De Servische minister van Buitenlandse Zaken, Ivica Dacic, protesteerde dinsdag tegen het eerbetoon voor Alojzije Stepanic in het gebouw van het EU-parlement in Brussel. Stepanic was als Kroatisch aartsbisschop een vooraanstaand collaborateur van het Kroatische nazi-regime.
Het omstreden eerbetoon is een conferentie georganiseerd door Zeljana Zovko, een Kroatisch lid van het EP die behoort tot de EVP-fractie. Ze wil daarmee hulde brengen aan de man die aartsbisschop was tijdens het regime van de Oestasji, het onafhankelijke Kroatië dat een bondgenoot was van nazi-Duitsland.
Fred Matic, een Kroatisch EP-parlementslid van de socialistische fractie, noemde die conferentie in het EP een stunt van Zovko met het oog op de parlementsverkiezingen in Kroatië. De katholieke kerk heeft er nog zeer veel invloed en is dubieus over haar collaboratie verleden.
Kerkzegen
“Dit is een poging tot rehabilitatie van een genocide- regime dat Serviërs, joden en Roma uitroeide”, aldus de Servische minister. Stepanic steunde de vesting van het onafhankelijke fascistische Kroatië volop en stond zonder aarzelen achter de rassenwetten. Hij was een uitgesproken voorstander van ‘etnische zuivering’, ook door massamoorden. Tijdens die periode werden honderdduizenden Serviërs uitgemoord.
Stepinac nam op het einde afstand van het Oestasji-regime zonder de moorden op Serviërs, joden en zigeuners ooit te veroordelen. Wel hielp hij in 1943 joden aan de vervolgingen te ontkomen.
Stepinac werd in 1946 tot 16 jaar opsluiting veroordeeld. Een rechtbank in Zagreb vernietigde dat vonnis in 2016 met het argument dat Stepanic tijdens het communisme geen eerlijk proces had gekregen. In 1953 bevorderde de paus hem tot kardinaal, maar hij bleef onder huisarrest tot zijn dood in 1960.