Het gaat radikaal links niet voor de wind in Europa. Bij de laatste verkiezingen voor het Europees Parlement viel de fractie van Verenigd Links terug op iets meer dan 5 % van de stemmen. Zij is nu de kleinste fractie in het Parlement. Tel daarbij dat de groep ook sterk verdeeld is – de helft van de leden behoort tot partijen die lid zijn van de Europese Linkse Partij, de andere helft niet.
Als precies op dat ogenblik een boek uitkomt dat hoop wil bieden voor de toekomst, is dat bijzonder welkom. Het Jaarboek van Transform!Europe, de politieke stichting van Verenigd Links, heeft zonder meer een potentieel om mensen aan te zetten met nieuwe moed te beginnen. Niet alles is verloren, verre van. Er moet wel dringend worden nagedacht over strategie en doelstellingen. Het boek biedt er verschillende aanknopingspunten voor.
Deel I gaat over de nieuwe historische subjecten, met aandacht voor gender en voor kunst. Deel II over de strategie voor links, dan een hoofdstuk over arbeid, aandacht uiteraard ook voor de Europese Unie, voor de andersmondialiseringsbeweging en de lessen van mei ’68, een paar landenverslagen en een kort verslag over de dialoog tussen marxisten en christenen.
Naties en zelfbeschikkingsrecht
In wat volgt wil ik inzoomen op drie hoofdstukken: één van Walter Baier, politiek directeur van Transform!Europe, over de nationaliteitenkwestie in Europa en twee hoofdstukken over de Europese Unie.
De nationaliteitenkwestie is verre van nieuw en wordt tot vandaag gebruikt door voor- én tegenstanders van de EU. Baier herinnert ons aan de discussies erover vóór de Eerste Wereldoorlog.
In feite stonden er toen twee extreme standpunten tegenover elkaar. De socialistisch-kosmopolitische visie van Rosa Luxemburg had het niet over het zelfbeschikkingsrecht van naties, maar wel van de arbeidersklasse. Dat was geen moraliserend gedroom, maar een gevolg va haar economische analyse van het toen geldend kapitalisme.
Daartegenover stond de visie van Lenin die het had over gelijke nationale rechten en daarom de vrijheid bepleitte om onafhankelijke nationale staten te stichten. Een middenpositie werd ingenomen door de Oostenrijker Otto Bauer die het had over nationaal-culturele autonomie met het oog op gelijke nationale rechten binnen een multinationale staat.
Het is die tegenstelling die volgens Baier tot vandaag doorspeelt in het debat. Belangrijk hierbij is dat hoe verschillend deze drie strategieën ook waren, hun theoretische grondslagen ongeveer dezelfde waren. De verschillen kunnen verklaard worden door de doelstellingen en de context die voor ieder anders waren.
Overstappend naar de situatie vandaag citeert Baier de politoloog Moschonas die stelt dat er maar twee mogelijke strategieën zijn. De linkerzijde kan kiezen vóór of tegen integratie in de Europese Unie, beide kunnen coherente standpunten zijn. Wat niet coherent is kiezen voor een Europese strategie maar tegelijk een revolutionair verhaal behouden, of kiezen voor een terugkeer naar het niveau van de naties en tegelijkertijd beweren het universalisme en het wereldproletariaat te vertegenwoordigen.
Vandaag moeten de neoliberale elites hun onvermogen om de crisis te bezweren, betalen met het succes van een nationalistische rechterzijde, terwijl de linkerzijde moet betalen voor haar illusies met de versterking van eurosceptische trends. De linkerzijde zit vast, gekneld als ze is tussen de onmogelijkheid de Europese Unie nog langer te verdedigen en het gebrek aan een geloofwaardig tegenvoorstel om het beleid opnieuw te nationaliseren.
Hoe kan de linkerzijde dan beletten dat de bestaande sociale problemen uitmonden in nieuwe nationale conflicten?
Een eerste punt is dat respect voor nationale soevereiniteit niet in de weg staat van een democratische integratie in een groter geheel, integendeel, het is een eerste voorwaarde. Tot vandaag zijn het de nationale staten die beslissen over hun fiscaliteit en hun sociale bescherming, ook al is er invloed van het mondiale niveau.
Zelfbeschikking is geen metafysische abstractie. Er zijn concrete en realistische standpunten nodig. Je kan onmogelijk een solidaire sociale Staat verdedigen en tegelijk solidariteit met vluchtelingen en migranten weigeren.
De linkerzijde moet ook af van de illusie dat ze voordeel kan halen uit het uiteenvallen van de EU. Nationale tegenstellingen, gebrekkige instellingen en een gedwarsboomde democratie zijn geenszins goede omstandigheden voor het succes van links.
Volgens Baier is er één element dat ontbreekt in de linkse strategie en dat is een goed functionerende democratie. Syriza stond moederziel alleen tijdens de crisis. Wat nodig is zijn instellingen voor buiten-institutionele druk en veranderingen in nationale krachtsverhoudingen, en dat tot op het Europese niveau brengen. De fout die velen maken aan de linkerzijde is te denken dat een Europese democratie slechts kan ontstaan door nationale democratieën af te bouwen.
Wat dringend nodig is, is daarom een debat over hoe een nationaal zelfbeschikkingsrecht kan gelinkt worden aan een transnationale democratie. Op die manier bekeken is er helemaal geen tegenstelling tussen voor- en tegenstanders van de Europese Unie. Wat vandaag ideologische tegenstanders lijken zouden in feite politieke partners moeten worden. Maar het is niet coherent om te weigeren aan meer democratie te werken en tegelijk ook niet minder democratie te willen. Elke eis voor meer bevoegdheden op Europees niveau – denk aan de dreigende militarisering – moet gepaard gaan met een eis voor meer democratie.
Ventotene
Wie kent het nog, het Manifest van Ventotene? Het is een tekst die werd geschreven in 1941 door de antifascistische balling Altiero Spinelli en enkele vrienden. Ze pleiten erin voor een vrij en eengemaakt Europa. Naar aanleiding van de 60ste verjaardag van het Verdrag van Rome kwamen enkele kopstukken van de linkerzijde bijeen om het opnieuw op de agenda te zetten.
Het kan een voorbeeld zijn voor ons, stelt Gabi Zimmer, toen nog voorzitter van de fractie van Verenigd Links, omdat deze mensen vanuit de donkerste periode die het continent kende, zo’n krachtig, moedig en hoopvol manifest konden schrijven.
De tekst is misbruikt door diegenen die schreven aan het Verdrag van Rome, want de geest die daaruit spreekt is geenszins die van Ventotene. Even verwerpelijk was de vergadering die Hollande, Merkel en Renzi hielden op het eiland in 2016. Ook dat was een vorm van verraad.
Luciana Castellina beschrijft de geschiedenis van de EU in wording en herinnert eraan dat de publieke opinie in hoofdzaak totaal onverschillig was. Toch zijn er decennialang diverse voorstellen geformuleerd die van de EU iets anders hadden kunnen maken dan wat het nu is geworden, en het is goed dat ze er aan herinnert dat de beste van die voorstellen kwamen van Jacques Delors, de Nederlander Vredeling en de Franse econoom Jean-Paul Fitoussi. Het mocht niet baten.
De linkerzijde zou vandaag dat Manifest nieuw leven moeten inblazen en de ideeën van Spinelli weer op tafel leggen. Want er is dringend nood aan een politiek en sociaal Europa. Wat echter vooral ontbreekt vandaag zijn de intermediaire instellingen op Europees niveau, zoals vakbonden, partijen, media en sociale bewegingen. En uiteraard moet worden gewerkt aan een betere democratie.
Daarvoor moeten we actie voeren, en daarbij mag de cultuur nooit uit het oog worden verloren. Waar de linkerzijde zich vandaag in eerste instantie moet om bekommeren is de maatschappelijke context, meer dan de instellingen in Brussel.
De toekomst van radikaal links
Het is geweten dat de linkerzijde er niet zo best voor staat in Europa vandaag. De sociaal-democratie bolt achteruit, radikaal links smelt weg. Het is die crisis die we als opportuniteit moeten zien, aldus Heinz Bierbaum, hoofd van de Internationale Commissie van die Linke.
De aanknopingspunten zijn de ‘Caucus’ die in het Europees Parlement tot stand kwam vóór de verkiezingen, tussen Verenigd Links, de sociaal-democraten en Groen. Er is de Europees Linkse Partij die nu haar profiel aan het verscherpen is. En er is het Forum van Marseille, een bijeenkomst van sociale bewegingen die voor de tweede keer in Bilbao vergaderde. Een derde vergadering is gepland voor de herfst van 2019.
Ook politiek, binnen de instellingen, zijn er kansen, zoals de Europese Pijler voor sociale rechten, waarop verder gebreid kan en moet worden.
Het is, aldus Bierbaum, best mogelijk om met ietwat goede wil, een degelijk politiek project op poten te zetten, zodat de linkerzijde zich kan versterken en haar stem kan gehoord worden. De toekomst van links in Europa hangt af van haar vermogen om samen te werken en de kansen te grijpen die er wel degelijk zijn. Er staat veel op het spel.
Lezen dat boek: dit is de goede raad aan iedereen die het goed meent met links en inderdaad ook Europees vooruit wil.