Iraks ex-president Hoessein is recent reeds ter dood veroordeeld voor de moord op 148 mannen van het Sjiitische dorp Dujail. Grotere misdaden tegen de menselijkheid moet de dictator echter nog slikken tijdens een volgend proces dat binnen een paar dagen begint, samen trouwens met de beroepsprocedure die vanaf verleden maandag werd ingezet tegen de uitgesproken doodstraf.
Eind 1988 was ik samen met twee collega’s Artsen Zonder Grenzen getuige van de vergassing van de Koerdische burgers in de stad Halabja amper drie dagen na de ergste chemische bombardementen op risico van ons leven daar de bombardementen nog niet waren stopgezet. Wij zijn de enige artsen ter wereld die daar geweest zijn. Een helikopter ‘dropte’ ons in die spookstad en kwam ons pas na een 4-tal uur terug oppikken, motoren aan. Wij kregen ongeveer 1 minuut om aan boord te springen met ons medisch en staal materiaal…
U kunt begrijpen dat zonder enig sentimentalisme je als mens en medicus NIET meer dezelfde bent de avond als je ‘s morgens bent vertrokken. En als je nu telkens opnieuw de beelden op uw scherm krijgt, dezelfde als de paar discrete dia’s die je thuis hebt opgeborgen, voorgoed, dan komt die dagmerrie eind 1988 altijd maar terug….
Een massagraf van 7000 burgers, een groot braakliggend veld, herdenkt in Halabja deze massamoord. Ik zal er nooit meer naartoe gaan…De dood in 30 seconden…
Ons objectief medisch rapport, empirisch en narratief, dus niet ‘echt wetenschappelijk’, was gebaseerd op de volgende bevindingen:
- De positie van de lijken: de dood moest zeer vlug zijn ingetreden omdat de mensen stierven in hun dagelijkse bezigheid. De chauffeur lag op zijn stuur, een 30-tal burgers lag op een hoopje omdat ze paniekerig uit een busje waren gedrumd, een huisvrouw lag met haar keukenschort op haar rijstketel, kinderen lagen op de grond, het ene met een bal in zijn armen, het andere naast zijn fietsje…
- Het uitzicht van de lijken: op risico jullie te choqueren verklaarde ik dat het de enige ‘mooie’ lijken waren die ik in mijn medische loopbaan heb gezien. De huid was nog roodbruin (veel zon in die streken) en niet paars. Dit klinisch teken is ook pathognomisch voor een chemische dood. Het bloed stond zodanig vlug stil in de slagaders en aders dat het hemoglobine geen tijd kreeg om zich van zijn O2 te ontdoen. Men zegt bij ons dat het bloed niet desatureerde.
- De afwezigheid van enig fysisch penetrerend letsel. Geen kogelwonden, mijnletsels, messteken, ademhalingsletsels door explosieven…Wel brandwonden veroorzaakt door het simultaan gebruik van mosterdgas. Wij hebben trouwens in die paar dagen in een grenshospitaal (Bahktaran) tussen Iran en Irak alsook in Teheran honderden slachtoffers kunnen onderzoeken getroffen door het ons in Vlaanderen wel bekende mosterdgas, het Yperiet uit de Eerste Wereldoorlog.
De rest van de bevindingen bewaar ik in mijzelf uit respect voor de intimiteit waarop ieder levend en niet levend wezen tot in der eeuwigheid recht op heeft.
Vermits wij geen lijken konden transporteren en wij geen ‘disaster victim identification’ (DVI) team waren namen we in allerijl dode vogels, pakjes sigaretten, stenen, stukjes kleding mee als stalen. Deze werden onderzocht in Europese laboratoria, waarvan wij een mondelinge bevestiging kregen dat het zenuwgas meer dan waarschijnlijk Sarin was met een componente cyanidegas. Veel geschreven rapporten kwamen daar precies niet aan de orde, te meer dat onze aanklacht van deze vergassing als een ‘crime against humanity’ tijdens een wereldpersconferentie in Teheran en in Brussel, maar weinig weerklank vond…
Saddam Hoessein was nog een grote bondgenoot van de VS en Europa en deze regeringen verschuilden zich gedwee en moedwillig achter het principe dat ons getuigenis maar factueel was, niet ‘evidence based’ genoeg etc…Ik noem dit de ‘diplomatische niet bijstand aan mensen die in gevaar verkeren’. Daarvoor wordt een individuele arts veroordeeld maar een regeringsleider of een VN-mandataris is immuun. De immuniteit en de zwijgplicht, de grootste bondgenoten der lafheid en het afstoten van de verantwoordelijkheid. Alleen de flagrantste mensenrechtenmoordenaars worden nu voor het Internationaal Gerechtshof en zijn afdelingen beoordeeld en berecht, wat soelaas brengt voor de massa medeplichtige politici, wapenhandelaars e.a. die zich kunnen blijven wassen in de ‘gedeelde onschuld’.
Alleen, ere aan wie ere toekomt heeft President Mitterand, ook onder impuls van zijn militante echtgenote, gereageerd en in Parijs in het voorjaar 1989 een symposium georganiseerd met de actualisering van de chemische wapenconventie (1925) aan de dagorde. Toen Saddam 2 jaar later Koeweit binnenrukte, werden wij destijds als kroongetuigen terug door de wereldpers opgebeld om te vertellen welk monster die Saddam toch was…Ik heb de hoorn beleefd teruggelegd. Ons rapport is ook verdwenen in de papiermolen van VN en diverse regeringen en verwezen naar de prullenmand van het collectief geheugen.
Ja, ik had graag getuigd in dit komend proces in Bagdad. Weliswaar onder bescherming.
Ik had graag de heer Saddam Hussein en zijn neef, de ‘chemical general’, beiden de ordegevers van de vergassing der Koerden, in de ogen gekeken. Met de blik van een eenvoudige arts zonder enige grens ten minste te proberen begrijpen hoe een mens rationeel, emotioneel, spiritueel tot zo’n gruweldaad in staat is…Was het alleen maar om het absolute kwaad, de Andere te vernietigen omdat hij Anders is, te debanaliseren. En zelfs als een blijvend tegenstander van elke doodstraf. Ik ben blij nog naïef te geloven dat zo’n mensen, in de eenzaamheid tov. zichzelf, hun geweten nog kunnen omwoelen en terug mens kunnen worden.
Reginald Moreels – Gent, 09-11-2006
(Uitpers, nr. 81, 8ste jg., december 2006)