Eric van de Beek, 24 mei 2020
Fotobijschrift: Amerikaanse marines landen in Maleisië tijdens een oefening. Landen ze weldra ook in Scheveningen? (Foto Wikimedia Commons, ter beschikking gesteld door de Amerikaanse Navy)
De VS dreigen met militair geweld in Nederland als bij het Internationaal Strafhof een Amerikaan wordt voorgeleid. Dat scenario is een stapje dichterbij gekomen nu een onderzoek is ingesteld naar Amerikaanse oorlogsmisdaden in Afghanistan. Maar de Nederlandse overheid houdt zich muisstil.
Het Internationaal Strafhof (ICC) in Den Haag is een onderzoek gestart naar oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid in Afghanistan tussen 2003 en 2014, waaronder de vermeende marteling van gevangenen op ‘black sites’ van de CIA in Polen, Roemenië en Litouwen. Dit heeft de woede gewekt van de Amerikaanse autoriteiten.
In september 2018 dreigde de toenmalige Amerikaanse nationale veiligheidsadviseur John Bolton met strafmaatregelen mocht het Strafhof een strafrechtelijk onderzoek instellen naar de betrokkenheid van Amerikanen bij oorlogsmisdaden tijdens de oorlog in Afghanistan, of naar misdaden van Israël of een andere bondgenoot. Personeel van het Strafhof zou door Amerikaanse rechtbanken worden vervolgd, hun banktegoeden zouden worden bevroren en ze zouden de VS niet meer inkomen. En niet alleen zij, maar elk bedrijf of land dat het Strafhof bijstaat in onderzoek naar Amerikanen, Israëliërs of andere bondgenoten van de VS zou worden gestraft. “We zullen het Strafhof rustig laten sterven,” voegde Bolton daar fijntjes aan toe. “Het Strafhof is voor ons al praktisch dood.”
Vorig jaar hebben de VS het inreisvisum van de ICC-hoofdaanklaagster ingetrokken – een buitengewone maatregel die gewoonlijk is voorbehouden aan de ergste mensenrechtenschendingen, niet aan degenen die hen voor de rechter willen brengen. En in maart van dit jaar richtte de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Mike Pompeo zich rechtstreeks tot twee personeelsleden van het Strafhof. Hij noemde ze bij naam en liet doorschemeren dat de VS tegen hen zou kunnen optreden, evenals tegen ander ICC-personeel en hun gezinnen.
Diverse ICC-lidstaten, waaronder Frankrijk en Duitsland, hebben zich krachtig uitgesproken tegen deze dreigementen, evenals diverse mensenrechtenorganisaties, waaronder Amnesty International en Human Rights Watch. De Nederlandse regering heeft het Strafhof echter nooit publiekelijk verdedigd tegen Amerikaanse dreigementen. Dit is opvallend aangezien Nederland het gastland is van het Strafhof. “Stevige uitspraken, maar niet geheel nieuw,” is alles wat minister van Buitenlandse Zaken Stef Blok zei, in reactie op vragen van het Nederlandse christen-democratische CDA-Kamerlid Martijn van Helvert over de Amerikaanse dreigementen. “De VS zijn vanaf het begin een tegenstander geweest van het Strafhof omdat zij niet willen dat hun eigen burgers daar berecht kunnen worden.”
Den Haag Invasiewet
Nog opmerkelijker: opeenvolgende Nederlandse regeringen hebben een oogje dichtgeknepen voor de Amerikaanse Service-Members’ Protection Act, bijgenaamd ‘The Hague Invasion Act’. Het Amerikaanse congres heeft deze wet in 2002 aangenomen en machtigt de Amerikaanse president onder meer het gebruik van “alle middelen die nodig en geschikt zijn om Amerikaans of geallieerd personeel dat door of namens het ICC wordt vastgehouden, te bevrijden”.
Voor veel meer dan een debatje in Den Haag heeft deze wet niet gezorgd. In 2002 verklaarde toenmalig minister van Buitenlandse Zaken Jozias van Aartsen in de Tweede Kamer dat hij met “grote verontwaardiging en bezorgdheid” kennis had genomen van het feit dat de Amerikaanse Senaat met de wet had ingestemd. “Nederland wordt hier als gastland van het Internationaal Strafhof direct geraakt als soevereine staat.”
Het Nederlandse parlement reageerde soortgelijk. ‘‘Het is bizar en absurd, een wetsvoorstel dat militaire interventie in Nederland mogelijk maakt,” zei het liberale VVD-Kamerlid Erica Terpstra. “Dit is onacceptabel,” riep CDA-Kamerlid Maxime Verhagen uit. “Zeker van een NAVO-bondgenoot verwacht je dit niet.” Lijst Pim Fortuyn-Kamerlid Jim Janssen van Raaij: “We zijn Panama niet, waar ze zomaar zijn binnengevallen. Onze krijgsmacht moet clearance to shoot back krijgen als Amerikaanse militairen ingrijpen.”
Al binnen een jaar later leek er niets meer over van alle “verontwaardiging en bezorgdheid”. Twee maanden nadat de toenmalige premier Jan Peter Balkenende het Witte Huis had bezocht, trakteerde de Amerikaanse ambassadeur Clifford Sobel hem op een diner in zijn ambassadeurswoning in Den Haag. Bij die gelegenheid bracht Balkenende de Haagse Invasiewet niet ter sprake, blijkt uit een uitgelekt rapport van Wikileaks.
Toen minister van Buitenlandse Zaken Ben Bot in 2005 Sobel bezocht, beschreef de eerste de relatie tussen de landen als ‘excellent’. Bot verklaarde zelfs dat hij de relatie de afgelopen vier jaar had zien verbeteren. Opnieuw: er werd met geen woorden gesproken over de Invasiewet of het Strafhof.
Op de koffie bij Clinton en Obama
Bot werd opgevolgd door CDA-partijgenoot Maxime Verhagen, die als Kamerlid de Haagse Invasiewet sterk had veroordeeld. Toen hij in 2009 in zijn nieuwe hoedanigheid van minister van Buitenlandse Zaken het Witte Huis bezocht, was zijn Amerikaanse ambtsgenoot Hillary Clinton dan ook goed voorbereid op de thema’s die Verhagen waarschijnlijk zou aansnijden: het Strafhof, en ook Guantanamo Bay. “Het sluiten van Guantanamo zal heel veel scepsis wegnemen van de Nederlanders over de Amerikaanse politiek ten aanzien van mensenrechten en burgerrechten,” schreef de Amerikaanse ambassade in Den Haag haar in een bericht dat in handen kwam van Wikileaks. “Verhagen zal u misschien ook om steun verzoeken voor het Internationaal Strafhof. De Nederlanders zijn er trots op thuisbasis te zijn voor het internationaal recht en gastland te zijn voor vele internationale rechtsorganen. Als u of de president een belangrijke aankondiging wilt doen over het Strafhof, of over Amerikaanse inzet voor internationaal recht en mensenrechten, dan is er geen beter podium dan Den Haag, Nederland.”
Verhagen bracht Guantanamo of het Strafhof echter niet ter sprake, laat staan de Haagse Invasiewet, blijkt uit een rapport van de bijeenkomst dat is gepubliceerd door Wikileaks.
Enkele maanden later volgde een bezoek van premier Balkenende aan president Barack Obama. Helaas ontbreekt een verslag van deze bijeenkomst op de website van Wikileaks. Maar het is vrijwel zeker dat de Haagse Invasiewet bij die gelegenheid niet ter sprake is gekomen. Een bericht dat de Amerikaanse ambassade aan Obama heeft gestuurd ter voorbereiding op zijn interview met de Nederlandse premier, toont aan dat Balkenende zich tijdens zijn ontmoeting met de president wilde beperken tot vier belangrijke onderwerpen. Geen van deze had betrekking op het ICC.
“Diplomatieke dialogen”
Ik heb het ministerie van Buitenlandse Zaken gevraagd welke acties de Nederlandse regering de afgelopen tien jaar heeft ondernomen om zich te ontdoen van de Den Haag Invasiewet. “Het Nederlandse standpunt is bekend bij de Verenigde Staten,” antwoordde een woordvoerster. “Nederland brengt het belang van het Strafhof consistent onder de aandacht tijdens de reguliere diplomatieke dialogen met de VS.”
Uit de oorverdovende stilte die Nederlandse politici de afgelopen achttien jaar hebben laten vallen blijkt echter dat de Invasiewet en andere agressie tegen het Strafhof nooit een serieus struikelblok te zijn geweest voor de Nederlanders in hun contacten met de VS. Hun relaties met de Amerikanen zijn voor hen kennelijk van groter belang dan de handhaving van het internationale recht en de soevereiniteit van het eigen land
Brussels Liberation Act
Overigens heeft in België een geval gespeeld vergelijkbaar met de Den Haag Invasiewet. Daar was het de Belgische Genocidewet die de toorn van de Amerikanen wekte. Deze wet gaf Belgische rechtbanken het recht overal ter wereld misdrijven tegen de menselijkheid en oorlogsmisdaden te onderzoeken. De Amerikanen dreigden daarop met een wet, de Universal Jurisdiction Rejection Act, die het de Amerikaanse president mogelijk moest maken België binnen te vallen. De Amerikaanse wet, door de Belgisch media omgedoopt tot Brussels Liberation Act, kwam er uiteindelijk niet. Een dreigement van de Amerikaanse minister van Oorlog Donald Rumsfeld dat de VS het NAVO-hoofdkwartier in Brussel zouden sluiten, was voldoende om de Belgische politiek zover te krijgen dat deze de Genocidewet schielijk introk.