Op 28 juni bereikten de Europese Commissie en een delegatie van Mercosur – Brazilië, Argentinië, Uruguay en Paraguay – een akkoord over de toekomstige handel tussen beide blokken. Het grootste ooit, zo werd getoeterd. En ja, het slaat inderdaad op meer dan 750 miljoen mensen. Maar of het akkoord er ooit echt komt, valt nog af te wachten. Aan beide kanten van de Atlantische Oceaan is het verzet vrij groot.
Het akkoord zit al in de pijplijn sinds 1995! Mercosur bestond nauwelijks vier jaar en was nog lang geen vrijhandelszone. Maar toen al werd er in Europa herhaaldelijk op gewezen dat het erg moeilijk zou worden om goede afspraken te maken. Want wat de Zuid-Amerikaanse landen vooral willen uitvoeren is vlees en daar is in de EU geen gebrek aan. Er werd onderhandeld, de gesprekken werden opgeschort, er werd opnieuw onderhandeld, de gesprekken vielen stil, en kijk, met de hakken over de sloot, een paar maand voor deze Europese Commissie de deur achter zich dicht slaat komt er toch nog een akkoord uit de bus.
Vlees en ethanol voor auto’s en olijfolie
Opmerkelijk aan dit akkoord is dat het hier nog wel degelijk op de eerste plaats over de handel in goederen gaat. De tarieven liggen momenteel vrij hoog, op 35 % voor de auto’s die de EU uitvoert, op 14 tot 20 % voor machine-onderdelen, op 18 % voor chemische producten en op 14 % voor geneesmiddelen. De gesprekspartners kwamen overeen om elk voor meer dan 90 % van hun handel te liberaliseren, dit is de tarieven geleidelijk, over een periode van tien jaar, te laten uitdoven. Mercosur wil meer vlees uitvoeren, sinaasappelsap, fruit, oploskoffie, suiker en ethanol (een biobrandstof uit suiker).
Op het eerste gezicht is dit goed nieuws, meer vrijhandel kan de prijzen voor de consumenten drukken en meer rijkdom creëren. Toch zijn er wel degelijk veel problemen.
Ten eerste de andere hoofdstukken van dit akkoord. De EU krijgt toegang tot de overheidscontracten van de Mercosur-landen, een primeur. En terecht vreest men in Zuid-Amerika dat hiermee een politiek instrument voor de Staten verloren gaat. Zij zullen hun contracten niet langer kunnen voorbehouden voor lokale bedrijven om de nationale en regionale ontwikkeling een duwtje in de rug te geven.
Ten tweede een hoofdstuk over intellectuele eigendom, waardoor de productie van lokale generische geneesmiddelen in het gedrang kan komen en op die manier ook het recht op gezondheid. Of nog, het recht op een eigen zaaigoedproductie. De gekende multinationals dreigen hun wil op te leggen en de boeren in het nauw te drijven.
Ook de vrijmaking en deregulering van de dienstensector – e-handel, financiële diensten, post en telecommunicatie – kan de nationale economieën in Zuid-Amerika een flinke slag toebrengen.
Al bij al ziet het er naar uit dat Zuid-Amerika eens te meer veroordeeld wordt om zich te specialiseren in en zich te houden aan een primaire landbouwsector. Voor de verwerkende industrie en voor de diensten zijn de Europese bedrijven gewoon sterker en competitiever. Dat is geen positief vooruitzicht. Een eigen of regionale ontwikkelingsstrategie zit er niet meer in.
Garanties?
De EU maakt zich sterk dat ze voldoende garanties heeft kunnen afdwingen en dat er in de vier landen van Mercosur geen gevaar is voor het milieu of voor de sociale rechten. Bolsonaro, President van Brazilië zou zelfs beloofd hebben het klimaatakkoord van Parijs na te leven, iets wat tot nog toe werd geweigerd. Hij zou de illegale ontbossing tegen houden en tegen 2030 12 miljoen ha herbebossen. De arbeidsnormen zouden niet worden afgebouwd. De burgerbewegingen in Brazilië zouden mogen toekijken op de correcte uitvoering van het akkoord.
De EU zou ook bekomen hebben dat de Europese normen voor voedselveiligheid streng worden toegepast en dat de procedures duidelijker en transparanter zouden worden.
Ook dat klinkt alweer goed, maar er zijn ernstige redenen om te twijfelen aan een correcte naleving van al die beloften. Bolsonaro is lang geen betrouwbare partner en kan net zoals zijn grote voorbeeld en held, VS-President Donald Trump – behoorlijk impulsief uit de hoek komen.
Onevenwicht
In de meest optimistische hypothese, zo werd in Brazilië berekend, zou dit akkoord een jaarlijkse verhoging van het bruto binnenlands product met 0,4 % kunnen betekenen. Is dat dan een reden om te jubelen?
De EU voert nu al voor 45 miljard Euro per jaar uit naar de Mercosur. Ze is de grootste buitenlandse investeerder met een totaal van 381 miljard Euro aan ‘stock’. Mercosur heeft in de EU voor niet meer dan 52 miljard investeringen.
De EU belooft voor 100.000 ton vlees te zullen invoeren, en tot 180.000 ton kippenvlees (wie herinnert zich de ‘plofkippen’ nog?). Maar mocht ze een ‘marktverstoring’ vaststellen, dan kan die invoer worden stopgezet. Nu al wordt er voor 200.000 ton vlees en 500.000 ton kippenvlees uit de Mercosur ingevoerd. Er kan tot 180.000 ton suiker en tot 450.000 + 200.000 ton ethanol worden geïmporteerd. Wie heeft er behoefte aan?
Kortom, mooie beloften maar ook een reële kans dat er weinig van terecht komt. Het is zeer waarschijnlijk dat de al decennialang bepleite regionale integratie met zo’n onevenwichtig akkoord nog wat langer op zich zal laten wachten.
Zowel in Zuid-Amerika als in de EU komt het verzet op gang. In de EU hebben Frankrijk en Ierland zich altijd al tegen een dergelijk akkoord uitgesproken. Het valt dus af te wachten of het ooit wordt geratificeerd.
Want dit is niet meer dan een akkoord waarover de Europese Commissie heeft onderhandeld. De Raad en het Europees Parlement moeten het nog goedkeuren, en daarna moet het (deels) door de parlementen van de 28 Lidstaten geraken. Er valt nog een lange weg te gaan.
Handel en milieu
Men kan het Cecilia Malmström, lid van de Europese Commissie bevoegd voor handel, niet kwalijk nemen dat ze nog hard heeft geprobeerd dit akkoord voor het eind van haar mandaat te laten goedkeuren. Ze kan een extra pluim op haar hoed steken.
Maar er kunnen veel vragen gesteld worden over de manier waarop. Hoe kan het dat er twintig jaar lang geen akkoord uit de bus kon komen toen er roze-linkse regimes aan de macht waren, en er nu met uitgesproken rechtse regeringen wél een akkoord kon bereikt worden, bijvoorbeeld?
Over Jair Bolsonaro is al veel gezegd en geschreven en het kan niet voldoende herhaald worden dat deze ex-militair gewoon gevaarlijk is voor de naleving van de mensenrechten en voor de bescherming van het milieu.
Als je meer vlees wil exporteren kan het gewoon niet anders of er moet meer worden ontbost. En als je machines uit Europa kan invoeren, zullen de arbeidsnormen in de fabrieken van Brazilië meteen onder druk staan. Langer werken, lagere lonen?
De President wordt ook geplaagd door allerhande schandalen. Vorige week nog, op weg naar de G20 in Osaka, werd een vliegtuig van het presidentiële gevolg in Spanje tegen gehouden met 39 kg cocaïne aan boord … De oudste zoon van de President, Flavio, wordt verdacht van corruptie. Het Odebrecht-schandaal blijft uitbreiden. Nauwelijks drie weken geleden maakte The Intercept een dossier bekend met feiten over hoe de rechtsstaat met voeten werd getreden door rechter Sergio Moro – die Lula liet opsluiten om te verhinderen dat hij zou deelnemen aan de verkiezingen. De man is inmiddels Minister van Justitie.
President Bolsonaro zit ook nooit verlegen om een straffe uitspraak. Zo zei hij onlangs dat sekstoeristen welkom waren in Brazilië, behalve wanneer ze homo waren …
En de Europese Commissie? Ja, die vergat gewoon dat er enkele jaren geleden een coup werd gepleegd tegen de democratisch verkozen president Dilma Rousseff… Democratie? Mensenrechten? Voorlopig niet.
Ook in Argentinië, het andere grote land dat enkele decennia geleden nog tot de rijkste der wereld behoorde, lopen de zaken mank. Het land staat opnieuw aan de rand van een schuldencrisis. Op drieënhalf jaar tijd is de overheidsschuld er met 76 % gestegen en bedraagt nu 100 % van het bruto binnenlands product. Het IMF werd weer binnen gehaald en gaf een lening van 57 miljard US$, de inflatie bedroeg in 2018 40 %. Het kapitaal vlucht het land uit. Een derde van de bevolking leeft in armoede.
Uruguay en Paraguay zijn heel kleine broertjes van deze grote twee. Uruguay is vrij welvarend en heeft nog een sociaal-democratisch President. Paraguay blijft armzalig en de Braziliaanse kapitaalbezitters kopen er het land op. Om soya te kweken voor onze koeien.
Besluit
Kortom, kan dit akkoord iemand anders ten goede komen dan de grote financiële machthebbers en de agro-industrie? Hoe logisch is het om Europese consumenten Argentijns of Braziliaans vlees aan te bieden en hen tegelijk te vragen minder vlees te consumeren voor het milieu? Hoe logisch is het kip naar Afrika te exporteren en uit Brazilië te importeren? Hoe logisch is het Bolsonaro de illegale ontbossing te laten stopzetten als de Braziliaanse President die ontbossing juist legaal maakt? Hoe logisch is het auto’s te willen uitvoeren naar Zuid-Amerika als die net zo goed daar gefabriceerd worden? Waarom overal sociale bescherming bepleiten en tegelijk goedkope geneesmiddelen onmogelijk maken?
In 1999 vond de ‘battle of Seattle’ plaats, een verzet van sociale bewegingen tegen de Wereldhandelsorganisatie. Die strijd werd gewonnen. De WTO is op sterven na dood. Nu niet langer wordt gestreefd naar een mondiaal handelsakkoord zijn de westerse grootmachten bezig met een fanatieke zoektocht naar bilaterale akkoorden. Een kijkje op de website van de Europese Commissie zegt genoeg over hoe het eraan toe gaat. Of beter: niet. Want enige transparantie is er niet. Met andere woorden, is de overwinning van de sociale bewegingen niet tegelijk hun nederlaag geworden? Is het niet veel moeilijker om al deze aparte verdragen op te volgen en proberen bij te sturen dan één mondiaal akkoord? En tenslotte, is de machtsverhouding nu niet veel zwaarder in het voordeel van de EU en de VS? De vraag stellen is ze beantwoorden.