Maandag 13 januari 2020. Het leek wel een schimmenspel. Onder druk van de achterban had de Franse vakbond CFDT zich ook achter het protest tegen het pensioenplan van president Macron en diens regering Philippe. Maar CFDT-leider Laurent Berger zocht van in het begin hoe hij de president kon helpen. Hij had niets tegen het plan, alleen tegen ‘l’age pivot’, de spilleeftijd, op 64, en hij wou wijzigingen inzake de ‘pénibilité’, de zware kanten van een beroep. Na wat tegenstribbelen geeft premier Edouard Philippe toe, de eesentie van het plan blijft behouden, het syndicaal front is gebroken.
De premier deed zijn ’toegevingen’ – in feite vage en onbeduidende toezeggingen – op de zoveelse actiedag van al: zes weken stakingen en betogingen. Van in het begin mikten Macron en Philippe op de meegaande CFDT om de stakingen te laten ukitdoven en de syndicale beweging in Frankriljk een gnenadeslag thoe te b rengen naar het model van Margaret Thatcher 35 jaar eerder.
Opnieuw hebben honderdduizenden Fransen vorige donderdag betoogd tegen de hervorming van het pensioenstelsel dat president Emmanuel Macron koste wat kost snel wil doorvoeren. Hij vreest dat mislukken, of zelfs maar toegeven, zijn kansen op herverkiezing in 2022 danig doen slinken. Maar doorzetten doet dat ook. Toch ziet Macron zich in de rol van wijlen de Britse premier Margaret Thatcher die de vakbonden zware klappen toebracht en zo haar neoliberaal beleid kon opdringen.
Berger
Dat de hervorming op zo een grote weerstand stuit – dit is de zesde week van stakingen in diverse sectoren – zorgt voor grote onrust binnen Macrons partij, La République en Marche (LRM).
“Geef dan toch tenminste toe aan Laurent Berger”, dringen parlementsleden van LRM aan. Berger is de grote baas van de vakbond CFDT, de grootste van de acht nationale vakbonden en tevens de meest meegaande. De CFDT is populair bij de Macronie.
Berger zou graag een uitweg bieden aan de regering, ze hoeft maar op twee punten toe te geven: geen “age pivot” (een leeftijdsspil) van 64 jaar – daarvóór zou een vroeg gepensioneerde gevoelig verlies lijden. En toegevingen inzake de “penibilité” (zwaar karakter) van sommige beroepen. Voor de rest is de CFDT zoals Macron voor een universeel stelsel met een puntensysteem.
Maar premier Edouard Philippe heeft daar geen oor naar. Hij heeft tot taak de rechtse kiezers massaal voor Macron te winnen, en die rechtse kiezers appreciëren een strakke houding tegen stakers. Macron en Philippe rekenden erop dat de staking na zes weken wel zal doodbloeden. Zoals ook de beweging van de gilets jaunes (gele hesjes) in het voorjaar van 2019 uitdoofde.
Vakbondszwakten
Elysée (Macron) en Matignon (Philippe) rekenen op de grote zwakte van de vakbeweging in Frankrijk. De atomisering van het werk, de vele nederlagen van de vakbeweging – sinds 2007 zijn er alleen maar nederlagen, de zwakke syndicalisatiegraad (11%) en bovenop de grote verdeeldheid van de vakbeweging in acht nationale federaties verzwakken de syndicale slagkracht.
De CGT (vroeger sterk gebonden aan de communistische PCF), Force Ouvrière (FO), Solidaires (met SUD) en FSU (vooral de onderwijswereld) vormen front tegen het pensioenplan. De CFDT, de christelijke CFTC, UNSA (‘autonome bonden’) en in mindere mate de kaderbond CFE-CGC zouden maar al te graag een compromis sluiten waarbij de kern van het pensioenplan niet wordt aangetast.
Maar alle bonden staan deze keer onder grote druk van onderuit, vooral bij het openbaar vervoer, in de ziekenhuizen en het onderwijs, zijn er basisgroepen die zelf de acties bepalen en organiseren. Dat maakt het ook voor bonden als de CFDT lastiger om akkoorden te sluiten waar zij niet achter staan.
Meerderheid?
De vakbonden voelen zich gesterkt door de steun van een meerderheid van Fransen voor hun actie tegen een pensioenplan dat onrechtvaardig wordt gevonden. En dat ondanks het ongemak dat sommige stakingen veroorzaken. Want de regering en de rest van rechts hamert daar natuurlijk graag op en heeft het over “het publiek dat wordt gegijzeld”.
Vorige week trok de regering zich op aan een enquête die het bureau Ifop op 2 en 3 januari deed bij “een representatieve groep van 1005 Fransen”. Volgens die peiling vond 45 % van de Fransen dat de regering haar pensioenplan moet doorzetten, 55 % vindt dat niet.
Op diezelfde data deed een ander bureau, Odoxa, eveneens een peiling onder evenveel Fransen die representatief werden geacht. Dat gaf een ander resultaat: slechts 24 % vond dat de regering haar plan ongewijzigd moet doorvoeren. Drie kwart van de ondervraagden vond daarentegen dat ze er niet koppig mag aan vasthouden: 29 % wil de volledige terugtrekking, 46 % willen dat het serieus gewijzigd wordt. Bij Odoxa oordeelde 61 % de acties van stakingen en betogingen volkomen verantwoord, Ifop hield het op 44 %.
De rijken
Voor Macron had die pensioenhervorming het Koninginnestuk van zijn nieuwe Republiek moeten zijn. Maar zoals bij de gilets jaunes, blijkt nu ook weer hoe groot het wantrouwen van de meeste Fransen is tegenover een president die maar niet afgeraakt van zijn (verdiend) imago ‘president van de rijken’.
Het Erelegioen voor Jean-François Cirelli, de baas van BlackRock France, is daar voor velen het zoveelste bewijs van: BlackRock, beheerder van enorme fondsen, heeft alle belang bij de pensioenhervorming. Want daardoor zal er meer en meer overgestapt worden naar privépensioen instellingen, en daar ligt BlackRock op de loer.
Voorlopers
Macron hoopt nu dat de vakbonden door uitputting hun zoveelste nederlaag zullen lijden zodat ze voor zeer lange tijd uitgeteld zijn. Een zege zoals de Britse premier Margaret Thatcher ze in 1985 behaalde na de mislukking, door uitputting, van de mijnwerkersstaking. En zoals VS-president Ronald Reagan al eerder, 1981, de staking van de luchtverkeersleiders neersloeg.
Dat maakte de triomf van het neoliberalisme makkelijker, sterke vakbonden zijn daar een hinderpaal voor. Een neoliberalisme dat weinig liberaal heeft, het gaat gepaard met een steeds autoritairder bewind om de ongelijkheid met zijn gewapende arm te verdedigen. Zoals Macron al heeft gedaan met de erg zware repressie tegen de gilets jaunes en tegen enkele vakbondsacties. Macron op weg naar een ‘illiberale democratie’.