Het Hongaarse parlement heeft met grote meerderheid een nieuwe grondwet aangenomen die in meer dan één opzicht verontrustend is. Die grondwet is in meer dan één opzicht discriminerend, hij is de triomf van al degenen die Europa als een christelijk conservatief bolwerk zien. Die grondwet illustreert de opmars van uiterst-rechts in de Europese Unie, waarbij de Hongaarse regeerders van de Fidesz en hun bondgenoten van de nog rechtsere Jobbik het voortouw nemen. En dat terwijl Hongarije voorzitter is van de EU.
De voorzitter van de EU die de EU openlijk aanvalt. Het gebeurde op 15 maart bij de viering van de Hongaarse opstand van 848, een nationale feestdag. “We hebben in 1848 het hoofd geboden aan het dictaat van Wenen, in 1956 en 1989 aan de dictaten van Moskou en nu bieden we het hoofd aan het dictaat van Brussel”, aldus de Hongaarse eerste minister en EU-voorzitter Viktor Orban. De EU is namelijk iets te kritisch over zijn aanpak.
Begin dit jaar toonde de EU zich bezorgd over de nieuwe Hongaarse mediawet die de media een “vaderlandslievende” lijn wilde opleggen – Orban bracht enkele cosmetische wijzigingen aan. Vorig jaar had de kersverse rechtse regering van Viktor Orban al voor ophef gezorgd met de toekenning van het Hongaarse staatsburgerschap aan de etnische Hongaren buiten Hongarije om zo “het onrecht van Trianon” te herstellen.
Dat is een verwijzing van het Verdrag van Trianon van 1920 waarbij Hongarije als bondgenoot van Duitsland het grootste deel van zijn vroeger grondgebied verloor. In de “verloren gebieden” hadden de Hongaarse heersers, voorop de grootgrondbezitters, wel een politiek van zware discriminatie gevoerd waarbij Roemenen, Slovaken, Serven, Roma, Oekraïeners geen rechten hadden. Trianon is sindsdien een steeds terug opduikend trauma dat het Hongaarse nationalisme (en revanchisme) voedt. Het trauma van Trianon werkte in 1922 de triomf van de uiterst-rechtse Horty in de hand en is na de implosie van het communistisch regime in 1989 weer een zeer geliefd thema van rechts en uiterst-rechts.
Christelijk
Rechtse partijen hebben binnen de Europese Unie met steun van het Vaticaan jarenlang geijverd om in de Europese “grondwet” een bepaling te krijgen die verwijst naar de zogenaamde christelijke wortels van Europa. De Fidesz, lid van de Europese Volkspartij (EVP) is er alvast in geslaagd dat in Hongarije gedaan te krijgen. En hoe!
De grondwet heeft het over de “christelijke grondslag van onze beschaving”, zegt dat een huwelijk alleen kan tussen man en vrouw en dat de foetus vanaf de verwekking moet beschermd worden. Grondwettelijk kan zwangerschapsonderbreking dus verboden worden, het homohuwelijk kan men wel vergeten en atheïsten, joden, moslims en andere zijn geen echte Hongaren. Amnesty International heeft deze grondwet terecht bestempeld als een aantasting van fundamentele mensenrechten. En Guy Verhofstadt heeft als voorzitter van de Liberale fractie in het Europees Parlement de EU-Commissaris voor Justitie Viviane Reding alvast gevraagd een onderzoek in te stellen naar de verenigbaarheid van die grondwet met de principes van de rechtstaat en van de mensenrechten.
Het reactionair karakter van die klerikale grondwet komt nog veel sterker naar voor in het voorwoord. Dat staat bol van de meest obscurantistische patriottische retoriek over de duizendjarige Hongaarse natie die zo vaak in haar geschiedenis is “onderbroken”, vooral dan met het communisme van 1948 tot 1989. Want communisten waren geen echte Hongaren, zeker niet die communistische leiders met niet-christelijke, zijnde joodse, wortels. Het anticommunisme van de Fidesz is doorspekt met ene flinke dosis antisemitisme.
De etnische omlijning van Hongarije en de Hongaarse natie, zet ook de deur open voor een herziening van de grenzen van “Trianon”. Het wakkert het oplaaien de racisme tegen de Roma aan. Zogenaamde “burgermilities” van Jobbik zaaien al maanden paniek in dorpen van Roma door mensen te vermoorden en woningen in brand te steken. De jongste tijd zijn die milities ook erg actief in de zigeunerwijken van de steden,
In het overzicht van de duizendjarige “natie” is er een opvallende leegte: 1922 tot 1944, het regime van Horty, bondgenoot van nazi-Duitsland maar in de ogen van Fidesz en Jobbik een grote patriot die het onrecht van Trianon wou ongedaan maken. In de media wemelt het van de lofzangen op Horty.
Kulturkampf
Intussen wordt elke kritische stem aangepakt, ook al gaat die kritiek soms om futiliteiten. Zeven ambtenaren die bedenkingen hadden bij de voorgestelde naamkeuze voor de luchthaven, werden ontslagen. Orban heeft een hysterische campagne ontketend tegen zes intellectuelen onder wie de 81-jarige filosofe Agnes Heller. Ze worden bestempeld als “een liberale intellectuele”, blijkbaar een scheldwoord, en wordt beschuldigd van verduistering van fondsen, maar toevallig zijn Heller en haar collega’s scherpe critici van het anti-cultuurbeleid van de regering.
“We beleven een Kulturkampf tegen de intellectuelen “, aldus Heller die verwijst naar de hetze tegen al wie naam heeft in de wereld van media, opera en theater. Heller werd tijdens de communistische periode internationaal bekend om haar kritische opstelling, wat tot haar uitsluiting uit de partij leidde. Zij maakte deel uit van de “School van Boedapest” van wijlen György Lukasc, een van de grootste kritische marxistische filosofen van de 20ste eeuw.
Wat in Hongarije gebeurt is bijzonder verontrustend. Het illustreert hoe uiterst-rechtse ideeën gebanaliseerd raken, de buitenwereld heeft er nauwelijks aandacht voor. Het gaat ons nochtans allemaal aan, we zien daar hoe gemakkelijk uiterst-rechts erin slaagt zijn ideeën in de praktijk te brengen. Met de steun van de EVP waarvan onze CD&V deel uitmaakt!
(Uitpers nr. 131, 12de jg., mei 2011)