“Jodendom zit in de genen”, zo luidt de titel van een artikel over twee bladzijden in de wetenschapsbijlage van De Standaard van 10 juni 2010. Maar weinig van wat in dit artikel te lezen valt klopt, alhoewel dit dagblad zichzelf graag als “kwaliteitskrant” bestempelt. De journalistieke plicht van checken werd niet nageleefd. Anders zou direct gebleken zijn dat het hier om pseudo-wetenschap gaat.
De schrijfster heeft het zich gemakkelijk gemaakt en een artikel van ene Harry Ostrer in het American Journal of Human Genetics klakkeloos als waarheid aangenomen, alhoewel die Ostrer duidelijk laat verstaan dat hij wou bewijzen dat alle joden verwant zijn en dus, genetisch bekeken, één volk zijn. Dat het niet gaat over een verzameling mensen die één bepaalde godsdienst aanhangen. Dat sluit aan bij de thesis die de officiële joodse geschiedenis – die overigens niet behoort tot de vakgroep geschiedenis in Israël, maar een aparte entiteit is, een pseudo-wetenschappelijke entiteit – al jaar en dag op alle mogelijke manieren wil bewijzen.
Die officiële geschiedenis vertrekt van de Bijbel en de bijbelse verhalen, met de bijpassende fantaisistische chronologie, volgens dewelke de wereld 5770 jaar geleden werd geschapen. “Historici moesten het antwoord schuldig blijven” over de kwestie wat een jood eigenlijk is, staat in DS te lezen. Inderdaad officiële historici joodse geschiedenis zijn er nooit uitgeraakt, maar gewone, nuchtere, niet ideologisch geïnspireerde historici al lang.
Zo is er nooit een diaspora geweest, die het resultaat zou zijn van een massale verdrijving van joden uit Palestina. Ter plekke is het jodendom verschrompeld tot een kleine gemeenschap door de bekering tot de hellenistische en Romeinse godsdiensten en daarna tot het christendom en de islam. Verder heeft het jodendom buiten Palestina merkwaardige successen gekend: in het Romeinse keizerrijk, waar het jodendom een modegodsdienst was vooraleer hij de duimen moest leggen voor het christendom. Joodse rijken ontstonden door de bekering van machthebbers onder de Berbers in Noord-Afrika (koningin Kahina), in Irak (Adiabene, rond de Koerdische hoofdstad Erbil), in Jemen (Himyar, rond Aden) en in de Kaukasus plus delen van Rusland, Oekraïene, Georgië en Azerbeidjan (het Khazar-imperium). De Khazars bekeerden zich in de 8ste of 9de eeuw collectief tot het jodendom om niet te moeten kiezen tussen het christendom van Byzantium en de islam van de Arabische tegenstanders van het Oost-Romeinse keizerrijk, waartussen ze geprangd zaten. Dat het jodendom is blijven bestaan, is vooral te danken aan de afstammelingen van al die bekeerlingen.
Ook bij de officiële joodse chronologie kunnen heel wat vraagtekens worden geplaatst. In de officiële visie zou, aldus DS, de uittocht uit Egypte al rond 3.000 jaar voor Christus hebben plaats gehad, terwijl “gewone” historici die vermeende gebeurtenis plaatsen in de 13de eeuw voor Christus. “Vermeende gebeurtenis”, want Israëlische archeologen, die een kans zagen de joodse geschiedenis met bewijzen te staven na de Israëlische verovering van de Sinaï-woestijn in 1967, hebben geen enkel spoor kunnen ontdekken van een 40-jarig verblijf van honderdduizenden uit Egypte vertrokken joden in die woestijn. Meer nog, de trek naar Palestina zou bovendien gebeurd zijn in een periode dat Egypte Palestina en Syrië in bezit had!
Maar de Israëlische officiële historici gaven de moed niet op. Er werden uitgebreide antropologische onderzoeken uitgevoerd gelanceerd, die vroeger in de mode waren, maar kant noch wal raakten, om universele joodse kenmerken te kunnen vastleggen. Te vergeefs. Nu probeert men al jaren,met de opmars van de genetica, “joodse genen” te ontdekken. Niet erg logisch alles alle mensen geacht worden af te stammen van Adam en Eva en dus allemaal gemeenschappelijke genen moeten hebben. Zoals met antropologie vroeger probeert men nu met genetica alles te bewijzen, maar in feite bewijst men niets. Niettemin werden er de voorbije jaren al pakken geld tegenaan gesmeten. Met soms merkwaardige resultaten. Zo “bewees” een onderzoek dat de joodse vrouwen niet uit het Midden-Oosten afkomstig waren!Ter info: er wordt in Israël ook gezocht naar Arabische genen met het doel dan biologische wapens te ontwikkelen die alleen Arabieren zouden treffen… Waartoe de zinloze zoektocht naar rassen en raszuiverheid kan leiden heeft, in de 20ste eeuw, de holocaust aangetoond.
(Uitpers nr. 122, 11de jg., juli-augustus 2010)
Een standaardwerk over de mythe van het joodse volk is Comment le peuple juif fut inventé van de Israëlische historicus Shlomo Sand (uitg. Fayard, Parijs, 2008). Dit boek werd besproken in Uitpers nr. 106 van februari 2009.
Over de geschiedenis van de Hebreeuwen (de joden zijn daar maar een onderdeel van) is Histoire du peuple hébreu van André Lemaire (Collection Que sais-je? nr. 1898, Presses universitaires de France, Parijs, 1981, aan te raden.
Over de ontluistering van de bijbelse mythen zoals de exodus uit Egypte, de “machtige” koningen David en Salomon terwijl Jeruzalem toen maar een dorp was enz. zie de werken van de archeoloog Israël Finkelstein (niet te verwarren met Norman Finkelstein, de man die de holocaust-industrie aan de kaak stelde) zoals The Quest for the Historical Israel: Debating Archaeology and the History of Early Israel, Atlanta 2007, David and Solomon: In Search of the Bible Sacred Kings and the Roots of Western Tradition, New York 2006, The Free Press, The Bible Unearthed: Archaeology’s New Vision of Ancient Israel and the Origin of its Sacred Texts, New York 2001, The Free Press.