uitgegeven zei de NUG samen met drie daarmee verbonden verzetsgroepen (de Karen National Union, Chin National Front en Karenni National Progressive Party), dat ze open stonden voor onderhandelingen met het leger als het aan zes voorwaarden voldeed. Deze omvatten het inzetten van de strijdkrachten onder de controle van een burgerregering en het beëindigen van militaire betrokkenheid bij de politiek. De NUG en andere groepen streven naar de oprichting van een federale democratische unie, aldus de verklaring.

Er was geen onmiddellijke reactie van de junta op de NUG-verklaring.

Duwa Lashi La riep andere regeringen op om de NUG officieel te erkennen. Elke poging tot onderhandelingen met het leger moet met voorzichtigheid worden behandeld, stelde hij. “Het leger hoort niet thuis in onze politiek”, zei Duwa Lashi La. “Het moet permanent ondergeschikt worden gemaakt aan een burgerregering. Dit is waar de dictatuur eindigt.”

Duwa Lashi La voegde eraan toe dat het leger te maken krijgt met een groeiende desertie, wat een “diepe vernedering voor de junta” betekent.

Wat is China van plan?

China heeft altijd gepoogd om zowel met de junta als met de etnische gewapende groepen die opereren langs de grens van de Shan-staat goede betrekkingen te onderhouden. Deze laatste gaan terug tot de periode van de Culturele Revolutie van de jaren zestig en zeventig, toen de meeste van de EAOs deel uitmaakten van de communistische opstand. Peking is sindsdien nauwe banden met deze groepen blijven onderhouden, waardoor ze hun enclaves konden integreren in de snelgroeiende Chinese economie, en hen direct en indirect konden bewapenen om het leger van Myanmar ervan te weerhouden deze gebieden aan te vallen.

Dit maakt deel uit van de ‘grensbeheer’-aanpak die China al lang hanteert in zijn betrekkingen met Myanmar om de stabiliteit langs zijn grens te handhaven. China is bijvoorbeeld altijd gevoelig geweest voor mogelijke vluchtelingenstromen of oorlog die zijn grondgebied binnendringt.

Hoewel Peking publiekelijk heeft opgeroepen tot stopzetting van de gevechten, is de reactie beperkt gebleven en lijkt het voor het grootste deel af te wachten hoe de gebeurtenissen zullen verlopen.

Deze aanpak komt deels voort uit de hoop dat de Three Brotherhood Alliance beloofd heeft te helpen bij de ontmanteling van de online oplichtingscentra en illegale casino’s in de Kokang-zone die gerund worden door criminele organisaties voor internetfraude en prostitutie. Vooral de hoofdstad Laukkaing is een knooppunt voor ongereguleerd gokken en andere illegale industrieën. Duizenden Chinese staatsburgers, maar ook Thai en Vietnamezen, worden in deze misdaadsyndicaten tegen hun wil vastgehouden en worden gedwongen tot oplichting, aanvankelijk vooral gericht op Chinese staatsburgers. Nu dergelijke illegale operaties zich de afgelopen jaren in heel Zuidoost-Azië hebben verspreid, is het terugdringen van deze activiteiten een belangrijke prioriteit voor Peking geworden. Het heeft zijn invloed op groepen als het United Wa State Army gebruikt om de zwendeloperaties in gebieden onder hun controle te beëindigen. Maar het grootste probleem situeert zich in Kokang, dat wordt gecontroleerd door een grenswacht die verbonden was met het leger van Myanmar. Gezien de frustratie dat het Myanmarese regime en de grenswacht van Kokang weinig deden om de illegale activiteiten van deze centra te beteugelen, zal Peking blij zijn geweest om te zien dat de grenswacht werd belegerd en dat oplichters het gebied ontvluchtten. Bovendien zou China, gezien zijn langdurige relatie met de Han-Chinezen van de MNDAA en de aanzienlijke invloed die het op de groep uitoefent, voordelen kunnen zien in het succes van de huidige acties.

Wat nu?

Een waarschijnlijk scenario op dit moment is dat het leger van Myanmar voor het eerst in tientallen jaren op meerdere plaatsen tegelijk zal moeten vechten tegen talloze, vastberaden en goed bewapende tegenstanders. Maar hoewel deze uitdaging enorm zal zijn, kan van de Tatmadaw worden verwacht dat het enige veerkracht zal tonen.

Terwijl de NUG uiteraard opgetogen is over de behaalde militaire successen, zijn er anderen, zoals de Crisis Group of de naar Singapore uitgeweken Frontier Myanmar, die eerder tot voorzichtigheid aanmanen. De oppositie heeft immers slechts een beperkte tijd voordat de gevechten in veel delen van het land tot stilstand komen wanneer rond juni de moessonregens arriveren.

Volgens hen is een militaire ineenstorting of capitulatie van het regime ver weg. De Tatmadaw is een goed opgeleide en goed uitgeruste strijdmacht die sinds de Tweede Wereldoorlog voortdurend verschillende opstanden heeft bestreden, soms tegen nog ergere verwachtingen. Zijn uithoudingsvermogen mag niet worden onderschat. Maar de gebeurtenissen hebben zowel de positie van Min Aung Hlaing als die van de Tatmadaw geschaad.

Daarnaast heeft de economie van Myanmar, die al verzwakt is na tientallen jaren van militair gedomineerd bewind, zware klappen te verduren gekregen, waarbij de buitenlandse investeringen opdrogen sinds de staatsgreep en de westerse sancties. Stroomstoringen, frequente aanbodschokken van belangrijke grondstoffen, waaronder brandstof, en torenhoge prijzen treffen gewone gezinnen, waardoor de steun voor de junta verder wordt uitgehold.

Waarschijnlijk is dat het regime zijn brutale inspanningen zal verdubbelen om de overhand te behouden op het slagveld, inclusief tactieken van de verschroeide aarde en nog meer willekeurige bombardementen en beschietingen. Het resultaat zou kunnen zijn dat het land in een nieuw, nog gewelddadiger evenwicht terechtkomt, waarbij burgers onvermijdelijk een hoge prijs zullen betalen.

Maar Frontier Myanmar blijft hoopvol: “Dit nachtmerrie-scenario kan worden vermeden, zolang de juiste keuzes worden gemaakt en een open geest de boventoon voert. Er is van alles om voor te spelen, maar de tijd is misschien niet aan de kant van Myanmar”.

Relevant

Verplicht gelukkig

Dagelijks leven in een communistische heilstaat Garrie van Pinxteren studeerde Chinees, kwam in 1982 aan in China, werd er in 2001 correspondente voor de NRC en de NOS en…

Baart de ‘Top van de Toekomst’ een muis?

Op 22 en 23 september zal in New York een ‘Top van de Toekomst’ van de Verenigde Naties (VN) gehouden worden. Het gaat om een initiatief van VN-Secretaris-Generaal Antonio…

Geruisloos naar een nucleair Armageddon?

Terwijl het nucleair ontwapeningsregime op apegapen ligt, werken kernwapenmachten in sneltempo aan de modernisering en sinds kort ook aan de uitbreiding van hun nucleaire arsenalen. In een context van…

Laatste bijdrages

Bayrou, dan toch

Het zou geen verrassing mogen zijn, en toch: François Bayrou heeft eindelijk een van zijn twee dromen gerealiseerd, hij is premier van Frankrijk. De andere droom: president. Maar voorlopig…

SYRIË: EEN MIDDELEEUWS OPBOD

De weg naar Damascus is lang. De apostel Paulus werd er van zijn paard gegooid. De kruisvaarders moesten eerst de oninneembaar  geachte stad Antiochië (vandaag Turks Antakya) belegeren –…

Komt er stabiliteit in Syrië na het verdwijnen van Assad?

Het regime van Bashar al-Assad is gevallen, maar daarmee is er nog geen eind gekomen aan de gevechten. Het land is nu opgedeeld in twee stukken. Met het vertrek…

Grenskolonialisme

You May Also Like

×