President Emmanuel Macron mag de trappen van het Elysée kussen, hij is aan een cohabitatie met de uiterst-rechtse Jordan Bardella als premier ontsnapt. Of had hij zich daar al op ingesteld, veeleer dat dan met dat andere “extreem” (zoals links is bestempeld) te moeten overleggen? Hij had er op 9 juni met de ontbinding van de Assemblée alleszins niet op gerekend dat links daar als sterkste zou uit komen. Integendeel, hij had gemikt op de uitschakeling er van, op een confrontatie tussen zijn kamp en uiterst-rechts. Dat was zonder de kiezers gerekend.
Een foute gok. Maar de Macronie mag nog blij zijn, het is voor “Ensemble” – dat ensemble van Macrons Renaissance met de rechtse Modem en Horizons – al bij al nog meegevallen. Met 162 zetels halen ze een pak meer dan voorspeld. Het is wel een zeer heterogeen gezelschap dat daar samen zit.
Tevreden met een onverwacht tweede plaats, vindt dat gezelschap het wel erg de eerste plaats te moeten laten aan het linkse “Nouveau Front populaire” (NFP). De ganse campagne hebben de kopstukken van ‘Ensemble’ links aangevallen als “extreem”, op dezelfde voet als extreem-rechts.
In feite vindt de Macronie links al langer de grootste vijand. Het volstaat te kijken naar de taal en vooral de praktijk van de voorbije twee jaar, om te beseffen hoe dicht de Macronie naar rechts was opgeschoven – “décivilisation”, “ensauvagement”, de immigratiewet van eind vorig jaar, de anti-werklozenwet die premier Attal op de valreep, 1 juli, ineens introk.
Linkse relaties
Links, het NFP, heeft natuurlijk reden tot globale vreugde. Om die eerste plaats maar vooral omdat de republikeinse reflex bij de Franse kiezers sterker bleek dat bij veel van hun politici. Links vindt dat Macron een linkse premier moet aanduiden. Links heeft wel een derde van de zetels, maar dat is geen meerderheid. Vanuit de Macronie zal weer verwoed gepoogd worden links intern te verdelen, vooral door La France insoumise (LFI) van Jean-Luc Mélenchon uit te spelen tegen de PS of een deel ervan. Een coalitie met de “gematigde linksen”, klinkt het, links zonder LFI dus.
De PS is een van de grootste winnaars, de krachtsverhoudingen binnen links zijn door deze verkiezingen gewijzigd. In 2022 was LFI binnen de linkse alliantie Nupes zeer dominant (75 op 155). Deze keer benadert de PS met ca 65 het zetelaantal van LFI, 74. Tegelijk versterkt dat de positie van Olivier Faure als partijleider. Zijn samenwerking met LFI werd door een groot deel, ca de helft, van de partij aangevochten. Nu kan hij met zoveel zetels resultaat voorleggen.
Les Ecologistes hebben zich met 30 zetels goed hersteld. De groene partij kan zich ook optrekken aan het optreden van voorzitster Marine Tondelier die in deze korte campagne heel goed naar voor kwam. Een kandidaat-premier, vinden linksen ook buiten Les Ecologistes.
De communistische PCF kan niet delen in de linkse v reugde. Ze verloor enkele zetels aan het uiterst-rechtse RN en zal het zeer moeilijk hebben om nog een eigen fractie te vormen (daarvoor zijn 15 gekozenen nodig). Dat zou alleen kunnen als er weer voldoende overzeese gekozenen meedoen.
LFI zal dus meer rekening moeten houden met de rest van het ‘volksfront’. En ook met de ‘dissidenten’ van wie er enkele zijn gekozen tegen officiële kandidaten van LFI: Hendrik Davi in Marseille, Alexis Corbière in Seine-Saint-Denis, Danielle Simonnet in Parijs. De herkozen François Ruffin en Clémentine Autain hebben al aangekondigd niet op de banken van LFI te zullen zitten. Ze zaten allemaal al twee jaar op het strafbankje omdat ze vooral kritiek hadden op Mélenchon voor het gebrek aan ook maar enige interne democratie binnen LFI.
Krakend Ensemble
Ensemble kan opgelucht adem halen. De voorspelde katastrofe, zelfs terugval van 250 tot 75, is niet gebeurd. Dat is vooral te danken aan de goede republikeinse reflex van linkse kiezers die tientallen zetels van Renaissance, Modem en Horizons hebben gered. Vooral de Renaissance van Macron mag opgetogen zijn, de meeste kopstukken zijn er nog bij.
Maar voor ex-premier Edouard Philipe is de horizon somberder, zijn partij Horizons valt op 27 zetels. Terwijl de rechtse Les Républicains (LR) vanwaar hij komt, de meubels redden met minstens 46 gekozenen. Philippe zag zich vorige week als de redder die uit de puinhoop van rechts een nieuwe formatie zou oprichten. Hij is niet alleen. In de rechtse krabbenmand zit ook de zeer ambitieuze Aurélien Pradié die vorige week nog het etiket LR afschudde “daar die partij toch dood is”. En er is Laurent Wauqiez die ervan droomt in 2027 dé kandidaat van rechts te zijn voor de presidentsverkiezingen. Maar dat wil Philippe ook.
Wat die rechtsen, LR en daarbuiten, gemeen hebben, is dat ze erg rechts zijn én te koop. Partijleider Eric Ciotti heeft zich op 10 juni al laten binnendoen bij RN met de belofte minister van Binnenlandse Zaken te worden. Anderen rekenen erop dat Macron hen de komende drie jaar meer dan nodig zal hebben. Tegen links.
2027
Niet samen tegen uiterst-rechts dat verbitterd is over het gebroken elan van de eerste ronde. Op die republikeinse reflex ter verdediging van democratische rechten en vrijheden, hadden ze bij het RN niet gerekend. Toekomstig premier Jordan Bardella had al ministerportefeuilles verdeeld. Maar “tegennatuurlijke allianties”, aldus Bardella en Le Pen, hebben uiterst-rechts de weg naar Matignon versperd.
Tegelijk hebben die twee gelijk als ze wijzen op de grote winst die ze ondanks de republikeinse frontvorming tegen hen, boeken. 143 zetels, waarvan 126 voor RN en 17 voor overlopers uit LR, dat is een winst van 55 zetels. De concurrentie van Reconquête (Eric Zemmour) lijkt voor lang uitgeschakeld. Het RN heeft zijn inplanting gevoelig versterkt. Er zijn bastions, zoals het zuidoosten (La Provence-Alpes-Côte d’Azur) waar het 30 van de 42 zetels heeft. Maar uiterst-rechts dringt nu ook veel meer door in westelijke regio’s.
Een blik op de kaart illustreert zeer duidelijk de nationale inplanting, met grote gaten in en rond de grote steden – Marseille uitgezonderd. Het Rassemblement National is een sterk op- en uitgebouwde beweging met wortels in de grond. De vele redenen die uiterst-rechts de voorbije jaren hebben gevoed, zijn niet verdwenen. Bij het RN rekenen ze er alvast op dat president Macron zijn best zal doen om de onvrede bij de bevolking nog aan te wakkeren, om uiterst-rechts nog meer te voeden.
Nu is de strijdplaats weer voor Marine Le Pen om in 2027 meteen het Elysée in te nemen. Tenzij Bardella zou vinden dat hij beter is geplaatst.