In een noordelijk deel van Kosovo, waar vier gemeenten een Servische meerderheid hebben, is de spanning alweer te snijden. Bij ernstige incidenten tussen Servische betogers en Navo-militairen, zijn al tientallen van die militairen en meer dan 50 Servische burgers gewond geraakt. De Serviërs protesteren tegen de aanstelling van Albanese burgemeesters in die gemeenten..
Betogers vielen de militairen van de KFOR, de Navo-troepen die daar gelegerd zijn, aan die het gemeentehuis van Zvecan beschermden. De KFOR-eenheid bestaat vooral uit Hongaarse en Italiaanse manschappen. De Kosovaarse politie heeft het over “gewelddadige criminelen” die gemaskerd politie en Navo-manschappen aanvallen. Die politie bestaat nagenoeg uitsluitend uit etnische Albanezen.
De spanning is vooral hoog opgelopen na raadsverkiezingen in april die door de Serviërs werden geboycot, slechts 3,5 % nam deel aan die verkiezingen. De aldus “gekozen” burgemeesters, zijn allen etnische Albanezen.
De Servische president Aleksandar Vucic beschuldigt de Kosovaarse premier Albin Kurti, een “links-nationalist”, ervan bewust de spanning op te drijven om een conflict tussen Servië en de Navo uit te lokken. Vucic kan daarbij rekenen op bijval uit Moskou.
Ons hart
Voor Belgrado blijft Kosovo een pijnpunt. Recente diplomatieke initiatieven van de VS en de EU om tot een erkenning van Kosovo’s onafhankelijkheid te komen, leverden geen resultaat op. VS en EU dringen er bij Kurti op aan zich verzoenlijker op te stellen. Maar de Kosovaarse premier heeft daar geen oor naar.
Tennisster Novak Djokovic vertolkte op het tornooi Roland Garros in Parijs wat veel Serviërs denken: ‘Kosovo is het hart van Servië’. Verscheidene heiligdommen van de Servisch-Orthodoxe kerk bevinden zich in Kosovo. De Serviërs maken ca 6% van de bevolking (bijna 2 miljoen) uit. Na de Tweede Wereldoorlog was dat nog 24%, bij het uiteenspatten van de Joegoslavische Federatie in 1991 nog 10 %.