Dinsdag 4 december 2001. Het regent in Nicosia, en de Cyprioten zijn daar heel gelukkig om. Soms moeten ze twee, drie jaar wachten op hemelwater om hun schaarse landbouwgrond – de enige bron van inkomsten naast toerisme en off shore-banking – weer klaar te maken voor hun primeur-aardappeltjes. Maar 04.12.01 is nog om een andere reden een historische datum in de geschiedenis van dit eiland in het uiterste Noordoosten van de Middellandse Zee …
President Glafkos Klerides en de Turks-Cyprische leider Rauf Denktash praten weer met mekaar, voor het eerst in vier jaar. Klerides is van Griekse afkomst, en hij is het officiële staatshoofd van een soevereine staat, de enige die de internationale gemeenschap (VN, EU) erkent.
Rauf Denktash noemt zichzelf ook president, van de TRNC, de Turkse Republiek Noord-Cyprus, die alleen wordt erkend door moederland Turkije.
Cyprus is sinds 1974 verdeeld in een Grieks zuiden en een Turks noorden. Bevolking : verhouding 80/20. Oppervlakte : verhouding 65/35, want de Turks-Cyprioten laten zich beschermen (bezetten?) door 30.000 (27.000/35.000?) soldaten van op het Turkse vasteland.
De (Griekssprekende, officiële) republiek Cyprus is kandidaat om toe te treden tot de Europese Unie. Zij kan uitstekende economische troeven voorleggen, cfr het laatste vooruitgangsrapport van de Europese Commissie. Cyprus wordt algemeen beschouwd als de best geplaatste kandidaat
Turkije (beschermheer van Turks-Cyprus) is ook kandidaat-lid, maar bengelt om allerlei redenen (waaronder. de kwestie Cyprus) aan de staart van het lijstje.
HET GESPREK VAN 4 DEC 2001
De lang verwachte ontmoeting Klerides-Denktash (voortaan K en D genoemd) had dus plaats in het regenachtige Nicosia. Niet in de Griekse zone, noch in de Turkse, maar wel op de oude internationale luchthaven van de Cyprische hoofdstad. Die is sinds de Turkse interventie van 1974 commercieel buiten gebruik, maar ze herbergt wel het hoofdkwartier van de VN-vredesmacht (UNFICYP) die daar al is gestationeerd sinds 1964, na de eerste intercommunautaire rellen.
De Verenigde Naties hebben sindsdien altijd geprobeerd Cyprus te herenigen. Maar voor deze ontmoeting hebben ze hun rol teruggeschroefd. Het gesprek kwam er op de verzoek van de twee leiders zelf, weliswaar in aanwezigheid van VN-gezant Alvaro De Soto. De meeste vorige contacten kwamen er op initiatief van de VN, deze keer kwam het van henzelf.
Tweede nieuwigheid : het contact had plaats op Cyprus zelf. Vorige contacten hadden plaats in de VN-gebouwen in New York of Genève.
En derde nieuwigheid : het ging deze keer om een rechtstreeks contact tussen de twee leiders. Vroeger waren er alleen maar zogeheten “proximity talks”, dit wil zeggen dat de gesprekken tussen K en D in NY of Gen verliepen via een VN-bemiddelaar.
Belangrijk detail : ze spraken mekaar dit keer aan met Dear Glafkos en Dear Rauf. Beide oude heren (GK is 82, RD 77) hebben inderdaad samen rechten gestudeerd in Londen, tijdens de Britse koloniale periode (1878-1960) de intellectuele hoofdstad van het eiland.
Bij het begin van de opstand tegen de kolonisator (01.04.55) scheidden hun wegen : K vestigde zich als verdediger van EOKA-terroristen, die opkwamen voor Enosis, dwz aanhechting bij Griekenland. D daarentegen trad op als openbaar aanklager voor de Britten, tegen de Griekse ’terroristen’. Want, ook wel belangrijk, de Turkse minderheid voelde zich beschermd door het koloniaal statuut, en was dan ook niet vies van enige ‘collaboratie’.
En nog een belangrijk detail : in het vertrouwelijk verslag van De Soto worden K en D ‘de leiders van hun gemeenschap’ genoemd, dus niet de president van Cyprus en de leider van de Turks-Cyprische gemeenschap, zoals bij de VN gebruikelijk is. Ze hebben dus zichzelf op een voet van gelijkheid geplaatst, wat totnogtoe nooit was gebeurd.
Het eerste gesprek op 04.12.01 duurde van 0930 tot 1230 plaatselijke tijd. Meteen werd er een diner-afspraak gemaakt voor 05.12.01, zonder echtgenotes, maar wel met ‘schoonmoeder’ De Soto. Op het menu : Cyprische specialiteiten, zonder uitgesproken Griekse of Turkse trekjes. Dat diner had plaats in de Turkse zone. K had voor de gelegenheid alle officiële symbolen (vlaggetjes en dergelijke) van zijn limousine laten verwijderen.
Over de inhoud van deze eerste twee gesprekken is weinig bekend. Officieel heet het dat K en D zijn overeengekomen op 16.01.02 onderhandelingen ten gronde te beginnen. In december is alleen afgesproken dat alles ter sprake kan komen, dat de twee met een schone lei willen beginnen.
Er worden dus geen voorafgaande voorwaarden meer gesteld. Vroeger eiste K dat het Turks leger zich zou terugtrekken uit het noorden, en vroeg D dat hij zou worden erkend als president van een soevereine staat .Over dat alles kan nu worden gediscussieerd.
VANWAAR DEZE OMMEKEER ?
Die heeft wellicht alles te maken met de nakende toetreding van de republiek Cyprus tot de EU, en de afwijzende houding van de EU tegen Turkije.
In december 1999 zette de EU in Helsinki het licht op groen voor de toetreding van Cyprus – of het eiland nu herenigd wordt of niet, maar in de hoop dat die hereniging er zou komen. Die tactiek heeft blijkbaar gewerkt.
Niemand weet of D de regering in Ankara in zijn greep heeft, of dat zij hem bespeelt als een marionet. Vast staat dat Turkije er op uit is als een volwaardig kandidaat-lid van de EU te worden beschouwd, maar dat Europa heel wat bezwaren koestert : catastrofale financieel-economische situatie, demografie, mensenrechten, foltering, de Koerdische kwestie, en natuurlijk ook Cyprus.
Want Griekenland is al wel lid van de EU. Het zou zijn taal- en geloofsgenoten op Cyprus maar al te graag binnenhalen, om zo tezelfdertijd erfvijand Turkije een hak te zetten. De Turkse diplomatie weet dat maar al te goed. Vandaar wellicht dat D nu een gebaar van goede wil lijkt te maken, in de hoop dat vooruitgang op Cyprus de toenaderingskansen van Ankara zou kunnen bevorderen.
Of dat lukt, zal afhangen van de onderhandelingen K-D ten gronde, in januari.Want de problemen tussen Grieks- en Turks-Cyprioten zijn zo oud en ingewikkeld dat ze bezwaarlijk met één handdruk kunnen worden weggeveegd.
(Uitpers, januari 2001)