Volgens Tweede-Kamerlid Ayaan Hirsi Ali mist minister-president Balkenende het lef van de Deense premier Rasmussen, als het gaat om het weerstaan van de druk uit de moslimwereld om de persvrijheid te beknotten (internationale persconferentie, Berlijn, 9 februari). Volgens mij etaleert onze spraakmakende VVD-politica daarmee zonneklaar haar onvermogen om deze internationale rel tot een oplossing te brengen, die voor alle partijen aanvaardbaar is. Om dat wereldomvattende democratische(!) doel te bewerkstelligen zal het allereerst duidelijk moeten zijn dat de cartoonrel in wezen niet draait om de vrijheid van meningsuiting, waarin Oost en West lijnrecht tegenover elkaar staan, maar om ethiek, waarin beide (machts-)blokken elkaar moeten kunnen vinden.
Daarom zullen wij ons niet moeten oriënteren op de liberale Deense premier Rasmussen, zoals Ayaan voorstaat, maar zullen wij ons moeten laten inspireren door de diep gelovige Deense filosoof Søren Kierkegaard. Als hij nu zou leven, zou hij volgens mij namelijk de fundamentele vraag opwerpen of de hoog oplopende internationale discussie over de al dan niet aanvaardbaarheid van de Deense cartoons geen onethische discussie is. Onethisch, omdat het een discussie is die twijfel zaait, terwijl ethiek juist zekerheid in zichzelf draagt. Alleen is het een zekerheid die niet te definiëren is, hoewel iedereen er wereldwijd van doordrongen is.
Kortom, ethiek is geen onwetendheid die in kennis omgezet moet worden, maar innerlijke kennis die enkel verlangt maatschappelijk vertaald te worden. Dat die broodnodige vertaling om politici vraagt van een ander kaliber dan VVD-Tweede Kamerlid Ayaan Hirsi Ali, hoe hoog haar aanzien in de Westerse wereld ook is, is jammer maar waar.
Wouter ter Heide
(Uitpers, nr. 73, 7de jg., maart 2006)