Met een duidelijke meerderheid verwierpen de Ierse kiezers in een referendum op 12 juni het Verdrag van Lissabon. De Europese leiders weten niet hoe te reageren. Ze proberen vooral de schijn op te houden dat het allemaal wel meevalt.
De Ierse kiezers hebben zich met een meerderheid van 53,4 % tegen 46,6 % uitgesproken tegen het Verdrag van Lissabon. De ja-stemmen haalden een meerderheid in slechts 10 van de 43 kieskringen. Daarmee is Ierland de derde lidstaat die zich in een referendum met een duidelijke meerderheid uitspreekt tegen de al dan niet herverpakte Europese grondwet. Opnieuw blijkt hoe groot de kloof is tussen de Europese burgers en het neoliberale project van de Europese Unie. De Europese leiders staan met de billen bloot: de Franse president Sarkozy die zichzelf opwierp als de vader van het ‘miniverdrag’, de Duitse bondskanselier Angela Merkel die het verdrag heeft onderhandeld, en de voorzitter van de Europese Commissie Manuel Barroso die het door dik en dun heeft verdedigd.
De Europese leiders weten niet wat ze nu moeten doen. Een koerswijziging weg van het neoliberalisme is voor hen geen optie. Dus wordt vooral tijd gewonnen. Zij staan inderdaad voor een moeilijke klus.
Een herziening van de Europese verdragen is enkel mogelijk mits goedkeuring door al de lidstaten. Daarom wordt overwogen Ierland een tweede referendum op te dringen(1). Maar dat is riskant, omdat de nee-stemmers een duidelijke meerderheid vormen, en de opkomst erg groot was. In 2001 was de opkomst bij het eerste referendum over het Verdrag van Nice klein (34,8%), wat een argument was om het een jaar later over te doen. Nu was de opkomst met 53 % zelfs groter dan bij het tweede referendum over het Verdrag van Nice. De Ierse sociaaldemocratische leider Eamon Gilmore, die campagne had gevoerd voor het ja-kamp, verklaarde na het referendum het Verdrag van Lissabon dood, en sloot een tweede referendum uit. Bovendien weten de Europese leiders dat het Ierse ‘neen’ de weerspiegeling is van een gewijzigde stemming in Europa. Net daarom hebben ze er alles aan gedaan om referenda in andere lidstaten te vermijden.
Een andere optie bestaat erin de Ieren in de hoek te zetten, en te kiezen voor een Europa met verschillende snelheden. Maar dat stuit dan weer op het verzet van belangrijke landen als Groot-Brittannië, die het risico niet willen lopen zelf uit de kern van de Europese Unie te worden gesloten. Bovendien is het niet duidelijk waarom Ierland nu zou worden gestraft, terwijl eerder ook de Franse en Nederlandse kiezers ‘neen’ hebben gestemd. Ierland is geen land in de marge van de EU: het maakt deel uit van de eurogroep. De Duitse bondskanselier Angela Merkel sloot daarom snel en krachtig iedere hint naar een Europa met twee snelheden uit.
Men ziet dus de keuze waar het neoliberale Europa voor staat: ofwel moeten de Ieren gedwongen worden ‘ja’ te stemmen, ofwel wordt uitdrukkelijk gekozen voor een Europa met verschillende snelheden, ofwel belandt het Verdrag van Lissabon in dezelfde vuilbak als de Europese Grondwet die het moest vervangen. Geef toe, het is geen gemakkelijke keuze(2).
Dat hebben de Europese leiders begrepen, en dus werd op de Europese top van 19 en 20 juni de hete aardappel doorgeschoven naar de volgende top op 15 oktober, onder Frans voorzitterschap(3). Het is wel sneu voor het Sloveense voorzitterschap, dat eerst elk initiatief moest achterwege laten om toch maar geen risico’s te nemen met het Ierse referendum, en dat nu “zijn” Europese top toch nog verknoeid zag door het Ierse ‘neen’.
Spanningen
In afwachting van de volgende top in oktober moet de ratificatie van het Verdrag van Lissabon doorgaan, om alle opties open te houden. Politici zoals de Tsjechische president Vaclav Klaus(4) of de Britse minister van buitenlandse zaken Miliband(5), die in reactie op het Ierse referendum het Verdrag van Lissabon dood verklaarden, werden daarom snel tot de orde geroepen.
Als zij doorgaan met de ratificatie treden de Europese leiders hun eigen wetten met de voeten. Ratificatie vereist immers unanimiteit van de lidstaten, en één lidstaat heeft in een grondwettelijk vastgelegde procedure de ratificatie verworpen.
Op de volgende Europese top in oktober zal de discussie verder gaan, maar “oplossingen” moeten ook dan volgens de Ierse minister van buitenlandse zaken Michael Martin (nog) niet worden verwachten: “Uiteraard zal de bijeenkomst van de raad in oktober een gelegenheid zijn om een voortgangsrapport te maken, maar ik zou niet uitgaan van oplossingen in oktober“. Hoe langer de impasse duurt, hoe groter de spanningen en tegenstellingen kunnen worden, meer bepaald over hoeveel druk op Ierland moet worden uitgeoefend. Over spanningen gesproken: in Brussel haalden Nicolas Sarkozy en Silvio Berlusconi al ongehoord hard uit naar de Europese Commissie, die verweten werd het Ierse ‘neen’ door haar eigengereid optreden in de hand te hebben gewerkt.
Geen woorden maar daden
Commissievoorzitter Manuel Barroso wil het Europees beleid met of zonder Verdrag van Lissabon op koers houden. Hij zei net hetzelfde na het dubbele “neen” van Frankrijk en Nederland. Waarom ook niet: ondanks alle pleidooien over de noodzaak van institutionele hervormingen na de uitbreiding, blijkt de Europese beslissingsmachine geolied te draaien op basis van het vermaledijde Verdrag van Nice.
Het vertrouwen van de bevolking zal niet terug gewonnen worden door institutionele hervormingen, maar door zichtbaar beleid, zo luidt deze piste. Maar klopt dat wel? In de maanden vóór het Ierse referendum werden concrete beleidsmaatregelen juist vermeden, om de neen-stem niet in de kaart te spelen door een te grote Europese zichtbaarheid… Afgezien van snoepjes zoals goedkoper bellen heeft het neoliberale Europa de burgers dan ook weinig te bieden.
Zo bleek toen op de Europese top van juni de hoge energie- en voedselprijzen aan de orde waren. De Italiaanse premier Berlusconi stelde een Robin Hoodbelasting voor op de grote oliemaatschappijen om het geld te geven aan de armen. Oostenrijk was voor een belasting op speculatieve winsten. Frankrijk wilde de BTW op energie verlagen ten gunste van vissers, transporteurs en boeren. Maar daar kwam allemaal niets van in huis. De marktwerking mag immers niet worden verstoord. Enkel maatregelen voor een beperkte duur, gericht op de allerarmsten, en losgekoppeld van de prijzen van voeding en energie, kunnen door de beugel. En zelfs die werden door de Europese top niet genomen, maar doorverwezen naar de lidstaten.
De Europese Centrale Bank (ECB) blijft ondertussen “prioriteit geven aan de strijd tegen de inflatie”, en zou eerstdaags haar rentevoeten zelfs verhogen, om door het afremmen van de economische groei de looneisen onder druk te zetten. Overal is Europa eisen de werknemers hogere lonen in reactie op de gestegen voedsel- en energieprijzen. De voorzitter van de ECB Jean-Claude Trichet probeert het nu voor te stellen alsof dit rentebeleid precies gericht is tegen de prijsstijgingen: een sterke euro houdt de importprijzen van energie en voeding laag. Trichet probeert zijn beleid dat gericht is tegen de looneisen van de werknemers dus te verpakken als een antwoord op hun eisen! En dan maar verbaasd zijn dat een ‘concreet’ beleid de mensen niet dichter bij Europa brengt…
John Monks
In een commentaar op het Ierse referendum verklaarde John Monks, de algemeen secretaris van het Europees Vakverbond: “Dit is een tegenslag voor Europa, maar het onderlijnt de noodzaak snel een veel sterker sociale en op de bevolking gerichte aanpak in te voeren in het Europees beleid. Al te lang heeft Europa te weinig aandacht besteed aan de verwachtingen en de rechten van de werknemers en anderen die zich bedreigd voelen door de globalisering en het ritme van de veranderingen. Deze boodschap uit Ierland, zoals eerder uit Frankrijk en Nederland, moet ditmaal dringend beantwoord worden met daden”. Na het Uitboerend Comité sprak het EVV voor zijn doen krijgshaftige woorden(6)Ook een netwerk zoals het Europees Netwerk Tegen de Armoede wijst op de sociale wortels van het Ierse ‘neen’(7).
De vraag is dan waarom de strijd voor de sociale eisen niet wat krachtdadiger wordt aangepakt, en geen globaal gevecht gevoerd wordt voor een daadwerkelijke koerswijziging. Na het Ierse referendum zal weer veel inkt vloeien over de motieven van de Ierse kiezers (over de motieven van de ‘neen’-stemmers(7). De ‘ja’-stemmers worden per definitie bewogen door hoogstaande nobele motieven, samengevat als ‘de Europese gedachte’). Maar als de motieven van de neen-stemmers vele schakeringen vertonen, en als de diepe malaise bij de bevolking over het ondemocratisch en asociaal karakter van de Europese constructie geen positieve uitweg vindt, ligt dat dan aan die kiezers?
Ander nieuws uit de Europese Unie
Binnenmarkt
Na hard verzet van lidstaten zoals Frankrijk en Duitsland zullen de Europese energiereuzen niet verplicht worden hun transportnetwerken te verkopen (“ontbundelen”). De Europese Commissie wilde deze verkoop opleggen, om de concurrentie in de Europese energiemarkt te vergroten.
De lidstaten verkregen de keuze tussen drie vormen van “ontbundelen”: de transportnetwerken verkopen; het beheer (niet de eigendom) van de transportnetwerken toevertrouwen aan een apart bedrijf dat geen aandeelhouders gemeenschappelijk heeft met het energiebedrijf; het beheer toevertrouwen aan een aparte beheerder onder toezicht van een nationale regulator. Het Europees Parlement spreekt zich in juli uit over dit akkoord.
Eurocommissaris voor concurrentie Neelie Croes begon inmiddels een onderzoek tegen het Duitse E.ON en het Franse Gaz de France wegens prijsafspraken.
In de telecommunicatiesector moest de Europese Commissie plannen voor een Europese regulator sterk afslanken. De nationale regulatoren blijven bevoegd telecommunicatiebedrijven te splitsen in dienstverleners en netwerkbeheerders, indien zij dit nodig achten om de concurrentie te verzekeren.
De Europese Commissie heeft beslist haar ontwerp van anti-discriminatierichtlijn dan toch niet te beperken tot de discriminatie van gehandicapten. Onder druk van het zakenleven had zij die beperking ingevoerd, maar onder grote tegendruk zou het ontwerp dat op 2 juli bekend gemaakt wordt nu alle vormen van discriminatie betreffen, zoals discriminatie op grond van geslacht, ras of etnische achtergrond, religieuze overtuiging, handicap, leeftijd of seksuele voorkeur. Ook homofobie zal onder de richtlijn vallen. De richtlijn betreft discriminatie op de werkplaats of in het economisch verkeer.
Economisch en monetair beleid
Slowakije wordt op 1 januari 2009 het zestiende lid van de eurozone. Het haalt met vlag en wimpel de economische en financiële voorwaarden voor het lidmaatschap. Toch dringt de Europese Centrale Bank aan op bijkomende maatregelen: meer marktwerking, meer concurrentie in de energiesector, minder overheidsuitgaven, meer loonmatiging.
Sociaal Europa
De ministerraad bereikte op 10 juni een akkoord over twee controversiële richtlijnen over arbeidsvoorwaarden, waarover de discussie al jaren vast zat. Het Sloveense voorzitterschap had beide discussies aan elkaar gekoppeld, om een globaal compromis mogelijk te maken.
Het voorstel voor de uitzendrichtlijn bepaalt nu dat uitzendkrachten werken aan dezelfde basisvoorwaarden als reguliere arbeidskrachten vanaf de eerste dag van hun tewerkstelling, tenzij een akkoord tussen de sociale partners in een lidstaat dit anders regelt. In een sociaal akkoord vorige maand in Groot-Brittannië was afgesproken dat uitzendkrachten in Groot-Brittannië dezelfde basisrechten krijgen vanaf de dertiende arbeidsweek. Dit Britse akkoord baande de weg voor het Europese compromis. In de Europese Unie werken 8 miljoen uitzendkrachten.
De tweede discussie ging over de herziening van de arbeidstijdrichtlijn. Deze voert normen in voor minimale rustperiodes en breaks, maximale wekelijkse arbeidstijd, jaarlijks verlof, en zaken als nachtwerk, ploegenarbeid en werkorganisatie.
Een eerste discussiepunt betrof de tijd dat werknemers niet werken, maar wel beschikbaar moeten zijn op het werk, bijvoorbeeld verplegers die inslapen in het ziekenhuis. Het Europees Hof van Justitie heeft geoordeeld dat dit arbeidstijd is. De ministers beslisten nu echter dat de lidstaten een onderscheid mogen maken tussen “actieve” en “inactieve” tijd die men zo doorbrengt op de werkplaats. “Inactieve” tijd telt niet mee als arbeidstijd, tenzij een wet of sociaal akkoord in de lidstaat anders bepaalt.
Een tweede discussie betrof de compensaties indien afgeweken wordt van de voorgeschreven rusttijden en dergelijke. De nieuwe tekst bepaalt dat de lidstaten bij wet of via een sociaal akkoord zelf kunnen bepalen wat een redelijke termijn is waarbinnen deze compensaties moeten worden toegekend.
Ten slotte was er het punt betreffende de wekelijkse arbeidsduur die niet hoger mag zijn dan gemiddeld 48 uren over een periode van vier maanden. Om de referteperiode te verlengen tot 12 maanden was tot nog toe een sociaal akkoord nodig, maar vanaf nu kan het ook bij wet, “na raadpleging van de sociale partners”.
Ondermeer de Britten hadden de mogelijkheid van gans deze regeling af te wijken. Zij behouden deze mogelijkheid (“opt out“). Indien de werknemer uitdrukkelijk, vrijwillig en na informatie (sic) akkoord is, mag de gemiddelde arbeidsduur 60 uur bedragen over 3 maanden, of 65 uur met inbegrip van de “inactieve on-call arbeidstijd”. Nochtans was het de bedoeling de Britse “opt out” af te bouwen, maar dat gaat dus niet door.
Er worden wel enkele “waarborgen” ingebouwd. Zo mogen een werknemers tijdens de proeftijd het akkoord met een afwijkende maximum arbeidsduur intrekken…
Omdat de richtlijn beoogt de gezondheid van de werknemers te beschermen, moeten de lidstaten met een “opt-out” regelmatig een rapport maken om te zeggen dat zij wel degelijk de gezondheid van de werknemers in acht nemen. Kan het nog veel schijnheiliger?
Een aantal lidstaten (België, Portugal, Spanje, Cyprus, Hongarije en Griekenland) ging dit allemaal toch wat te ver, zodat het uiteindelijk tot een stemming moest komen, wat eerder ongewoon is.
Voor eurocommissaris Splida is het compromis een mooi voorbeeld van “flexicurity”, maar het EVV spreekt schande over de afspraken in de arbeidstijdrichtlijn. Het wijst er op dat voor het eerst de herziening van een Europese richtlijn uitdrukkelijk een verlaging betekent van het bestaande niveau van sociale bescherming. En dat terwijl iedereen zat te wachten op de herziening van deze richtlijn in de overtuiging dat de bescherming van de gezondheid van de werknemers zou worden versterkt!
Gans het pakket moet nu in tweede lezing terug naar het Europees Parlement.
Migratiebeleid
De “richtlijn van de schande” is definitief goedgekeurd nadat het Europees Parlement in tweede lezing zijn zegen gaf. Europa telt 8 miljoen mensen zonder papieren. Na deze stemming zijn zij meer dan ooit niet alleen mensen zonder papieren, maar ook zonder rechten, naar een woord van Irene Kahn, secretaris-generaal van Amnesty International. Ook protesten van de president van Ecuador Rafael Correa of van zijn Boliviaanse collega Evo Morales konden niet baten, en zelfs kritiek van de Hoge VN-Commisaris voor mensenrechten liet de Europese instellingen koud.
Mensen zonder papieren kunnen nu tot achttien maanden worden opgesloten. Ook kwetsbare personen worden hard aangepakt. Zo is het toegestaan alleenstaande minderjarigen uit te zetten naar een derde land waar zij noch familie noch een legale voogd hebben. Ook mensen die aan ernstige ziektes lijden kunnen de grens worden overgezet. Eenmaal uitgezet mag men vijf jaar lang onder geen enkele voorwaarde de EU nog binnen. Mensen kunnen ook uitgezet worden naar landen waar zij doorheen reisden, maar geen enkele band mee hebben(8).
Buitenlands- en veiligheidsbeleid
De Europese ministers van buitenlandse zaken hebben een akkoord bereikt de sancties tegen Cuba op te heffen. De sancties werden ingevoerd in 2003, in reactie op maatregelen van Havana tegen dissidenten. Het opheffen van de sancties maakt contacten op hoog niveau tussen de EU en Cuba weer mogelijk. De sancties werden opgeheven nadat Tsjechië en Zweden hun verzet lieten varen.
(Uitpers, nr 100, 9de jg., juli-augustus 2008)
Dit artikel werd afgesloten op 26 juni 2008. Het is de dertiende aflevering van de kroniek over de Europese Unie. Sinds juni 2007 vatten we maandelijks in Uitpers de belangrijkste actualiteit van de Europese Unie samen. De informatie steunt op www.euobserver.com, de websites van de Europese instellingen, de kranten en de activiteit van de Europese sociale bewegingen.
Voetnoten:
(1) Eventueel zouden allerlei (schijn)toegevingen gedaan worden aan de Ierse publieke opinie. Het linkse Sinn Fein maakte enkele eisen bekend. Iedere lidstaat moet het recht behouden op een eurocommissaris, en de stemmenverdeling in de ministerraad moet behouden blijven. Lidstaten moeten een vetorecht verwerven in verband met openbare diensten, internationale handel en belastingen, en “opt outs” in verband met kernenergie en militaire kwesties. Bovendien moet er een specifiek artikel komen over neutraliteit. De linkse neen-coalitie, waarvan Sinn Fein deel van uitmaakt, beraadt zich op zaterdag 21 juni, op basis van de besluiten van de Europese top van 19 en 20 juni.
(2) Er doen ook al “creatievere” voorstellen de ronde. Zo wordt gesuggereerd de belangrijkste hervormingen uit het Verdrag van Lissabon op te nemen in het toetredingsverdrag met Kroatië, waarvan de toetreding verwacht wordt in 2010. Toetredingsverdragen worden ook in Ierland goedgekeurd door het parlement, niet via referendum.
(3) Voor de besluiten van de top in Brussel, zie
http://www.consilium.europa.eu/ueDocs/cms_Data/docs/pressData/nl/ec/101356.pdf(4) In Tsjechië heeft de kamer het verdrag goedgekeurd, maar de senaat heeft een advies gevraagd aan het grondwettelijk hof, dat zich in oktober uitspreekt. De Tsjechische eerste minister beloofde op de top in Brussel het Verdrag te ratificeren, maar gaf in een adem toe dat het debat in Tsjechië nog bezig was. In de besluiten van de top werd het Tsjechisch voorbehoud uitdrukkelijk genoteerd. In een vrijmoedige bui gaf de Tsjechische premier toe geen 100 kronen te durven verwedden op een succes indien het Verdrag onmiddellijk in Tsjechië voor ratificatie wordt voorgelegd.
Tsjechië neemt na Frankrijk vanaf 1 januari het voorzitterschap van de EU over. Volgens de planning moest Frankrijk de klus van de relance van de EU op basis van het verdrag van Lissabon tegen dan hebben geklaard, maar die timing ligt nu overhoop.
(5) Miliband verklaarde: « De regels zijn volstrekt helder. Als niet alle 27 staten het verdrag van Lissabon ratificeren, kan het geen kracht van wet krijgen”. Volgens een recente poll steunt 14 % van de Britten het Verdrag van Lissabon. Een “recht”bank verwierp echter de stelling dat er een referendum moest komen omdat het Britse volk gelet op de kiesbeloften van Labour hier aanspraak op kan maken.
(6) Zie
http://www.etuc.org/a/5153 met ook een analyse van het Ierse neen.(7) zie
http://www.eapn.eu/content/view/347/29/lang,fr/(8) Zie het artikel over de Ierse ‘neen’-campagne in het vorig nummer van Uitpers
(9) Commentaar en informatie over verzet op
http://www.statewatch.org