Eithne B. Carlin (tekst) en Diederik Van Goethem (fotografie), In de schaduw van de tijger, de Indianen van Suriname, KIT Publishers, Amsterdam, 2009, 108 blz. ISBN 978-9460220258

In Suriname worden negen afzonderlijke Indianentalen gesproken door acht verschillende etnische groepen. De Kari’na (Caraïben) en de Lokono(Arowakken) leven langs de oceaan en de savannegordel en worden Benedenlandse Indianen genoemd. De Bovenlandse Indianen (Trio, Akuriyo, Wanaya, Sikiïyana, Tunayana en Mawayana) leven in het oerwoud en op de zuidelijke savanne van Suriname.
De linguïste Eithne Carlin, verbonden aan de universiteit van Leiden, doet al twaalf jaar onderzoek naar die Indiaanse talen waarvan een aantal op sterven na dood zijn. Het gaat al bij al over een zeer kleine populatie. Volgens de recentste volkstelling leven er 18.037 Indianen (Inheemsen’) in Suriname. Dat is niet meer dan 3,7 procent van de totale Surinaamse bevolking. Van deze 18.037 leven er dan nog 5353, dat is 29 procent, in de hoofdstad Paramaribo.
Oorspronkelijk waren er volgens Carlin veel meer etnische groepen, maar die hebben zich in de eerste helft van de twintigste eeuw samengevoegd tot één groep onder één naam en met één gezamenlijke taal. Zo zijn bijvoorbeeld de Trio ontstaan. Omgekeerd zijn er ook dorpen gecreëerd onder invloed van zendelingen waarin verschillende talen gesproken worden. Dat gaat onder meer op voor het multi-etnische dorp Kwamalasamutu (‘plaats van bamboe en zand’) in het zuiden van Suriname.
Carlin ziet de toekomst van de Indianentalen in Suriname zeer somber in. Een aantal worden nog slechts door enkele mensen gesproken en zijn ten dode opgeschreven. In Suriname ontbreekt een taalbeleid. De Indiaanse talen zijn niet eens officieel erkend. Geen enkele andere taal dan het Nederlands heeft overigens een officiële status in Suriname en op scholen worden, naast het Nederlands, alleen Europese talen en culturen onderwezen. Er bestaat ook geen gemeenschappelijke Indianentaal. Dat wordt vooral door de Indianen van het kustgebied die politiek het actiefst zijn als een handicap ervaren.
In de schaduw van de tijger is geen hommage aan de nobele wilde die in verbondenheid met de natuur leeft. Carlin probeert een zo getrouw mogelijk beeld te schetsen van het leven van de Indianen in de 21ste eeuw in plaats van hen te positioneren als ‘de exotisch andere’. Dat is ook de bedoeling van de titel van dit boek. In de schaduw van de tijger is een verwijzing naar het feit dat nieuwe levensstijlen hun plaats vinden in het raamwerk van de oude, en tot bloei komen in de schaduw van de tijger, het symbool van de waarden en overtuigingen van de Indianen waar zij in enkele mooie passages naar verwijst. (In de wereldbeschouwing van de Indianen hebben alle levende wezens een ziel en een omhulsel, door hen ‘de kleren van de ziel’ genoemd.)
De boeiende tekst van Carlin In de schaduw van de tijger is echter slechts een klein gedeelte van dit boek dat voor het grootste gedeelte bestaat uit prachtige foto’s van Diederik Van Goethem waarvan de meeste door Carlin van een beschrijvende ondertiteling worden voorzien.
(Uitpers nr. 130, 12de jg., april 2011)
U kunt dit boek via de link hieronder rechtstreeks bestellen bij:
en wie via Uitpers bestelt, helpt Uitpers!
De link:
http://www.groenewaterman.be/anne/index.dll?webpage=index.htm&inpartcode=912655&refsource=uitpers