Onze media hadden veel aandacht voor de inauguratie en de eedaflegging van president Obama. Een groot spektakel in ware Hollywood stijl moest de hoop en illusie opwekken van verandering. Maar de realiteit achter Obama’s leiderschap van de voorbije vier jaar is er een van niet nagekomen verkiezingsbeloften. Dezelfde lijn zal hij wellicht ook tijdens zijn tweede ambtstermijn in het Witte Huis verder doortrekken.
Demagogie
Tijdens zijn inaugurale rede overtrof president Obama zichzelf in demagogie. Zij uitlatingen over democratie en vrijheid klinken mooi, maar zijn zeker niet van toepassing op de Amerikaanse politiek die hij in zijn eerste ambtsperiode heeft gevolgd. Hij begon zijn toespraak met te herinneren aan de onafhankelijkheidsverklaring: “ Alle mensen zijn gelijkwaardig”. Op dit thema kwam hij meermaals terug en verklaarde dat het land niet succesvol kan zijn wanneer “enkelen het goed hebben terwijl een steeds groter wordend deel van de bevolking moeite heeft om de eindjes aan elkaar te knopen”.
Wanneer men deze mooie woorden hoort, kan men zich afvragen wie er dan wel de afgelopen jaren in het Witte Huis heeft gewoond, toen de winsten van de concerns pijlsnel stegen en de bankiers van Wall-Street fors rijker werden. De ideale democratie van Obama en zijn voorgangers, Democraten en Republikeinen, wordt tot op vandaag met de voeten getreden. Sinds 1980 is er een herverdeling van rijkdom geweest die de rijken rijker maakt. Deze heeft er alleen maar toe geleid dat de kloof tussen rijk en arm alsmaar groter wordt. Obama heeft dit proces tijdens zijn eerste ambtsperiode nog versneld, met een economisch beleid dat de rijkdom van de financiële elite vergroot en de Amerikaanse man in de straat laat inleveren voor de economische crisis.
Obama had het in zijn toespraak ook over de besparingen die hij tijdens zijn tweede ambtsperiode wil doorvoeren. Hij verpakte alles als een principiële verdediging van zijn sociaal programma en van medicare. Maar we zien precies het tegenovergestelde bij zijn beleid van de voorbije vier jaar. Hij heeft in het kader van zijn “gezondheidshervorming” de medicare-middelen met honderden miljard dollar verminderd en hij heeft in de ‘fiscal cliff’-discussie aan de Republikeinen een akkoord aangeboden dat een verhoging van de uitkering voor medicare uitsluit en dat besnoeiingen in de sociale dienstverlening voorziet. Zijn inaugurale rede was dus vooral gekenmerkt door dubbelzinnigheid: “We moeten moeilijke beslissingen nemen, om de kosten in de gezondheidszorg en de staatsschuld te verminderen.”
Zijn retorisch bedrog kende geen grenzen toen hij zei: “ Een decennia van oorlog komt ten einde” en “Een economische opleving is begonnen”. Deze twee beweringen zijn grote leugens. Terwijl Obama het land toesprak waren zijn raadgevers druk in de weer om de Amerikaanse steun voor de Franse neokolonialistische invasie van Mali een concrete inhoud te geven. Zijn administratie speelt nog steeds een centrale rol in de confessionele burgeroorlog in Syrië en is druk in de weer om een oorlog tegen Iran op te starten.
Ongelijkheid
De economische opleving, als hier al sprake zou van zijn, beperkt zich tot het rijkste deel van de bevolking. De grote massa van de arbeidende bevolking lijdt verder onder de grote werkloosheid, krimpende lonen en een alsmaar groter wordende armoede, honger en dakloosheid.
Bij het lezen van de cijfers gepubliceerd door The Economic Collapse Blog° moeten we vaststellen dat in het Amerika van Obama er alleen maar sprake is van groeiende ongelijkheid.
In december 2008 waren 31,6 miljoen Amerikanen aangewezen op voedselbonnen. Vandaag bereikt dit aantal het record van 47,7 miljoen, dat is een stijging van meer dan 50 procent.
Meer dan 1 miljoen studenten van de openbare scholen in de VS zijn dakloos, hun aantal is gestegen met 57 procent sinds het schooljaar 2006-2007.
Het gemiddeld gezinsinkomen in de VS krimpt al vier jaar op rij.
Het percentage van de werkende Amerikaanse bevolking met een job ligt al meer dan 40 maanden op rij onder de 59 procent.
Wanneer we het totaal maken van de Amerikanen die nog tot de beroepsactieve groep behoren en werkloos zijn of onregelmatig werk hebben, dan komt men op een totaal van meer dan 100 miljoen.
In het jaar 2000 werkten meer dan 17 miljoen Amerikanen in de industriële sector, nu minder dan 12 miljoen.
Nu leven 15 miljoen meer Amerikanen op of onder de armoede grens dan in het jaar 2000.
Ongeveer 57 procent van al de Amerikaanse kinderen leven in een gezin met een laag inkomen; 77 procent van de Amerikanen zijn gedeeltelijk of voor een tijdje aangewezen op bijstandsuitkeringen.
In 1999, hadden 64,1 procent van Amerikanen ‘n gezondheidsverzekering van hun bedrijf. Vandaag is dat 55,1 procent.
Onlangs raakte bekend dat de studentenschuld voor de aangegane lening om hun studies te bekostigen het astronomisch bedrag van 1 biljoen (Amerikaans trillion) dollar overstijgt.
De bankwereld in de VS leeft opnieuw in de zorgeloze tijden van voor 2005. Goldman Sachs bijvoorbeeld verhoogde z’n inkomsten met zowat 30 procent in 2012 en de Goldman aandelen stegen met meer dan 40 procent de afgelopen 12 maanden.
Volgens het IMF, heeft de globale elite van de VS meer dan 18 biljoen (Amerikaans trillion $) dollar in offshore banking in de belastingsparadijzen geparkeerd.
De 1 procent rijkste Amerikanen bezitten meer dan de 90 procent van de Amerikanen samengeteld.
De enorme Amerikaanse schuld bedraagt nu meer dan 16,3 biljoen dollar(Amerikaans $16.394 Trillion). Toen Obama zijn intrek nam in het witte Huis was de staatsschuld 10,6 biljoen dollar.
Oorlog
Wat de werkelijke bedoelingen zijn van president Obama voor zijn tweede ambtstermijn werd duidelijk toen hij het Congres officieel in kennis stelde over de aanstelling van John Brennam als nieuwe CIA baas en Jacob Lew als minister voor financiën. John Brennam was een voorstander van de folterpraktijken tijdens de Bush periode en architect van Obama’s drone-moordprogramma (uitschakelen van ‘tegenstanders’ door raketaanvallen vanuit onbemande vliegtuigen). De voorgedragen nieuwe chef op financiën, Jacob Lew, is een gewezen Wall-steet bankier die een belangrijke rol speelt bij de onderhandelingen met de Republikeinen over de budgettaire problematiek.
In de huidige crisis van het imperiale kapitalistische systeem zien de elitaire politici zich verplicht hun verhaal met de nodige demagogie aan de man te brengen. De hopeloze toestand van hun neoliberale maatschappij zonder grenzen moet versluierd blijven of met schone beloften verpakt worden.
Obama en zijn entourage weten dat de frustratie van zijn burgers over de economische en sociale levenstoestand, een hoogtepunt aan het bereiken is.
President Obama heeft niet nagelaten te onderstrepen dat de oorlog tegen het terrorisme en de moord op Osama bin Laden zijn grootste realisaties betekenen. Maar hij weet dat een steeds groter worden deel van de bevolking hem weinig rugdekking geeft voor zijn militaire buitenlandse operaties.
Lincoln
In zijn toespraak refereerde hij meermaals naar Abraham Lincoln. Maar de vergelijking met de Lincoln periode van 1865 en het Obama jaar van 2013 toont ons een duidelijke tegenstelling tussen de beide Amerikaanse presidenten. Lincoln trok tijdens zijn tweede ambtsperiode de aandacht op de sociale en economische tragedie waarin het Amerikaanse volk leefde. Hij bestempelde de slavernij als oorzaak van de Amerikaanse burgeroorlog en veroordeelde in zijn toespraak de klassenonderdrukking als oorzaak voor alle leed. Lincoln was een leider van een opkomend democratisch en progressief kapitalistische maatschappij. Obama spreekt als de vertegenwoordiger
van een economisch decadent en politiek reactionair maatschappijsysteem. Hij waagt het niet om het kapitalisme maar een strobreed in de weg te leggen en het verantwoordelijk te stellen voor de sociale ellende. Het ontbreekt de VS president aan moed om het neoliberaal kapitalisme als oorzaak voor armoede en oorlog te benoemen, bijgevolg kan hij ook niet de onderdrukking in de moderne maatschappij als een uitbuiten van de ‘man-in-de-straat’ aanklagen.
Wanneer Obama spreekt van gelijkheid ignoreert hij de klassenverdeling die de Amerikaanse maatschappij op schrijnende wijze kenmerkt. In zijn misleidende voorstelling is er geen sprake van uitgebuite arbeiders, hongerleiders en daklozen. Het bankroete concept had in zijn toespraak de boventoon, handig verpakt in een demagogische rede over vrijheid en gelijkheid. Maar de realiteit toont ons een Amerika in diepe crisis, dat met militaire middelen en interventie probeert zijn hegemonie in stand te houden.