CAIRO — President Hosni Moubarak is nu al bijna 23 jaar aan de macht. Sinds 16 oktober 1981 om precies te zijn, tien dagen nadat op 6 oktober 81 zijn voorganger Anwar Sadat van het podium geknald werd (jullie hebben misschien ooit de beelden gezien : islamistische revolutionairen springen tijdens een militaire parade ter herdenking van de ‘overwinning’ op Israël in de oktober-oorlog van 1973 uit hun tank en bestormen schietend het feestpodium, daarbij hun doelwit – Sadat ofte “de farao” – neerkogelend).
Dat mag dan wel een oud verhaal zijn, maar Egypte gaat ondertussen wel nog steeds gebukt onder de ‘emergency laws’ die sindsdien van kracht zijn en die op ontoelaatbare wijze de burgerlijke vrijheden van de bevolking beknotten. De opheffing van deze uitzonderingswetten behoort al geruime tijd tot de kern van het eisenpakket van oppositiegroepen en mensenrechtenorganisaties (die door deze wetten constant in hun bestaan bedreigd worden). Maar hoewel hun roep steeds luider klinkt, bij momenten zelfs tot in de officiële pers, ziet het er niet naar uit dat het regime dit machtsmiddel gauw uit handen zal geven.
Naar een Moubarak-dynastie?
Volgend jaar loopt Moubaraks derde ambtstermijn ten einde. Dit feit, samen met de leeftijd van de president (hij is 77), wakkert de discussie over zijn opvolging aan. Van officiële zijde wordt hierover met geen woord gerept. Komt er een nieuwe president? Hoe zal die worden aangewezen? Vragen die voor het regime niet aan de orde lijken te zijn. Dit terwijl de oppositie schreeuwt om vrije presidentsverkiezingen, ter vervanging van de huidige praktijk waarbij de president in referenda steevast met 99,7 procent van de stemmen in zijn macht bevestigd wordt…
Hoewel de betrokkenen het ontkennen, is het voor de meeste Egyptenaren duidelijk dat Hosni Moubarak zijn 41-jarige zoon Gamal aan het naar voor schuiven is voor de macht. De uitspraken van de president, in reactie tegen dit soort geruchten, dat een dergelijk scenario zich “hier in Egypte” (anders dan in Syrië) niet zal voltrekken, zijn geenszins een garantie dat Gamal niet de volgende president wordt. Het is voor de regerende NDP (Nationaal Democratische Partij) immers een makkie om een situatie te ensceneren waarbij ‘de samenleving’, of toch de regerende partij en de officiële media, Gamal zullen smeken om toch “alsjeblief, ondanks zijn terughoudendheid”, het presidentschap “op zich te willen nemen”.
Twee jaar geleden werd Gamal tot voorzitter gebombardeerd van het gloednieuwe ‘Politieke Secretariaat’ van de NDP, orgaan met als opdracht een ‘Nieuw Denken’ te ontwikkelen voor deze ‘partij van alle Egyptenaren’. Het is een positie van waaruit hij sindsdien (onder het mom van hervorming, verjonging, en de strijd tegen corruptie) een graduele uitzuivering van de partij aan het doorvoeren is, zich ontdoend van die leden van de oude garde die zijn opgang in de weg kunnen staan.
En zo moet een gedesillusioneerde bevolking dus gadeslaan hoe Gamal Moubarak, succesvol zakenman en zoon dus van president Hosni Moubarak (zelf toch de verpersoonlijking van de huidige arbitraire en nepotistische manier van machtsuitoefening), nu binnen de NDP-regeringspartij naar voor wordt geschoven als de grote vernieuwer en hervormer! Over geloofwaardigheid gesproken…
Maar deze hervormingscampagne is uiteindelijk dan ook minder gericht op het winnen van de harten van de massa’s, dan op het aanpassen van het ‘verouderde’ politieke systeem aan de nieuwe belangen van een deels vernieuwde economische elite. Gamal zelf behoort tot de groep van jonge zakenmannen wiens belangen vooral gediend worden door een doorgedreven integratie van Egypte in de wereldeconomie en goede verhoudingen met de VS, eerder dan door democratische hervormingen. Mona El-Ghobashy beschrijft hen als "an influential new class that has mushroomed in the past 15 years. It’s members have close economic ties to the US (many are the Egyptian agents of American companies) and merge business interests with political influence (…) They advocate free-market policies while retaining an elitist, cautious attitude when it coms to extending democracy to the masses".(1)
Het ‘Nieuwe Denken’ van Gamal Moubarak en zijn kompanen van het Politieke Secretariaat is een vertaling van het ‘pragmatische’ wereldbeeld van deze zakenlui. Dat dit ‘Nieuwe Denken’, dat wordt verpakt in de symbolen van verjonging en dynamisme, ondertussen binnen de NDP de dominante ideologie geworden is, bleek tussen 20 en 23 september al te duidelijk op het jaarlijkse congres van de partij, waar het tot ‘leidraad voor hervorming en modernisering’ werd uitgeroepen. De officiële pers laat niet na enthousiast (zoals steeds) te concluderen ‘dat we op de goede weg’ zijn.
Het is duidelijk dat de ‘hervormingen’ van het Egyptische regime op geen enkele zinvolle manier gericht zijn op ‘democratisering’. Al jaren voeren opeenvolgende NDP-regeringen een beleid dat een kleine groep bevoordeelt en de rest van de bevolking in een steeds nijpender armoede en machteloosheid duwt, de economie liberaliserend maar de repressie-apparaten van de politiestaat ongemoeid latend. Ondanks (of net dank zij) dit alles, is voor het regime de dreiging die uitgaat van de bevolking of van de onderontwikkelde oppositie, heel klein. De meeste Egyptenaren zijn, om het in de woorden van Christopher Parker over Jordanië te zeggen, "much too concerned about ensuring there is food on the table to engage in the risks of public protest. The public mood is more one of apathy and resignation than of anger and vengeance". (2)
Nochthans illustreert het volgende verhaal dat de strijd tegen arbitraire macht ook in het autoritaire Egypte niet altijd tevergeefs is.
Een succesje voor het verzet
Zijn positie van rijzende (“omwille van eigen verdiensten”) ster binnen de NDP zorgt ervoor dat Gamal voortdurend in het nieuws is en dat in de pers zijn beeltenis breed wordt uitgesmeerd, zonder dat de oppositie daar “wettelijke” bezwaren tegen kan maken. Goed gezien! Maar soms gaan de Moubaraks in hun ijver toch ook nog over de wettelijke schreef.
Zo bijvoorbeeld naar aanleiding van de laatste Olympische Spelen, waarin Egypte het in haar recente geschiedenis ongeziene aantal van vijf medailles in de wacht sleepte. Een succes dat geen enkel regime kan nalaten voor eigen glorificatie uit te buiten, uiteraard. Overal in Cairo vind je de portretten van de helden die Egypte haar nationale trots terug gaven.
Ondanks een totaal gebrek aan officiële bevoegdheid ter zake, werden deze helden op de luchthaven opgewacht door… Gamal Moubarak. Maar toen een reusachtige foto hiervan werd aangebracht op Tahrirplein (een belangrijk verkeersknooppunt in het centrum van de stad, waar volgens schattingen meer dan 2 miljoen mensen per dag voorbijkomen), werd deze duurzame getuige van “dynastiek” machtsmisbruik het mikpunt van acties van de oppositie.
En met succes, want dinsdag werd de bewuste foto weggehaald (hij werd vervangen door een foto met religieuze beeldtaal, wat voor sommige activisten ook al een brug te ver is, maar waar de meeste geen aanstoot aan nemen, of verkiezen geen punt van te maken).
Deze verwezenlijking moet op naam geschreven worden van een breed front van organisaties met zeer verscheiden achtergronden, die recent het nut of de noodzaak hebben ingezien om voor bepaalde campagnes de krachten te bundelen. Zo namen aan deze campagne – die in een persmededeling het motto “No renewal, no hereditary succession, yes to electing the president of the republic” mee kreeg – zowel de Moslimbroederschap, de Communistische Partij (beide buiten de wet gesteld) als mensenrechtenorganisaties deel – 15 bewegingen in het totaal.
Het betreft natuurlijk slechts een symbolische overwinning, maar symbolen zijn voor een regime als het Egyptische nu eenmaal belangrijk, en het feit alleen al dat de foto voor het oog van miljoenen mensen werd verwijderd, is een kaakslag voor de machthebbers en getuigt van de macht van deze alliantie van oppositiegroepen om het regime in verlegenheid te brengen. De eerst volgende stap in de strategie van deze 15 groepen, die pas sinds 9 september hun krachten bundelden in wat ze een “populaire beweging voor verandering” noemen, is een aanvraag indienen voor het houden van een opiniepeiling (daarvoor heb je hier inderdaad toestemming nodig) over de opvolgingskwestie. “Als we geen toestemming krijgen, stappen we naar de rechter,” stelt mensenrechtenactivist Ahmed Seif El-Islam.
Niet verwonderlijk botsen deze initiatieven op weerwerk van het regime en de veiligheidsdiensten, die recent een persconferentie van de groep onmogelijk maakten. Verzet is in deze dictatuur geen comfortabele optie. Binnen de groep is er dan ook discussie over de te volgen strategie. De Moslimbroeders, door decennia van repressie murw geslagen, houden het liever braaf. Tegenwoordig zijn het vooral de mensenrechtenorganisaties die het felst uit de hoek komen. “We moeten risico’s durven nemen, want rechten krijg je niet in de schoot geworpen,” weet Ahmed Seif El-Islam.(3)
Om haar eisen over het opheffen van de uitzonderingswetten en het houden van vrije presidentsverkiezingen kracht bij te zetten, plant de groep een grote protestactie op 16 oktober, de dag dat Hosni Moubarak 23 jaar aan de macht zal zijn.
(Uitpers, nr. 57, 6de jg., oktober 2004)
(1) Mona El-Ghobashy, ‘Egypt’s summer of discontent’, www.merip.org/mero091803.html
(2) Christopher Parker, ‘Transformation without transition : electoral politics, network ties, and the persistence of the shadow state in Jordan’, Cairo Papers in Social Science, Vol. 25, N° ½, p. 170
(3) Zie Amira Howeidy, ‘Dissent on the fringe’, http://weekly.ahram.org.eg/2004/708/eg2.htm