Ng Sauw Tjhoi, Marc Vandepitte. ‘Made in China’. EPO, Berchem (co-editie met VRT Radio 1), 2006, 296 blz., ISBN 97-8906445-407-3, 20 euro.
Ng Sauw Tjhoi en Marc Vandepitte laten zevenendertig Chinezen uitleggen hoe zij de situatie in hun land zien. Chinezen zelf aan het woord, voor één keer geen Chinawatchers, geen beste stuurlui aan wal. Het concept is een primeur voor Vlaanderen en ver daarbuiten, en dat alleen is al een goede reden om dit boek te lezen.
Van bediende tot vice-burgemeester in Shenzhen, van jonge kunstenares tot ambassadrice, van boer tot decaan van de partijschool, van migrant-papierraper tot bedrijfsleider, de lezer krijgt een stem uit alle geledingen van de Chinese maatschappij. De geïnterviewden spreken vrijuit en schetsen een gevarieerd beeld van het dagelijkse leven, van de dingen die de Chinezen belangrijk vinden. Het is een boek zonder slogantaal, stereotiepe dissidenten of grote theorieën.
Wat viel me het meest op?
De Chinezen in het boek zijn mensen met gevoelens en verwachtingen net zoals wij, het zijn helemaal geen marionetten in een blauw pakje die dag en nacht werken voor een appel en een ei. De onzekerheid die in veel gesprekken door het optimisme prikt: ja, het is nu materieel veel beter, maar we hebben morele waarden en sociale zekerheid verloren. De aanwezigheid van de Chinese Communistische Partij in alle geledingen van de maatschappij, ook waar je die het minst verwacht; kritische figuren zoals de freelance gids Wang Qiang of de bediende Vivianne Zheng zijn lid van de partij of van plan het te worden, net zoals bedrijfsleider Cheng Denghua. Functionarissen die een verstaanbare en concrete taal praten. De verrassend constructieve samenwerking van Greenpeace met de Chinese regering. De hiv-patiënt die openlijk naar buiten komt met zijn verhaal en de reactie van de Chinese fotograaf die twijfelt of hij de patiënt wel de hand mag schudden; de visie van Chinese journalisten op de censuur. De helft van de sprekers die verklaren ‘Ik ben niet geïnteresseerd in politiek, maar steun de regering want ze doet het goed’. De dertigjarige Chinese uit Sjanghai die een tijdje in België verbleef en het leven bij ons saai vindt, want ‘er is geen enkele winkel open ’s avonds’. De jonge bediende die verontwaardigd is omdat China pas in 1985 de vijfdagenweek invoerde. Denkt ze dat de ontwikkelde wereld die al honderd jaar heeft? Het interview met de Chinese ambassadrice in Brussels, die veel meer weet te vertellen dan diplomatieke PR. En tot slot het verhaal van de auteur, Ng Sauw Tjhoi, op zoek naar zijn Chinese roots, door zijn ‘ooms’ verwelkomd als potentieel buitenlands investeerder.
De auteurs hebben hun best gedaan om ook figuren met naam in het boek te krijgen: de directrice van Lenovo, de Chinese PC-reus die een deel van IBM opkocht; de internationaal bekende kritische filmmaker Jia Zhangke, de vice-burgemeester van de miljoenenstad Shenzhen. Kunstenaars, de minst conformistische groep in de maatschappij, zijn goed vertegenwoordigd: een jonge kunstenares, twee galeriehouders, een schrijfster van pikante meidenromans. De boeren komen er nogal karig uit met twee interviews en jammer genoeg is er geen werkloze arbeider bij. Maar de auteurs stellen terecht dat volledigheid onmogelijk is in één ‘boekske’ en dat geldt zeker voor het Chinese platteland.
Na zevenendertig Chinezen komen acht buitenlanders aan het woord. Opnieuw is gekozen voor ervaringen uit de eerste hand. Alle betrokkenen werken al tien, twintig jaar of langer met of in China, het zijn bij wijze van spreken halve Chinezen. Ze weten waarover ze praten: captains of industry zoals Bert Degraeve, Baron Buysse van Bekaert, Ajt Shetty van Janssens Pharmaceutica, pioniers van de economische samenwerking zoals Chris Morel (ex-Bell / Alcatel) en Gilbert Van Kerckhove (ex-Acec, nu adviseur voor de Olympische spelen). Elk vanuit hun eigen ervaring vertellen ze hoe goed China het tegenwoordig doet, welke mogelijkheden de snelle ontwikkeling van China wel biedt voor de wereldeconomie, inclusief voor ons eigen kleine landje, hoezeer de criticasters en de negatief ingestelde Vlaamse media ongelijk hebben. Als progressief blijf je wat verward achter: vooraanstaande kapitalisten die een socialistisch land bewieroken? Hoelang valt dat nog te rijmen? Intrigerend.
De noodzakelijke achtergrondinformatie is heel leesbaar in de gesprekken verweven. Elk gesprek sluit af met een doordenker zoals: ‘In 2003 was China goed voor 12% van de totale wereldproductie. In 2025 kan dat oplopen tot 25%. In 1820 was dat nog 33%.’
De auteurs zelf komen met hun eigen visie kort aan bod in het nawoord. Gemakkelijk is de verklarende woordenlijst aan het eind: je vindt er probleemloos de belangrijke historische gebeurtenissen en namen uit het boek in terug.
Voor wie de zaak wat wetenschappelijker wil bekijken is er een uitvoerige lijst met referenties en een eigen website www.madeinchina.book, ook al als bewijs dat dit heel vlot lezend boek wel degelijk stevig met onderzoek onderbouwd is.
(Uitpers, nr. 82, 8ste jg., januari 2007)
U kunt dit boek via de link hieronder rechtstreeks bestellen bij:
en wie via Uitpers bestelt, helpt Uitpers!
De link:
http://www.groenewaterman.be/anne/index.dll?webpage=index.htm&inpartcode=433098&refsource=uitp