Gareth Peirce ‘Dispatches from the Dark Side: on Torture and the Death of Justice’, Verso Books, Brooklyn-Londen, 2011.
Volgens John Pilger is het de hoogste tijd om Tony Blairs misdaden tegen de mensheid te erkennen nu Afghanistan en Irak dreigen te worden overgedaan in Syrië en Iran. Daarvoor moeten we niet op de massamedia rekenen. Die roffelen al volop de oorlogstrom voor een nieuwe oorlog, die met hun medeplichtigheid in een wereldoorlog kan ontaarden.
In dit zopas verschenen boek verzamelt de Britse advocate voor de mensenrechten Gareth Peirce de bewijzen voor de misdaden tegen de mensheid van Tony Blair en zijn collaborateurs. Zij gebruikt daarvoor onverdachte bronnen: de archieven van het kabinet van de Britse eerste minister. John Pilger raadt dit boek ten zeerste aan en hoopt dat er een rechtszaak uit volgt. © Verso Books
(Opmerkingen tussen haakjes zijn toelichtingen bij de vertaling.)
Kabuki-theater
In het Kabuki-theater van de Britse parlementaire politiek komen nooit grote misdaden voor en gaan criminelen vrijuit. (Kabuki is Japans traditioneel danstheater met bizarre plots en extravagante kostuums dat een hele dag kan duren). Dat is immers wat het is: theater. Het gaat om pirouettes, niet om acties die worden op touw gezet ver weg van hun gevolgen. Dat is een veilige manier van werken, waar zowel de spelers en de critici zich aan houden.
Een van de meest talentrijke bedrijvers van deze kunst, Tony Blair, gaf bij zijn afscheid (van de politiek) een speech die volgens tv-presentator Jon Snow (nieuwslezer bij het Britse Channel 4) “doordrenkt was van een gevoel van morele overtuiging”, alsof de oproep van Blair aan zijn Kabuki-toegewijden iets mythisch had. Dat hij ook een oorlogsmisdadiger is, was niet relevant.
Gareth Peirce, onvermoeibare stem voor rechtvaardigheid
Het stilzwijgen over de misdaden van Blair en van zijn regeringen wordt beschreven in het boek van Gareth Peirce ‘Dispatches from the Dark Side: on Torture and the Death of Justice’ (‘Berichten uit de onderwereld: over foltering en de dood van het recht’), dat deze maand in paperback bij Verso verschijnt.
Peirce is de meest uitgesproken Britse mensenrechtenadvocaat. Haar klopjacht tegen beruchte dwalingen van het rechtsapparaat en voor rechtvaardigheid voor de slachtoffers van de misdaden van de staat – zoals folteringen en uitleveringen – is ongeëvenaard.
Wat zo ongewoon is aan haar verhaal over wat ze ‘de morele en wettelijke heksenketel’ in de nasleep van 9/11 noemt, is dat ze zich baseert op de memoires van Blair en (zijn toenmalige woordvoerder) Alistair Campbell, op de verslagen van zijn kabinet en op de rapporten van MI6 en de regels van de wetten die op hen van toepassing zijn. (MI6 is Military Intelligence, de Britse militaire inlichtingendienst).
Advocaten zoals Peirce, Phil Shiner en Clive Stafford-Smith hebben er voor gezorgd dat de inbeschuldigingstelling van de heersende machten niet langer een taboe is. Israël, Amerika’s huurmoordenaar, wordt nu algemeen erkend als de meest wetteloze staat ter wereld. Donald Rumsfeld (voormalige minister van Defensie onder George W. Bush) en consoorten vermijden nu landen waar de wet tot over de grenzen heen reikt, net als George W. Bush en Blair.
Tony Blair, onvermoeibaar strijder voor eigen gewin
Met een job voor ‘het verwezenlijken van vrede’ en voor ‘ontwikkeling’ die geen echt ‘werk’ inhoudt, kan hij zijn fortuin aanvullen dat hij heeft opgebouwd sinds hij Downing Street heeft verlaten (het adres van het kabinet van de Britse eerste minister). De meeste van Blairs kakelreizen concentreren zich op de monarchieën van de Golf, de VS, Israël en een aantal veilige havens zoals de kleine Afrikaanse staat Rwanda.
Sinds 2007 is Blair daar al zeven maal op bezoek geweest, waar hij met de privéjet van president Paul Kagame kan rondreizen. Het regime van Kagame, die zijn tegenstanders brutaal het zwijgen heeft opgelegd op basis van bekokstoofde aanklachten, is volgens Blair ‘vernieuwend’ en ‘leidinggevend’.
Het boek van Peirce bereikt iets onmogelijks over Blair: het schokt. Door de “niet te verrechtvaardigen hypotheses, de ongeremde oorlogszucht, de vervalsing en de gewilde onwettelijkheid” uit te pluizen die tot de invasies van Afghanistan en Irak hebben geleid, identificeert zij de aanval van Blair op moslims als crimineel en racistisch.
“Menselijke wezens waarvan wordt verondersteld dat ze er [islamitische] ideeën op nahouden moesten worden uitgeschakeld met alle mogelijke middelen, voor altijd …”. In Blairs woorden waren zij een ‘virus’ dat moest worden ‘geëlimineerd’ en was daar “een veelheid van interventies diep in de aangelegenheden van andere naties voor nodig”. Volledige naties werden herleid tot ‘spatten verf’ op een canvas waarop de Napoleon van de Labour Party “de wereld zou herordenen”.
Onze waarden tegen de hunne
Het concept van de oorlog werd ontdaan van zijn betekenis in het woordenboek en werd ‘onze waarden tegen de hunne’. De feitelijke daders van de aanslagen van 9/11, bijna allemaal Saoedi’s die in de VS hadden leren vliegen, werden daarbij over het hoofd gezien. De ‘spatten verf’ werden bloedrood – eerst en vooral in Afghanistan, het land van de armsten der armen. Geen enkele Afghaan was lid van al-Qaeda. Integendeel, de weerzin was wederzijds. Dat had geen enkel belang.
Eenmaal de bombardementen begonnen op 7 oktober 2001, werden tienduizenden Afghanen gestraft met uithongering toen het Wereldvoedselprogramma van de VN zich terugtrok net voor de winter. In één van de getroffen dorpen, Bibi Mahru, was ik getuige van de gevolgen van één enkele aanval met een Mk82 ‘precisiebom’ die twee families vernietigde, waaronder 8 kinderen. Alistair Campbell schreef: “TB zei dat ze moesten weten dat we hen zouden pijn zouden doen als ze OBL niet aan ons bezorgden”.
(TB = Tony Blair, OBL = Osama Bin Laden)Het tekenfilmpersonage Campbell was al bezig een andere dreiging in Irak in elkaar te steken. Die had volgens het Centre of International Studies van MIT (Massachussets Institute of Technology) als ‘opbrengst’ 800.000 à 1,3 miljoen doden: cijfers die de schatting overtreffen van de Fordham University over het aantal doden in de genocide van Rwanda.
Niet één dissidente stem in eigen rangen
“En toch”, zo schreef Peirce, “toonde de stroom van e-mails en interne regeringscommuniqués geen enkele dissidente stem.” Ondervragingen onder foltering gebeurden onder de “uitdrukkelijke instructies … van de ministers van de regering”. Op 10 januari 2002 e-mailde de minister van Buitenlandse Zaken Jack Straw naar zijn collega’s dat het uitleveren van Britse burgers naar Guantanamo “de beste manier was om onze doelstelling van contraterrorisme te bereiken”.
Hij verwierp “het enige alternatief van repatriëring naar het Verenigd Koninkrijk”. In zijn latere hoedanigheid van minister van Justitie hield Straw incriminerende kabinetsverslagen achter in weerwil van de eis van de Information Commissioner (het Britse instituut voor openbaarheid van informatie).
Op 6 februari 2002 noteerde minister van Binnenlandse Zaken David Blunkett dat hij niet gehaast was “om ook maar één individu te zien terugkeren [van Guantanamo] naar het VK”. Drie dagen later schreef vice-minister van Buitenlandse Zaken Ben Bradshaw: “We moeten alles doen wat we kunnen om te vermijden dat die gedetineerden naar het VK worden gerepatrieerd.”
Niet één van de mensen die ze uitleverden, werd ergens van beschuldigd. De meesten onder hen waren als buit verkocht aan de Amerikanen door Afghaanse krijgsheren. Peirce beschrijft hoe ambtenaren van buitenlandse zaken voorafgaand aan een inspectie in Guantanamo al hadden ‘vastgesteld’ dat de Britse gevangenen ‘menselijk werden behandeld’ terwijl het tegengestelde waar was.
Alleen brute overmacht brengt onze ‘boodschap’ over
Compleet ondergedompeld in dit avontuur en zijn leugens, terwijl het alleen luisterde naar de ‘oprechtheid’ van zijn leider, raadpleegde de Labour-regering niemand die de waarheid sprak. Peirce citeert een van de meest betrouwbare bronnen, Conflicts Forum, dat door de voormalige Britse inlichtingenofficier Alastair Crooke wordt bestuurd.
Die argumenteert dat “om de [islamitische] groeperingen met plaatselijke steun te isoleren en te demoniseren de perceptie kracht werd bijgezet dat het Westen alleen de taal van militair overwicht verstaat”. Door doelbewust de waarheid te ontkennen, hebben Blair, Campbell en hun echokamers de kiemen gezaaid van de aanslagen van 7/7 in Londen (de aanslagen van 7 juli 2005 op lijnbussen en de metro in Londen waarbij 52 doden en meer dan 700 gewonden vielen).
Afghanistan/Irak bis
Vandaag loert een ander Afghanistan en Irak om de hoek in Syrië en Iran, misschien zelfs een wereldoorlog. Eens te meer proberen stemmen, zoals die van Crooke, de media te laten watertanden voor een ‘interventie’ in Syrië. De burgeroorlog vraagt er echter om deskundige en geduldige onderhandelingen, niet de provocaties van de SAS (Special Air Service, Britse dienst voor clandestiene militaire operaties) en de al te bekende ingekochte ballingen die in het Anglo-Amerikaanse paard van Troje meerijden.
(Uitpers nr. 140, 13de jg., maart 2012)
John Pilger,
16 februari 2012(Vertaling uit het Engels en inleiding: Lode Vanoost)