Het gebeurt wel vaker dat politici na hun ambtstermijnen hun mond opendoen. Zo hebben de Amerikaanse ex-president Jimmy Carter, de Nederlandse politicus Van Agt, de Britse ex-premier Blair pas nogal laat de wereld kon gedaan hoe miserabel het lot van de Palestijnen is. Op een bescheidener schaal doet ex-minister van Justitie Marc Verwilghen verklaringen die wel merkwaardig zijn maar veel te weinig aandacht krijgen. Zo over de “Bende van Nijvel”.
In het weekblad Humo (nr 46 van 2009) zegt hij: “Ik heb het college van procureurs-generaal ooit voorgesteld om het dossier van de Bende van Nijvel te laten uitspitten door een aantal goede politiemensen die aan het einde van hun carrière waren, of al met pensioen. Ik kende politiemensen die dat graag wilden doen en daar helemaal niets extra’s voor hoefden te krijgen. Wel, dat was onmogelijk! Laat al die vervelende zaken maar zachtjes uitdoven, was het devies. Ik geef het u op een briefje: het Bendedossier zal tegen 2015 weer boven water komen, want dan dreigt het definitief te verjaren. De publieke opinie zal dat niet aanvaarden”.
Een ex-minister van Justitie die bevestigt dat het onderzoek naar de Bende bewust werd gedwarsboomd. “Als justitieminister ben je vaak machteloos”, aldus Verwilghen.
Diezelfde ex-minister van het liberale Open-Vld zegt verder “Ik ben voor de vrije markt, maar ik ben tegen de beurs: voor mij is dat pure speculatie”.
Het zijn enkele uitspraken die enige aandacht verdienen.
(Uitpers, nr. 113, 11de jg., oktober 2009)