Het is al een anachronisme dat het leger het nog steeds noodzakelijk vindt om natuurgebieden te gebruiken voor schiet- en andere oefeningen, terwijl bezoekers van natuurdomeinen de striktste regels in acht moeten nemen om brandgevaar en vernietiging van fauna en flora te voorkomen.
Tijdens de schietoefeningen – waarbij naar verluidt geregeld brandjes uitbreken – op het groot schietveld in Brecht, bleek daarenboven ook nog eens een ongelofelijke nonchalance en schuldig verzuim. Blijkbaar was er zelfs niemand meer die voor brandpreventie is opgeleid (de laatste twee gingen met ‘pensioen’). Bovendien houdt men dan dergelijke oefeningen terwijl de enige brandweerwagen in herstelling was.
Nu ga je de komende dagen militaristen en co horen klagen dat dit komt omdat er te weinig geld gaat naar ‘defensie’. Dan wil ik er graag aan herinneren dat de vorige regering 9,4 miljard investeringen in militair materieel heeft goedgekeurd, niet in ‘defensie’ (letterlijk ‘verdediging’), wel hoofdzakelijk in aanvalscapaciteit en bijhorende kernwapenverplichtingen o.m. in NAVO-verband. Kort: we kopen peperdure F35-gevechtsvliegtuigen en ander materieel waarmee destabiliserende interventies worden uitgevoerd waaruit vluchtelingen voortkomen en waarna extremistische organisaties kunnen rekruteren op de sociale grieven die eruit vloeien. Nu komt daar ook nog eens de hele voorbereiding van een nieuwe koude oorlog bovenop. Ziedaar waar het belastinggeld naartoe gaat.
De bescherming van het milieu ligt nog steeds in de onderste lade van het militair industrieel complex. De CO2-uitstoot van de grootschalige manoeuvres zoals de nieuwe Defender 2021 bv is niet meteen iets dat in rekening wordt gebracht. Het VS-leger stoot evenveel CO2 uit als Zweden. Eén vlieguur van een F35 kost 30.000 euro. Een deel komt van de kosten voor 5.600 liter kerosine die op een uurtje wordt verbruikt (reken de CO2-uitstoot maar eens uit die 60% hoger ligt dan voor de huidige F16). Of nog: met een aantal vlieguren heb je een brandweerwagen.